Het ziet ernaar uit dat we een winter tegemoet gaan met op- en neergaande cijfers van coronabesmettingen als een dagelijkse zorg. Angst is nooit een goede raadgever, ook niet in deze omstandigheden. Dat zegt men dan. Maar wat heb je daaraan als je sterk bezorgd bent voor je eigen gezondheid of die van een kwetsbare naaste? Als je beslissingen moet nemen en maatregelen moet treffen voor je geloofsgemeenschap?
Angst hoeft je evenwel niet te verlammen. Zorg voor de gezondheid van iedereen hoeft geen dwingende reden te zijn om elkaar helemaal niet te ontmoeten. De digitale weg hoeft de komende maanden niet de enige te zijn om samen te kunnen werken. Een tijdje geleden publiceerde de jezuïet Nikolaas Sintobin enkele waardevolle aanbevelingen om goed met angst om te gaan. Hij zegt:
‘Angst heeft iets aantrekkelijks. Ze heeft de neiging steeds sterker te worden en alle plaats in te nemen. De reden is eenvoudig. Het is eigen aan de angst haarfijn allerhande zinvolle, vaak moeilijk te weerleggen argumenten te noemen waarom doemscenario’s noodzakelijk werkelijkheid zullen worden. Het lijkt daarom normaal en onvermijdelijk dat je daar angst bij voelt.’
Hij geeft ‘vier aandachtspunten om angst de pas af te snijden’.
Het is goed om erover te spreken. Want angst gedijt het best in het verborgene. Het gesprek kan helpen om de opsluitende en zichzelf versterkende logica van de angst tegen te gaan. De voorwaarde is wel dat de gesprekspartner de angst niet bevestigt of er nog een schepje bovenop doet.
Het is belangrijk om de feiten zo veel mogelijk kritisch te onderzoeken. Vaak is de perceptie van die feiten verward, onjuist of onvolledig. Vaak worden er verkeerde verbanden gelegd en onterechte conclusies getrokken. Het is altijd verstandig om redelijkheid en emoties samen te houden.
De kracht van de angst ligt vooral in de overtuiging dat de angst terecht is. Angst weet als geen ander subtiele en pertinente argumenten te bedenken. Maar hier ligt precies het bedrieglijke. Vaak is het inderdaad waar dat datgene waar de angst op slaat daadwerkelijk zal gebeuren. Alleen hoef je er geen angst voor te hebben. Met problemen kan je omgaan. Dat doe je toch van ’s morgens tot ’s avonds?
Vaak gaat angst over al dan niet ingebeelde problemen die zich situeren in een vage toekomst. Het gevolg daarvan kan zijn dat de angst voor die nog niet bestaande toekomst belet om voluit te leven in het wel degelijk bestaande heden. Dan is het toch veel vruchtbaarder om bewust ervoor te kiezen om niet de angst te voeden maar te vertrouwen. De weg naar nieuw en meer leven wordt aangegeven door vertrouwen en hoop, niet door angst.
Met dat laatste aandachtspunt raken we aan de Bijbelse manier van omgaan met angst en onzekerheid. De mensen in de Bijbel hebben geleefd en geloofd in omstandigheden die meestal veel moeilijker waren dan wat wij meemaken. Ze wijzen een tweevoudige weg:
Sluit je niet op in jezelf maar zorg voor mekaar. Weten dat je op mekaar kan rekenen is zo veel meer levengevend dan de beste verzekeringspolis. Zorgzaamheid is een actieve houding van aandacht en inzet voor de kwetsbaarheid in al haar vormen. Het virus kan veel platleggen maar het mag ons niet verlammen in de zorg voor eenzame mensen, voor de snel toenemende armoede, voor een leefbare omgeving, enz.
Geloof dat wij in Gods handen zijn. Geloof dat niets ons kan scheiden van Gods liefde, om het even te zeggen met Paulus, de apostel die permanent een onzeker bestaan heeft geleid. Dit geloof is nooit een zekerheid, maar we kunnen het wel oefenen en bij mekaar versterken.
Laat ons niet in de valkuil lopen om in zwart/wit-termen te denken en te spreken. Wie zich zorgen maakt, moet niet het gevoel krijgen dat men hem als een angsthaas beschouwt. En mensen die toch graag willen samenkomen en initiatieven nemen, zijn daarom nog niet onverantwoordelijk bezig. Laten we samen actief op zoek gaan naar creatieve wegen om ook de komende maanden het leven te omarmen. Groots en spectaculair hoeft dat allemaal niet te zijn. Maar met Gods hulp zal ‘zich zorgen maken over...’ omgevormd worden naar ‘zorg dragen voor...’.
Geert Vervaecke, educatief medewerker CCV in het bisdom Brugge