Revelaties
In 2012 startte op initiatief van de Kerkfabriek van de Sint-Baafskathedraal een grootscheepse restauratiecampagne van een van ’s werelds meest iconische kustwerken: het Lam Gods van de gebroeders van Eyck, gemaakt voor de Sint-Baafskathedraal in Gent en daar nog steeds bewaard. De reeds voltooide fasen van de behandeling, die van het gesloten veelluik (2012-2016) en van het onderste register (2012-2019), leidden al tot verschillende verbluffende ontdekkingen, waaronder de revelatie van de originele schildering van Jan Van Eyck. Die onbeschrijflijk mooie creatie was eeuwenlang verborgen onder 16de-eeuwse overschilderingen en kan nu terug worden bewonderd. Bovendien kon het team de authenticiteit van het befaamde kwatrijn op de lijst aantonen en de prachtige originele polychromie op de lijsten blootleggen.
De voorbije twee fasen van die restauratiecampagne werden uitgevoerd door het KIK in een zaal van het MSK Gent en gefinancierd door de Vlaamse Overheid en het Fonds Baillet Latour. Het onderzoek, met bijdragen van de universiteiten van Gent en Antwerpen, werd ondersteund door het Fonds Gieskes-Strijbis.
Het kwatrijn en het mysterie van Hubert Van Eyck (+1426)
In 1823 werd onder een overschildering op de lijst van het Lam Gods een vers gevonden met cruciale informatie over het ontstaan van het meesterwerk. De Latijnse tekst meldt het volgende:
De schilder Hubert Van Eyck, een groter man werd nooit gevonden, vatte dit werk aan. Zijn broer Jan, de tweede in de kunst, voltooide die zware taak op verzoek van Joos Vijd. Die nodigt u, op 6 mei [1432], met dit vers uit om te aanschouwen wat werd verricht.
Sindsdien sprak de figuur van Hubert Van Eyck tot de verbeelding van vele generaties kunstwetenschappers.
Zo gaf het kwatrijn de voorbije twee eeuwen aanleiding tot talrijke hypotheses over het ontstaan van het Lam Gods en de precieze inbreng van beide Van Eycks. Van Hubert weten we dat hij in 1426 overleed, allicht tijdens de creatie van het Lam Gods. Maar er is geen enkel ander schilderij van hem gekend en zijn precieze inbreng in het Lam Gods bleef een groot mysterie.
Al in 2020 werden auteurs die het kwatrijn afdeden als een onbetrouwbare latere toevoeging, in het ongelijk gesteld: de restauratoren van het KIK bewezen dat de inscriptie authentiek is. Dat vormde een nieuwe impuls om de precieze inbreng van Hubert en Jan Van Eyck in het Lam Gods te ontrafelen. De huidige doorbraak steunt op een intense interdisciplinaire samenwerking en een doorgedreven analyse van de veelheid aan gegevens. De restauratoren stonden jarenlang bijna dagelijks in nauw contact met de schilderijen. Dat leidde tot een groot aantal minutieuze observaties, onder meer met een stereomicroscoop. Ze konden voorts steunen op nieuwe beeldscans met infraroodreflectografie en, dankzij de inbreng van de UA, ook macro X-straal fluorescentie (MA-XRF). Die werden gemaakt na het verwijderen van de 16de-eeuwse overschilderingen en laten toe om dieper in de onderliggende verflagen te kijken. Andere pijlers van het onderzoek zijn hoogtechnologische labo-analyses van verfstalen, kunsthistorische studie en vergelijkend stijlonderzoek.
Dat Hubert Van Eyck delen van het Lam Gods schilderde, wordt daarmee voor het eerst betoogd op basis van stijlstudie én wetenschappelijke gegevens.
De bijdrage van Hubert bleef niet beperkt tot de planning en het ontwerp, zoals vaker werd geopperd.
Wie schilderde wat?
Op het centrale paneel met de Aanbidding werd een vrij ver uitgewerkte onderliggende schildering gevonden die we dankzij het kwatrijn kunnen toeschrijven aan Hubert Van Eyck. Hij schilderde de luchtpartij, een heuvellandschap met minder gebouwen, steden aan de horizon en een weiland. In die eerste schildering komen ook al het altaar met het Lam en Engelen voor en enkele van de centrale figuren. In het grasland vóór het altaar was een natuurlijke bron geschilderd.
In een tweede fase, allicht geschilderd na de dood van Hubert in 1426, herkennen we de hand van Jan Van Eyck. Hij voltooide en overschilderde daarmee voor een groot stuk het werk van zijn broer, maar liet enkele stukken ongemoeid. Het centrale motief van de natuurlijke bron werd overschilderd met de monumentale fontein die we nu zien. Hij schilderde secuur rondom enkele van Huberts centrale figuren, retoucheerde er enkele en voegde er nog andere toe.
Jan Van Eyck overschilderde ook het landschap, met meer details en de ongekende variatie in de vegetatie die vandaag zichtbaar is. In de luchtpartij voegde hij één laag azuurblauw toe en de kleurrijke halo. Huberts eerste compositie met steden aan de horizon werd eveneens door Jan herwerkt. Hij voegde onder meer de motieven toe waarin men de toren van de kathedraal van Utrecht, de voormalige Sint-Baafsabdij en de Brugse OLV-kerk herkent.
Bekijk in onderstaande afbeelding het centrale paneel 'Aanbidding van het Lam' (versleep de balk): hoofden toegeschreven aan Hubert van Eyck (gele arcering), aan Jan van Eyck (rode arcering) en aan Hubert maar herwerkt door Jan (gele en rode arcering). (c) Sint-Baafskathedraal Gent, www.artinflanders.be, foto KIK-IRPA