Op welke manier kunnen academici deelnemen aan het maatschappelijke debat?
Herman Van Goethem • In de samenleving een rol spelen, is een deel van onze universitaire opdracht. De weg is alvast geplaveid: een academicus geniet vandaag best aanzien en heeft betrekkelijk makkelijk toegang tot de media. Alles is met andere woorden al klaar opdat die academicus zijn of haar stem gebruikt.
Vorig academiejaar gaf ik tijdens mijn openingsrede een uiteenzetting over Europese waarden en hoger onderwijs, en die toespraak kon rekenen op veel bijval.
Ik vertelde hoe we als universiteit mee een trekker zijn in de ontwikkeling van de mensheid.
Onderwijs is immers niet enkel een spiegel van onze samenleving, het is evenzeer een voorafname op de wereld waarvan we dromen, waarop we hopen, die we willen zijn. We zijn medespelers in het democratische veld, maar we moeten nadenken hoe we die democratie vormgeven. Het Westen heeft alvast nood aan een nieuwe politiek.
Ik wil dan ook deelnemen aan elk debat dat erop is gericht de polarisering tegen te gaan. Die onrustbarende trend moeten we met alle mogelijke middelen counteren. Wanneer collectief geweld toeneemt, moeten universiteiten hun oude rol als centra van het denken aanzwengelen en vanuit observatie en analyse op zoek gaan naar structuren die mensen kunnen samenbrengen.
Welke waarden zijn voor u het belangrijkst? Bent u zelf gelovig?
Herman Van Goethem • Bovenal hecht ik belang aan empathie. Ik geloof in de medemens die aan ieder van ons appelleert, in de ander die jou tegemoetkomt en naar wie jij kijkt. Niet van boven naar beneden, maar omgekeerd, om het te zeggen met de grote Frans-joodse filosoof Levinas.
Er is iets dat mij ten diepste beweegt. In die zin is mijn natuur beslist religieus.
Met begrippen als God en hiernamaals houd ik me niet bezig, simpelweg omdat we daarover in wetenschappelijke zin niets kunnen weten. Ik ben liever bezig met hier en nu goed in de wereld te staan, met maatschappelijk engagement. Als veertienjarige dook ik tijdens de kerst- en paasvakantie in het archief om stambomen uit te tekenen. Mijn gedrevenheid naar kennis evolueerde naar kennis van de mens. Ik richt me nu veeleer op de mens en zijn samenleven.
In uw publicaties heeft Antwerpen vaak een prominente rol. Wat betekent die stad voor u?
Herman Van Goethem • In Antwerpen groeide ik op en ik woon er nog steeds. Antwerpen is zonder meer een deel van mijn identiteit. Ik ben bijzonder gehecht aan mijn stad en kijk naar haar met de blik van een historicus. Ook al ben ik evenzeer jurist, ik bestempel mezelf toch steeds allereerst als historicus. Bovendien schuilt een Vlaamse honkvastheid in me, ook al zou ik gerust in Brussel of New York kunnen wonen. De gelaagdheid in Brussel vind ik overigens fascinerend – al die wijken en culturen in Schaarbeek alleen al. Ik ben dus onmiskenbaar een stadsmens. Laat me twee weken doorbrengen op het platteland en ik snak naar het bruisende van de stad.
Vorige maand ging er behoorlijk wat media-aandacht naar uw relaas in ‘Knack’ over hoe uw zoon Joos uit de kast kwam als homo en hoe u daarop reageerde. Verraste u dat?
Herman Van Goethem • Het begon met een telefoontje van Trotse Ouders, pluralistische praat- en luistergroep die ouders van holebi’s bij elkaar brengt. Of ik hun ambassadeur wilde worden? Ik stemde ermee in, weliswaar met de kanttekening dat ik ontzettend weinig tijd heb. Kort daarop werd ik overvallen door de pers. Het verhaal van mijn zoon raakte blijkbaar vele snaren, hoewel zijn coming-out dateert van vele jaren geleden. De talrijke reacties die ik ontving, waren zonder uitzondering positief.
De grootste denkfout die we als mens maken, is de werkelijkheid vanuit onszelf en onze eigen normen te bekijken.
Mijn zoon is leraar in een katholiek jezuïetencollege. Een pater van 89 zond me persoonlijk een sms met felicitaties. Homoseksualiteit is allerminst vanzelfsprekend, maar de tijden zijn duidelijk aan het evolueren. Dat stemt me hoopvol.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.