Na de plechtige overhandiging van de allereerste exemplaren van het boek 'Als God gebeurt' door uitgever Toon Osaer (Halewijn) aan Toon Arens, Monseigneur Van Looy en Barbara Focquaert (gemeenschapsverantwoordelijke Arkgemeenschap Gent), nam ook de auteur zelf het woord. Hij grondvestte de ontstaansgeschiedenis van zijn boek in de concrete, dagelijkse en kwetsbare werkelijkheid van zijn diaconale zending in het dekenaat Wetteren. Toons toelichting bij het boek stelde scherp op de identiteit van de diaconie; namelijk diaconie als 'vindplaats van God' en als 'verbindplaats met God'.
Diaconie als gewijde grond
Arens waarschuwde vooreerst zijn toehoorders voor een zeker nonchalance waarmee de huidige mens - zelfs gelovige - soms voorbijgaat aan de diaconale taak van de Kerk. De vanzelfsprekendheid waarmee we vandaag diaconie als 'vrucht van' of 'antwoord op' de ontmoeting van God zien, doet niet geheel recht aan de kern van de diaconie. Ze is immers in sé ook de ontmoetingsplaats zelf met God waar Hij zijn voetsporen nalaat. De auteur legde de aanwezigen en lezers van zijn boek een vraag voor die hem tijdens de redactie van zijn werk bezighield: "Welk denken hebben we voor handen om recht te doen aan de kern van de diaconie?"
Zich beroepend op de kerkelijke autoriteit van Etienne Grieux en kerkvader Augustinus, lichtte Toon al een tip van de sluier op over het antwoord dat zijn boek biedt op deze vraag:
De (diaconale) liefde is een goddelijke deugd. Ze wordt niet alleen opgeroepen en gevoed door Gods liefde, ze is die liefde zelf. Waar mensen naar mensen omzien, daar gebeurt God.
Diaconie als verbindplaats met God
Tot slot beklemtoonde Toon ook dat we God niet enkel passief vinden in de diaconale dienstbaarheid, maar dat er ook werkelijk iets gebeurt in deze ontmoeting met de ander en met God. In de relatie met deze kwetsbare ander, keren we ons tot God en hebben we Hem lief doorheen de kleinste gebaren van menselijkheid die we aan de naaste verlenen. Arens idealiseert echter niet: hij drukt zijn publiek op het hart dat het weldegelijk soms een moeilijke missie is. Het is soms een moeilijke, maar vooral een Blijde Boodschap die we verkondigen.
Waar we menselijkheid toevoegen aan het bestaan, stellen we ons hart af op Hem bij wie alle liefde is.