Enkele honderden mensen, waaronder vertegenwoordigers van de andere levensbeschouwingen in ons land, kwamen samen in de Brusselse kathedraal voor een oecumenisch gebedsmoment voor de slachtoffers van de aanslagen van 22 maart 2016. Er werd gebeden voor allen die getroffen werden door de terreur: voor zij die het leven lieten, maar ook voor alle gewonden en allen die nog op een of andere manier herstellende zijn. Ook werd gebeden voor alle hulpverleners en allen die zich in de nasleep van de aanslagen voor de slachtoffers hebben ingezet.
Zonder angst
In zijn homilie verwees kardinaal Jozef De Kesel naar de angst die in onze samenleving na de aanslagen in een greep dreigt te houden. Aan die angst, zo stelde hij, mogen we niet toegeven: "Het is precies dat wat men met de aanslagen beoogt: angst creëren. En er dus voor zorgen dat ik schrik heb voor de ander, schrik omdat hij anders is, anders denkt, anders gelooft, van elders is."
Dat is het wat men beoogt: dat er scheiding wordt gemaakt tussen ons en hen, tussen ons volk en zij die hier niet thuis horen.
Kardinaal De Kesel beklemtoonde ook het grote belang van de waarde van de vrijheid, een "waarde die we koesteren en met al onze krachten verdedigen". Maar die vrijheid wordt pas echt zinvol in het er zijn voor anderen. Want een mens leeft niet voor zichzelf alleen.
Het leven delen met anderen, sàmen leven: dat maakt het leven zinvol en goed, de moeite waard om geleefd te worden. Samen leven, ook met de ander die inderdaad anders is, dàt is de uitdaging, ja, onze roeping als moderne samenleving.