A-cyclus achttiende zondag door het jaar | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken
Biblia

Biblia

  • Startpagina
  • Contacten
  • Zoeken
  • Meer
    • Zoeken
    • BIBLIA, een gloednieuw Bijbels belevingsmuseum in Brugge Vorming en liturgie
      ActiviteitenkalenderGodly PlayBijbel van A tot ZLectionarium voor de zon- en feestdagenPublicaties
      Biblia, tijdschrift voor Bijbel en Liturgie Over ons
      De Bijbeldienst als vormingsdienstElektronische nieuwsbriefBlog
zondag door het jaar - zomer © Carolyn V_Unsplash

A-cyclus achttiende zondag door het jaar

icon-icon-inspiratie
Gepubliceerd op zondag 23 januari 2022 - 13:19
Afdrukken
Geschreven en ingesproken lezingen uit het lectionarium voor de 18de zondag door het jaar (A-cyclus) met bijhorende commentaar

EERSTE LEZING

TWEEDE LEZING

EVANGELIE

INGESPROKEN LEZINGEN

COMMENTAAR

JESAJA 55,1-3

Eerste lezing uit de profeet Jesaja

 

Zo spreekt God de Heer:

"Komt naar het water, gij allen die dorst lijdt!

Ook gij die geen geld hebt, komt toch.

Komt kopen,

geniet zonder geld

en zonder te betalen.

Komt kopen wijn en melk.

Wat geeft gij uw geld voor iets dat geen brood is?

Wat geeft gij uw arbeid voor iets dat niet voedt?

Luistert, luistert naar Mij:

dan eet gij wat goed is,

dan verzadigt gij u aan heerlijke spijs.

Neigt uw oor en komt naar Mij

en luistert

en gij zult leven."

 

ROMEINEN 8,35.37-39

Tweede lezing uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Rome

 

Broeders en zusters,

Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus?

Verdrukking wellicht of nood,

vervolging, honger, naaktheid,

levensgevaar of het zwaard?

Over dit alles zegevieren wij glansrijk,

dank zij Hem die ons heeft liefgehad.

Ik ben ervan overtuigd, dat noch de dood noch het leven,

noch engelen, noch boze geesten,

noch wat is, noch wat zal zijn,

en geen macht in den hoge of in de diepte,

noch enig wezen in het heelal

ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods,

die is in Christus Jezus onze Heer.

 

MATTEÜS 14,13-21

Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs

 

In die tijd voer Jezus in een boot

naar een eenzame plek om alleen te zijn.

Maar het volk kwam dit te weten

en zij gingen Hem vanuit hun steden te voet achterna.

Toen Hij bij zijn landing dan ook een grote menigte zag,

kreeg Hij diep medelijden met hen en Hij genas hun zieken.

Tegen het vallen van de avond

kwamen zijn leerlingen naar Hem toe en zeiden:

"Deze plek is eenzaam en het is al laat op de dag.

Stuur dus het volk weg

om in de dorpen eten te gaan kopen."

"Het is niet nodig dat zij weggaan - zei Jezus hun -

geeft gij hun maar te eten."

Doch zij antwoordden:

"Wij hebben hier niet meer dan vijf broden en twee vissen."

Waarop Jezus sprak:

"Brengt die dan hier."

En Hij gaf opdracht

dat het volk zich zou neerzetten op het gras.

Hij nam de vijf broden en de twee vissen,

sloeg de ogen ten hemel,

en nadat Hij de zegen had uitgesproken,

brak Hij de broden die Hij aan zijn leerlingen gaf

en de leerlingen gaven ze weer aan het volk.

Allen aten tot ze verzadigd waren

en aan overgebleven brokken

haalde men nog twaalf volle korven op.

Het waren ongeveer vijfduizend mannen die hadden gegeten,

vrouwen en kinderen niet meegerekend.

 

INGESPROKEN LEZINGEN

Voor het correct weergeven van deze inhoud dien je (sociale) content cookies te aanvaarden.

 

 

COMMENTAAR BIJ DE LEZINGEN

Jean Bastiaens

Vijf broden en twee vissen

De eerste lezing en het evangelie van deze zondag zijn echo's van elkaar. Maar laten we bij wijze van voorgerecht want het gaat deze zondag over eten en drinken! eerst de tweede lezing proeven. Voorwaar een overheerlijke spijs. Het stukje tekst komt uit de Romeinenbrief en beslaat slechts twee volzinnen. Begin en einde roepen elkaar op: vooraan staat 'de liefde van Christus', op het einde is er sprake van 'de liefde Gods die in Christus is'. In het midden horen we dat alles mogelijk is dankzij 'Hem die ons heeft liefgehad'. Het is een klein lied over de liefde van Christus. Paulus is gegrepen door deze liefde die zijn leven een totaal nieuwe wending gegeven heeft. De ontmoeting met de levende HEER heeft hem een nooit voorziene kracht gegeven. In dit kleine lied somt hij eerst op welke de zeven gevaren zijn voor iemand die besloten heeft Jezus te volgen: verdrukking, nood, vervolging, honger, naaktheid, levensgevaar en het zwaard. Paulus heeft ze allemaal gekend, tot en met het zwaard toe. Maar de liefde van Christus is zo groot, dat geen van deze gevaren Paulus 'de kleine'! klein kan krijgen. In de tweede volzin spreekt Paulus niet over de menselijke, maar over de geestelijke krachten die hem misschien klein zouden kunnen krijgen: dood, leven, engelen, boze geesten, wat is of wat zal komen, een macht in den hoge of een macht in de diepte, een wezen in het heelal niets van dat alles zal in staat zijn om hem te scheiden van de liefde die GOD in Christus openbaar heeft gemaakt. Laten we dit 'kleine lied van de liefde' 'klein' ten opzichte van het Hooglied van de liefde in 1 Korintiers 13 niet onthouden aan de mensen die op zondag samenscholen om te luisteren naar het Woord van GOD.

Precies over dat Woord van GOD gaat het dan in de eerste lezing. Mensen hebben ons veel te bieden, en we nodigen ze graag bij ons uit voor een maaltijd, als teken van gastvrijheid en om de vriendschap te vieren. Samen eten en drinken verenigt en helpt ons de verbondenheid op een dieper niveau te beleven. Het is dan ook niet verwonderlijk dat maaltijden in de Bijbel een belangrijke rol spelen. De profeet Jesaja heeft een visioen over een hemels feestmaal op de Sionsberg, een messiaans banket, met uitgelezen wijnen en overheerlijke spijzen (25,6-9). De eerste lezing van deze zondag komt ook van Jesaja, maar dan uit het tweede deel van dit omvangrijke boek. We horen er een oproep van GOD, die de in Babel levende ballingen uitnodigt om zich te verkwikken en zich te laven aan spijzen die werkelijk voeden en verzadigen. In hun ballingschap trachten ze zich te troosten met dingen die ze voor geld kunnen kopen, maar waarvan de werking slechts kortstondig is. Maar wat GOD te bieden heeft is een spijs die echt verzadigt, en het is gratis: een en al genade. Het is wat met ons mensen: we werken ons uit de naad om iets te verdienen en daarmee op vakantie te gaan en enig plezier te beleven, terwijl GOD ons iets te bieden heeft dat niet met geld gekocht hoeft te worden. Dat 'iets' is zijn Woord, dat opbeurt, dat verfrist, dat vrede geeft aan een getormenteerd gemoed. Dat 'iets' is het visioen van een heel nieuwe toekomst, indien we maar de moed hebben om uit de ballingschap van geldgewin en kortstondig plezier te trekken.

Ook in de evangelielezing gaat het om eten en drinken. Matteüs kent twee broodverhalen: het eerste lezen we vandaag en komt uit hfd. 14, het tweede broodverhaal staat in hfd. 15 (verzen 32-38). In dat tweede verhaal is Jezus kort daarvoor uitgeweken naar Tyrus en Sidon, omdat Hij in conflict was geraakt met Farizeeen en Schriftgeleerden. Jezus blijkt ook op niet-Joden een aantrekkingskracht uit te oefenen, en zij zullen mee deel krijgen aan het tweede broodwonder. Op het einde daarvan staat er dat zij 'hulde brachten aan de GOD van Israël'. Er blijven zeven manden met brood over: het getal van de volheid.

In het eerste broodverhaal is Jezus onder zijn eigen volk. Ook daar lezen we dat Hij kort daarvoor is moeten 'uitwijken', als gevolg van de onthoofding van Johannes de Doper. Jezus zoekt de eenzaamheid op, om de dood van Johannes te verwerken, maar de mensen komen uit alle steden op Hem af. En Jezus kan niet anders dan zich door hen laten aanspreken: 'Hij kreeg diep medelijden met hen en genas hun zieken'. En wanneer de avond valt, is iedereen nog daar en niemand die iets gegeten heeft. De leerlingen willen de mensen wegsturen, maar Jezus heeft een veelbetekenend woord voor hen: 'Geven jullie hen maar te eten.' Wat hebben ze in huis? Vijf broden en twee vissen. Dat lijkt in de verste verte niet op een messiaans banket! En toch, hier raken we aan het diepe geheim van Jezus' zending en van zijn messiaanse opdracht: Hij slaat zijn ogen op, spreekt de Joodse beracha uit (de zegenbede over het brood), breekt het brood en geeft het aan zijn leerlingen, die het op hun beurt moeten uitdelen. Het onderpand van het rijke messiaanse feestmaal zijn vijf broden en twee vissen. Vijf is het getal van de Tora. Twee is het getal van de twee stenen platen. En de twaalf korven die overblijven wijzen op de verzamelde stammen van Israël. Om heel de rijkdom van GOD en het geheim van Jezus tot gelding te brengen, volstaan vijf broden en twee vissen. Zo iets heet dan eucharistie.

Printvriendelijke versie van de lezingen en het commentaar

← VORIGE ZONDAG NAAR OVERZICHT A-CYCLUS VOLGENDE ZONDAG →

Gepubliceerd door

Biblia

Meer

Liturgie en Catechese
Inspiratie
zondagslezingen
lectionarium
18de zondag
tijd door het jaar
A-cyclus

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Lectionarium voor de zondagen © Pixabay
readmore

A-cyclus

icon-icon-artikel
Lectionarium voor de zondagen © Pixabay
readmore

B-cyclus

icon-icon-artikel
Lectionarium voor de zondagen © Pixabay
readmore

C-cyclus

icon-icon-artikel

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook