Charles (Karel) van der Cruyssen (1874-1955) ging na zijn middelbare school werken in de firma van zijn ouders: behangwerken. Als aannemer van openbare werken kreeg hij prestigieuze opdrachten. Gaandeweg ging hij een leidende rol spelen in de Gentse en nationale middenstandbeweging. In 1913 lag hij mee aan de basis de eerste middenstandsorganisatie van België, God en Vaderland (voorloper van UNIZO).
Als oorlogvrijwilliger in de Eerste Wereldoorlog werd hij een van de meest gedecoreerde soldaten van het Belgisch leger.
Maar de oorlog had hem als mens danig dooreen geschud. Nauwelijks een jaar na het einde, trad hij binnen in de trappistenabdij van La Trappe in Normandië. Zijn kloosternaam werd Marie-Albert.
Van La Trappe naar Orval
In de zomer van 1926 werd dom Marie-Albert belast met de heropbouw van de abdij van Orval, die sinds de verwoesting door Franse troepen in puin lag. Zijn vroegere contacten, onder meer met architect Henry Vaes, kwamen goed van pas bij die taak. 10 jaar later werd hij gekozen als eerste abt van de nieuwe abdijgemeenschap van Orval en als 53ste sinds het ontstaan van de abdij in 1132.
Aan de gevel in de Lange Kruisstraat in Gent hangt een gedenkplaat, na zijn overlijden geschonken door De Koninklijke Kring God en Vaderland en De Christelijke Middenstandsbeweging aan hun stichter en bezieler.
Het pand waar de gedenkplaat hangt, was destijds het clublokaal van Gentse ondernemers. Vandaag huist er een restaurant met de naam De Abt.
