U was twaalf jaar lang overste van de Belgische provincie, tot februari laatst. Speelde dat een rol bij uw verkiezing?
André Claessens • Mijn bestuurservaring als provinciaal en als voorzitter van de Europese provinciaals zal me helpen om de nodige ‘palliatieve zorg’ te verlenen in Europa, waar almaar meer provincies ‘onbestuurbaar’ worden wegens gebrek aan mankracht. De grote uitdaging bestaat erin leven toe te voegen aan de jaren voor de ouderen en de jongeren de kans geven pastoraal actief te zijn. Zij treden immers meestal niet in om bejaarden te verzorgen.
Ook op het vlak van immobiliën is onze jas intussen te groot.
We bouwden heel wat op dat vandaag echter geen dienst meer doet, maar wel veel energie opslorpt. Je kunt die gebouwen niet zomaar op de immobiliënmarkt gooien. Tegelijk is het niet eenvoudig ze een nieuwe sociale bestemming te geven, omdat dat vaak zware investeringen vraagt. Het is een voortdurend zoeken naar gelijkgezinde partners, want het moet toch een win-winsituatie blijven.
U zette zich in voor de vorming van confraters in Afrika. Komt die ervaring van pas?
André Claessens • Beslist. Ook Afrika behoort tot mijn takenpakket. Onze congregatie is al lang actief in Congo en Kameroen, waar ik verantwoordelijk was voor de vorming, evenals in Senegal. Recentelijk startten we een missie in Burkina Faso en Congo-Brazzaville. Het zijn beginnende projecten, maar het is hoopgevend. Ons verhaal gaat voort.
Onze congregatie die in Europa palliatief lijkt, bloeit in het zuidelijke halfrond.
Hadden we in 1994 één priester in India, dan zijn dat er vandaag meer dan tachtig.
Na vijftien jaar keerde u terug. Waarom?
André Claessens • Ik was nog geen vijftig en realiseerde me dat ik niet langer moest wachten, wilde ik nog iets teruggeven aan de Kerk in Vlaanderen. Hier was – en is – de nood aan priesters groot, terwijl in Afrika steeds meer lokale priesters gevormd worden en men Afrikaanse kaders wenst.
Eerst deed ik lobbywerk in het Europees Parlement voor het Netwerk Afrika Europa Geloof en Gerechtigheid, opgericht door religieuzen om te ijveren voor meer rechtvaardige verhoudingen tussen Europa en Afrika. Toen mijn voorganger in Ekeren met pensioen ging, stelde ik me kandidaat bij de bisschop. Ik wilde hier graag dienstbaar zijn, omdat ik hier mijn roeping ontdekte en alles gekregen heb.
U was achttien jaar pastoor in Ekeren. Laat u uw parochies achter met pijn in het hart?
André Claessens • Er zal een moeilijke periode aanbreken, temeer daar we voor de uitdaging staan een nieuwe pastorale eenheid op te richten met de federaties Ekeren, Merksem en Stabroek, goed voor veertien kerktorens. Ik wilde dat project nog samen met de jonge pastoor Joeri Fleerackers, die eind vorig jaar werd gewijd, op de rails zetten. Ik had gedacht hier tot mijn 75ste te kunnen blijven.
Ik moet het trachten los te laten en hopen dat nieuwe medewerkers worden gevonden.
Dat is een uitdaging, want veel bejaarde medewerkers die het beste van zichzelf geven, staan klaar om de vlag door te geven. Alleen, wie zal die vlag overnemen?
Tijdens het kapittel ontmoette u paus Franciscus. Hoe inspireert hij u?
André Claessens • Ik ben sterk getroffen door zijn grote liefde voor de armen, die nauw aansluit bij het charisma van onze congregatie. Voor mij zijn gerechtigheid, vrede en heelheid van de schepping, of de concrete zorg voor ons gemeenschappelijke huis, een vertaling van die bekommernis om kleine mensen een stem te geven. Ook dat zal wellicht een van mijn opdrachten worden in het generale bestuur in Rome.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.