Geboren en getogen Gentenaar Christophe Busch vertoeft tegenwoordig vooral in Mechelen. Sinds begin 2016 is hij directeur van Kazerne Dossin, het Memoriaal, Museum en Documentatiecentrum over Holocaust en Mensenrechten op de plek vanwaar meer dan 25.000 Joden en zigeuners werden gedeporteerd naar vernietigingskampen.
Op Buschs boekenplanken veel werken over Wereldoorlog II en daders van geweldfeiten. Daarbij ook zijn commentaar bij een fotoalbum dat de SS’ers van Auschwitz toont, doodgewone mannen en vrouwen die zich ontspannen na hun dagelijkse bezigheden, namelijk massamoord. De kwestie is actueler dan ooit. Drie jaar geleden was het moeilijker om ons belang aan te tonen, zegt de directeur van Kazerne Dossin.
Wat heeft u met de Holocaust?
Christophe Busch • Mijn parcours is eigenlijk een cirkelbeweging. Als jonge tiener raakte ik gefascineerd door de Holocaust. Ik had een publicatie cadeau gekregen, het eerste boekdeel over de pracht en praal van het Derde Rijk, het tweede met gruwelfoto’s. Dat triggerde me, op een leeftijd waarop iedereen zoekt naar waar het in het leven om gaat.
In het derde middelbaar gaf ik een spreekbeurt waarvoor ik met vaders camera dia’s schoot in het Fort van Breendonk. Op mijn achttiende organiseerde ik mijn eerste tentoonstelling over de Holocaust.
Ik had geschiedenis kunnen studeren, maar het werd criminologie, want ik wilde de dynamiek vatten die een mens in staat stelt geweld te plegen.
Tijdens mijn studies kwam genocidair geweld helaas amper ter sprake. Vervolgens ging ik in de forensische psychiatrie, die toen nog in de kinderschoenen stond, aan de slag met ontoerekeningsvatbaar verklaarde daders van misdrijven. Twaalf jaar lang werkte ik in de daderhulp.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.