Eerst de praktische info. Die kan je vinden op de website van CCV in het bisdom Gent. De opleiding wordt vanaf september voor het eerst ook door CCV in het bisdom Brugge georganiseerd.
Dat is eenvoudig. Maar nu: waarom zou je die basisopleiding over het christelijk geloof 'in Godsnaam' volgen?
(19 bijeenkomsten, tweewekelijks in Gent in het unieke kader van het Sint-Baafshuis of in het Diocesaan Centrum Groenhove in Torhout)
Wel, sta me toe je te antwoorden vanuit mijn eigen persoonlijke ervaring.
Traditie
De ‘School voor Geloofsverdieping’ gaat terug op een opleiding die in 1983 in het bisdom Gent startte.
Kardinaal Jozef De Kesel en vicaris Luk De Geest stonden mee aan de wieg. Bisschop van Brugge Lode Aerts was jarenlang lesgever Bijbelse theologie en later verantwoordelijk voor de vorming.
De School voor Geloofsverdieping heette toen enigszins archaïsch ‘Instituut voor Pastorale Helpers’ en ging door op verschillende plaatsen. In 1995 werd ik medewerker van de vormingsdienst (CCV) van het bisdom. Het coördineren van die reeds stevig uitgebouwde en verankerde opleiding werd één van mijn hoofdtaken. Ik bewaar er de beste herinneringen aan.
Herbronning
De opleiding werd georganiseerd in Gent, Sint-Niklaas en Aalst. Later kwam daar nog een namiddagcursus bij in Mariakerke en werd Aalst vervangen door Zottegem. Ik was telkens aanwezig en mocht dus elke keer - tenzij ik zelf aan zet was - de inleidende lessen beluisteren. Ik had altijd een boek bij mij om in te lezen mocht ik mij vervelen bij de tweede of derde herhaling. Dat boek is meestal en al zeker de eerste jaren in mijn tas blijven zitten. Ook al had ik Godsdienstwetenschappen gestudeerd en had ik 15 jaar achter de rug als godsdienstleraar, ik hoorde telkens nieuwe dingen en vooral in een nieuwe samenhang. Zo had ik het nog niet gezien!
Het werd voor mij een herbronning die veel betekend heeft voor mijn geloofsleven en –denken en voor mijn kerkelijk engagement.
Onomkeerbaar!
Kerk op haar best
Na de inleidende uiteenzetting is er verwerking in vaste leergroepen met een begeleider. Daar beleefde ik de kerkgemeenschap op haar best. Mensen met heel verschillende achtergronden, met of zonder opleiding, met uiteenlopende motivaties en engagementen, vonden elkaar. Niemand was te beroerd om te zeggen dat hij of zij het allemaal niet zo goed wist. Samen werd gezocht en werden de vragen helder gesteld. Niemand was leraar, iedereen, ook de begeleider, bleef ‘geloofsleerling’. De groepsleden kregen doorheen de opleiding een bijzondere band met elkaar.
‘Openbaring’, dat was het woord dat de deelnemers dikwijls gebruikten om te beschrijven hoe ze deze opleiding ervaarden.
De naam veranderde in ‘Opleiding voor Pastorale Medewerkers’ en later in ‘School voor Geloofsverdieping’. Gaandeweg meldden zich ook meer kandidaten zonder een pastorale taak, maar met de vraag om het christelijke geloof te leren kennen. De opleiding van twee jaar werd een eenjarige vorming.
Basisvorming in de hervorming
In het bisdom Gent speelt de nieuwe editie die start in september zich af op de achtergrond van de hervormingen in de dekenaten en de groei naar nieuwe parochies. Met alle moeilijkheden en spanningen die zo'n grondig hervormingsproces met zich meebrengt, zie ik ook een nieuwe dynamiek en nieuwe mensen die zich engageren in de dekenale ploegen, in de nieuw te vormen parochieploegen en in de lokale werkgroepen die mee de pastoraal ter plaatse zullen blijven behartigen.
In deze nieuwe context zal de School voor Geloofsverdieping opnieuw haar rol kunnen spelen als noodzakelijke basisvorming voor wie zich voor de toekomst van de Kerk concreet wil engageren. Dat geldt ook voor mensen in scholen, in voorzieningen en instellingen, in bewegingen die er als christen en als zoekende gelovige hun beroep uitoefenen.
Hoe vaak voelen we ons niet aangesproken, ja, soms ter verantwoording geroepen als christenen? Hoe dikwijls staan we niet alleen?
Dit geldt natuurlijk zeker voor mensen die zich in die instellingen pastoraal engageren. Zo maakt de School voor Geloofsverdieping deel uit van de vorming van pastorale animatoren. Dat zijn mensen in voorzieningen die naast hun beroepstaak ook pastoraal werk opnemen.
Laat ik het nog wat concreter maken met enkele voorbeelden van deelnemers die grote indruk op mij gemaakt hebben:
- Ik zie mensen voor mij voor wie deze vorming het begin is geweest van een levenslang engagement in dienst van de Kerk.
- Ik herinner mij een editie waarin een pastoor-deken uit een noordelijk dekenaat met een groepje mensen de opleiding kwam volgen in Sint-Niklaas. Tweewekelijks reden ze samen de expressweg af, heen en terug. Voor- en nabespreking gebeurden in de wagen. Had die pastoor-deken dan niets anders te doen? Moest er niet vergaderd worden in de parochie? Wist die arme man misschien nog niets af van het geloof? Hijzelf vond die herbronning in ieder geval noodzakelijk om na zovele jaren als priester perspectief en zuurstof te krijgen in het soms moeizame parochiewerk. Dat hij dat samen met zijn medewerkers kon doen, was voor hem een grote zegen.
- Ik herinner mij een priester die ook deeltijds leraar is in een college. Hij bracht mensen uit de parochie waar hij onderpastoor was en uit de school samen. Afspraak: tweewekelijks aan de kerk om dan samen geanimeerd naar Gent te rijden. (Carpooling is bovendien nog goed voor het milieu!) Eén van hen is leraar en een goede vriend van mij. Hij vertelde mij hoe intens en belangrijk die vorming voor hem is geweest.
- Ik zie ouders en grootouders voor mij die zorgen, ja zelfs verdriet hadden omdat het niet zo lukte met de geloofsoverdracht bij hun kinderen en kleinkinderen. De vorming biedt geen recepten. Maar ze laat wel beter begrijpen waar het in het geloof om gaat en dat gelovig worden vandaag geen automatisme is. Dat inzicht lucht op.
- Een jonge man vroeg om gedoopt te worden. Hij volgde de School voor Geloofsverdieping als onderdeel van zijn catechumenaat in voorbereiding op zijn doopsel in de paaswake.
- Er zijn ook koppels die de vorming samen hebben gevolgd, maar in een andere gespreksgroep. Eenmaal thuis legden ze hun ervaringen samen. Die vormden de aanleiding tot geloofsgesprekken die hun huwelijksleven verdiepten.
- Ik zie kerkmensen en minder kerkelijke mensen voor wie deze vorming belangrijk is geweest. Sommigen hebben zich verder verdiept door vakken te volgen aan het Hoger Diocesaan Godsdienstinstituut.
Kortom: de School voor Geloofsverdieping volgen, kan ernstige gevolgen hebben!
Dan toch nog maar eens de practica:
- De bijeenkomsten in Gent vinden plaats op dinsdagavond in het Sint-Baafshuis, doorgaans tweewekelijks, telkens van 19.30u tot 22u.
- Data: 12 en 26 september, 10 en 24 oktober, 7 en 21 november, 5 en 19 december 2017, 9 en 23 januari, 6 en 20 februari, 6 en 20 maart, 17 april, 8 en 22 mei, 5 en 12 juni 2018
- Info: 09 235 78 65 of schoolvoorgeloofsverdieping@ccv.be)
- Het inschrijvingsgeld (190 euro, cursusboek inbegrepen) wordt verminderd voor studenten, werkzoekenden of mensen met een uitkering. Van parochies, bewegingen of instellingen die iemand ‘zenden’, wordt gevraagd dat ze bijdragen in de kosten. De deelnemersprijs mag voor niemand een beletsel zijn.
- Voor de Brugse editie van de School voor Geloofsverdieping (Diocesaan Centrum Groenhove in Torhout) verwijzen we naar www.ccv.be/brugge.