Volgend jaar herdenken we vijfhonderd jaar Reformatie. Wat aanvankelijk een binnenkerkelijk dispuut was over de methodes van de katholieke Kerk (Maarten Luther was zelf een katholieke monnik en priester), leidde tot een scheuring die vandaag nog steeds bestaat.
Gelukkig maakten vervolging en gewapende conflicten inmiddels plaats voor vreedzame dialoog.
In het Dossier deze week schetsen we u een beeld van het hedendaagse protestantisme in onze contreien. Daaruit blijkt dat de verschillen tussen protestantse stromingen minstens zo groot zijn als tussen katholieken en protestanten. Belangrijker is echter de vaststelling dat de diverse geloofsgemeenschappen elkaar niet langer als vijanden behandelen. Onze band met de katholieke parochie is hartelijk, zegt Wilfred De Jonge van de protestantse gemeenschap in Horebeke.
Oecumene 2.0
Het ziet ernaar uit dat de herdenking van vijfhonderd jaar Reformatie de banden tussen christelijke kerken nauwer zal aanhalen. Afgelopen zondag nam paus Franciscus in Zweden deel aan een herdenking van de reformatie. Hij sprak er zelfs de homilie uit tijdens een gezamenlijke viering.
Krijgt de eenheid onder christenen de komende maanden een nieuw elan? In een snel veranderende wereld moeten we oecumene 2.0 gestalte durven te geven, schreef Jan De Volder (Sant’Egidio) al op 20 januari van dit jaar in een opiniestuk in Kerk & Leven. Laten we hopen dat we inderdaad die richting uitgaan.
Nog moeilijker, maar even belangrijk, is de dialoog met andere religies.
Christenen en moslims zijn broeders en zusters, sprak paus Franciscus iets minder dan een jaar geleden. Voor veel christenen en moslims is dat vanzelfsprekend, voor anderen klinkt het als pure ketterij. Franciscus trekt nochtans gewoon de lijn van zijn voorgangers door. Het was Johannes-Paulus II die als eerste een interreligieuze top bijeenriep in Assisi. Dat gebeurde al in 1986. Hij kreeg toen harde kritiek van traditionalisten en sommigen trokken zelfs zijn pausschap in twijfel.
Educatieve waarde
Dat belette Johannes-Paulus en zijn opvolgers niet om de dialoog in Assisi opnieuw en opnieuw te organiseren, ondertussen al vijf keer. En al levert dat niet altijd concrete resultaten op, de educatieve waarde van die bijeenkomsten is groot. Religieuze leiders uit de hele wereld tonen hoe ze elkaar niet als vijand beschouwen, maar samen kunnen bidden voor vrede.
In een tijdperk waarin religies ervan beschuldigd worden de oorzaak te zijn van oorlogen en terreur, is dat een helder signaal.
Dat religieuze leiders het goede voorbeeld geven, heeft echter maar zin wanneer de gelovigen hun leiders volgen. De interreligieuze dialoog mag niet beperkt blijven tot enkele leiders van de religieuze gemeenschappen, maar moet zoveel als mogelijk alle gelovigen betrekken, zei paus Franciscus daarover eerder al. We krijgen dus als gelovigen een duidelijke opdracht van onze paus.
Ons vermogen in te leven
Is dat niet naïef, wanneer we de beestachtige misdaden van Islamitische Staat in het Midden-Oosten en bij ons zien? Nee, het is precies omdat die misdadigers mensen van diverse religies tegen elkaar willen opzetten, dat de oproep van de religieuze leiders des te belangrijker en relevanter is.
Goed overeenkomen in rustige tijden is makkelijk. Het is net nu dat we een inspanning moeten doen.
De eenheid onder christenen en de interreligieuze dialoog zijn twee verschillende dingen, die we niet dooreen moeten haspelen. Beiden appelleren echter aan ons vermogen om ons in te leven in anderen, om hun geloof te erkennen als waardevol en oprecht, om overeenkomsten te zoeken die we belangrijker vinden dan de verschillen. We krijgen een unieke kans om te bewijzen dat religie een bron van vrede, respect en samenwerking kan zijn.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.