Het verhaal
Ze lagen in het donker op de grond. Terwijl ze naar de sterren keken, zei Jezus tegen zijn vrienden:
‘Als jullie van mij houden, gaan jullie leven zoals ik het jullie heb voorgehouden. Dat is naar het hart van onze Vader God.
God en ik komen dan in jullie hart wonen.’
‘Je praat alsof je er al niet meer bent’, zei Johannes verdrietig.
De andere vrienden dachten hetzelfde en zwegen.
‘Alles wat ik jullie verteld heb, komt niet zomaar van mij, maar van onze Vader God’, ging Jezus verder. ‘Dat mogen jullie nooit vergeten. Als ik niet meer bij jullie ben, zal de Geest jullie daaraan herinneren. Hij zal jullie helpen en steunen en troosten.’
Johannes legde zijn arm op de arm van Jezus. Hij kon de gedachte dat Jezus er niet meer zou zijn, nauwelijks verdragen.
‘Ik geef jullie mijn vrede om voor altijd te bewaren in jullie hart en overal rondom jullie te verspreiden. Word niet ongerust of bang’, zei Jezus nog.
‘Kun je niet gewoon bij ons blijven?’ vroeg Simon.
‘Als het fout loopt, als er gaat gebeuren wat we denken dat er gaat gebeuren, denk er dan aan dat ik naar onze Vader ga. Dat moet jullie blij maken, want bij de Vader ben ik thuis’, zei Jezus.
Niemand van de vrienden keek blij. Misschien zou het later een troost zijn. Misschien.
Naar Johannes 14,23-29
(Tekst Kolet Janssen, illustratie Roel Ottow)
Denkvraag
Wanneer voel jij vrede in je hart? Hoe kun je die verspreiden?
Doe-tip
Snijd met een scherp mes een kurk van een wijnfles in ronde plakjes (of vraag een volwassene om dat te doen). Teken op elk plakje iets dat je aan Jezus doet denken: een ster, een vis, een kruisje… Rijg de plakjes aan een touwtje en maak er een armbandje van.
Gebed
Lieve Jezus,
wat jij aan je vrienden toen vertelde,
geldt ook voor ons:
als wij van jou houden,
woon jij in ons hart.
Geef ons jouw vrede
en help ons om die te verspreiden,
overal om ons heen.
Amen.
