Ben je ook barmhartig voor jezelf?
Marc Desmet • Ik ben een nogal impulsieve mens... Dus ja, ik heb ook barmhartigheid nodig voor mezelf.
Als mens en als arts raak je geregeld gekwetst in je dromen, in je roeping. Er zijn ontnuchteringen, kwetsuren, machteloosheid. Soms overkomt het je, soms ben je er zelf verantwoordelijk voor. Of gemengd, zoals bij een slechtnieuwsgesprek dat eindigt met een kwade en superangstige patiënt. Dat kan gebeuren, maar misschien had ik ook meer en beter moeten luisteren en stiltes laten.
Het is belangrijk dat je jezelf ook aanvaard weet daarin.
Een beetje geheeld zijn in de kwetsuren van je leven, dat is barmhartigheid, een groot geschenk. Het maakt je vrij, omdat je niet handelt vanuit oude wonden.
Hoe leer je barmhartig zijn voor jezelf?
Marc Desmet • Daar helpen de geestelijke oefeningen van Ignatius me bij. Ik doe ze geregeld om te achterhalen of ik nog wel goed bezig ben en waar het eigenlijk op aankomt in het leven.
Stel dat ik me afvraag of ik verder wil met geneeskunde of niet. Dan zet ik die vraag eerst in de frigo en ga eens goed zitten om mij een en ander af te vragen, vertrekkend van de dynamiek van de geestelijke oefeningen. Wat was mijn dieper verlangen nu alweer? Hoe wil ik leven?
Mijn antwoord is nog steeds: Jezus achterna, jezuiet zijn, want dat is het milieu waarin ik thuis kom en waar ik in mijn element ben. Maar ook mijn weg was niet zonder fouten en kwetsuren. Daar komt de barmhartigheid dan kijken.
Ik voel me geliefd zoals ik ben, niet beter maar ook niet slechter.
Hoe cultiveer je die barmhartige houding op de palliatieve afdeling?
Marc Desmet • We gebruiken een spiritual box, een idee van de Nederlandse theoloog Carlo Leget. Hij hertaalde de ars moriendi (stervenskunst) uit de late middeleeuwen naar onze tijd. Destijds sprak men van 2 polen: hoogmoed en deemoed. Carlo Leget hertaalt die begrippen als zelfbeschikking en afhankelijkheid. We visualiseren die begrippen op de box. Elk vlak is een spanningsveld met heel concrete vragen, zoals loslaten of vasthouden. Allemaal zijn het uitingen van spirituele pijn.
Stel, een patient is heel veeleisend. Je eerste reflex is te zuchten: wat een ambetanterik! Weet hij niet dat we 7 mensen hebben om te verzorgen? Als je dat gedrag op de spirituele doos legt, begrijp je het veel beter.
Met tegenstrijdigheden van mensen hebben we hier heel veel te maken: doodgaan, maar toch spreken over volgende zomer. Plannen maken, maar ze niet uitvoeren. Klagen over pijn maar toch geen medicatie willen. Barmhartigheid betekent dan dat je dat probeert te verstaan. Het is heel normaal dat mensen met tegenstrijdige gevoelens zitten bij lijden en dood.
Voor ons is barmhartigheid dus vooral: niet oordelend in de zorg staan, maar altijd proberen te begrijpen.
Mijn trucje is om nooit onmiddellijk te reageren, maar 30 seconden te wachten. Een eerste impulsieve reactie wordt dan omgeleid naar mijn innerlijke ruimte.
Mensen sterven meestal zoals ze leefden, en dat is lang niet altijd in balans. In uitzonderlijke gevallen mag je meemaken dat op het einde van het leven toch verzoening plaatsvindt. Zulke momenten moet je koesteren, maar je mag er geen verwachtingspatroon aan vastknopen. We moeten niets verwachten dat onrealistisch is en dat mensen niet aankunnen.
Bij wie haal jij inspiratie om barmhartig in het leven te staan?
Een van onze patiënten hier was vroeger vrijwilligster op onze afdeling. Ruim 10 jaar lang bracht ze wekelijks op elk ziekenkamer een roos. Zonder woorden. De betekenis van de roos liet ze helemaal open. Ze wou gewoon iets van schoonheid en iets stils doen. Misschien was die roos getuige van de schoonheid en doornen van het leven. Toen ze ziek werd, nam iemand van de familie het over. Nu is ze hier dus patiënt. Ze inspireert me nog steeds.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.