Waar is de tijd dat verkiezingen eenvoudig waren? Het politieke landschap bestond uit enkele partijen, die een vaste plaats in dat landschap bekleedden. In ons land, met een traditie van coalities, had je een grote centrumpartij die nu eens met links, dan weer met rechts scheep ging. In andere landen, zoals Frankrijk of het Verenigd Koninkrijk, vormden links en rechts twee sterke blokken die afwisselend het land bestuurden, naargelang de voorkeur van de kiezers.
Een heldere en werkbare situatie, voor zowel kiezers als politici.
Tegenwoordig is elke verkiezing een thriller waarvan de uitkomst nauwelijks nog te voorspellen valt. In de Verenigde Staten werd de Republikeinse partij gekaapt door outsider Donald Trump, terwijl de gevestigde waarden, zoals Jeb Bush, roemloos ten onder gingen. De democraten zijn er zo mogelijk nog slechter aan toe.
Een principieel kompas
In Nederland leek de rechtse populist Geert Wilders de verkiezingen te gaan winnen, maar minister-president Mark Rutte had de beste eindsprint in de benen. Zal dat de volgende keer ook zo zijn? In het Verenigd Koninkrijk stemde een meerderheid tegen het lidmaatschap van de Europese Unie, terwijl alle traditionele politieke partijen nochtans voor waren, zij het zonder veel enthousiasme.
Nu moet de Britse regering een Brexit organiseren die ze eigenlijk liever niet wilde.
Frankrijk dan maar? Presidentsverkiezingen waren er traditioneel een duel tussen socialisten en republikeinen. Hun kandidaten gingen er bij de jongste verkiezingen in de eerste ronde al uit. De PS-kandidaat haalde een schamele zes procent. Uittredend president François Hollande durfde zich zelfs geen kandidaat te stellen. Nooit eerder vertoond. In de tweede ronde haalde de partijloze Emmanuel Macron het afgetekend van de extreem-rechtse Marine Le Pen. Wie had een jaar geleden dat duel durven te voorspellen?
Politici worstelen met zichzelf, met de media en met de kiezers.
Weinigen durven nog een principieel kompas te volgen. Liever lopen ze koortsig peilingen na, in de hoop de gunst van de kiezer te veroveren. Dat levert een bochtig parcours op en frustraties omdat de kiezers er uiteenlopende en wisselende meningen op na houden. Van een gemeenschappelijk project is geen sprake, partijen bekampen elkaar op leven en dood, ook als ze samen een coalitie vormen. Elke dag moet er gescoord worden. Waarachtigheid, verantwoordelijkheid en vooruitziendheid zijn daarbij veeleer hindernissen dan wegwijzers.
Elke dag een scoop
De media maken het al even bont als de partijen. De berichtgeving focust niet meer op inhoudelijke beleidskeuzes, maar op bokswedstrijden tussen politieke zwaargewichten. Elke dag heeft een scoop nodig, ook als er eigenlijk niets nieuwswaardig gebeurt.
De reactie op een reactie op een bagatel wordt voorpaginanieuws.
Behalve politici en media zijn ook de kiezers op drift. Het is een taboe om het te zeggen, maar ook zij zijn het noorden kwijt. Stemmen we nog op basis van een globale mens- en maatschappijvisie? Kiezen we vooruitziend, in het belang van de hele samenleving? Of maken we bij elke verkiezing onze eigen rekening en stemmen we op wie hier en nu de aanlokkelijkste beloften doet?
Door van partij naar partij en kandidaat naar kandidaat te zappen, organiseren we onze eigen ontgoocheling.
We verwachten veel van politici, maar we zijn niet langer bereid hen de nodige tijd te gunnen.
Ons rijke Westen kreunt onder een crisis van de democratie. De hunker naar één of andere sterke leider is niet het juiste antwoord. Wat we nodig hebben, is een globaal project, dat groter is dan de waan van de dag. Het verlangen groeit, vooral bij jonge mensen, naar een ideaal dat mensen bindt en motiveert. Een droom waaronder ze hun schouders kunnen zetten. Zal uit de crisis de loutering ontstaan?
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.