In de namiddag worden vijf keuzeprogramma’s aangeboden. Via panelgesprekken maar ook interactie met alle deelnemers, wordt telkens een dimensie van onze roeping als mens en als christen uitgediept, in gesprek met jongeren. In elk panel zijn ook twee jongeren en één van de Vlaamse bisschoppen aanwezig. De insteek is telkens spiritueel en zoekt nauw aan te sluiten bij de gelovige beleving van onze roeping.
1. Paasmensen – tot hoop geroepen (coördinator Jürgen Mettepenningen)
Het leven van christenen staat in het teken van de hoop. Hoop betekent niet gewoon optimisme en is ook niet naïef. Maar Jezus’ Pasen laat een perspectief zien dat verder reikt dan wat ons kan overkomen. Christenen horen de roepstem van de Heer die zegt: ‘Vrees niet – sta op – wees niet bang – Ik ben met je - ….’. Hopen is vertrouwen dat God er altijd zal zijn, je bij je naam zal roepen, wat er ook moge gebeuren. En die uitnodiging om ons naar Hem toe te keren en nieuwe mensen te worden draagt bij tot menselijke groei in een ‘pedagogie van de hoop’. Christenen willen hoopvolle mensen zijn en ook anderen, en met name jongeren, hoop aanreiken. Lees meer.
2. Gelovig thuiskomen - tot gemeenschap geroepen - met programma voor kinderen (coördinator Hilde Pex)
Christen ben je niet in je eentje, maar samen met anderen. Als christenen worden we geroepen om samen gemeenschap te vormen naar het beeld van God, die een en al gemeenschap van liefde is: Vader, Zoon en heilige Geest. In de Kerk ontvangen we die gemeenschap en bouwen ze op door te kiezen voor verbondenheid met God en met elkaar: thuis in het gezin – de huiskerk – of in de parochie of geloofsgemeenschap – een familie van broers en zussen in Christus. Hoe kunnen parochies en gezinnen elkaar ondersteunen in hun roeping? Wat hebben geloofsgemeenschappen (jonge) gezinnen aan positiefs en hoopvols te bieden? Wat kunnen gezinnen als huiskerken betekenen voor parochies? Lees meer.
Met kinderen – van kleuter tot jongere – gaan we in kleine groepjes op weg met Abraham in de woestijn en ontdekken we hoe zijn familie een grote familie wordt: talrijker dan de sterren aan de hemel en de zandkorrels in de woestijn. Ouders, grootouders en doopouders zijn uitgenodigd om met hun kind mee op weg te gaan in het Godly Play verhaal ‘De grote familie’.
3. Aangesproken worden – door God geroepen (coördinator Piet Raes)
In ruime zin betekent roeping dat de mens een stem verneemt, van een andere mens, van ‘iets groters’, een uitnodiging om zich te wijden en te geven aan iets of iemand. Je hoeft dus niet gelovig te zijn om je ergens toe geroepen te weten. Christenen echter horen achter die stem Gods oproep tot een gegeven leven, naar het voorbeeld van Jezus. Daaraan gaat voor hen nog een eerdere roepingservaring vooraf: de ontdekking dat God elke mens en dus ook mij persoonlijk liefheeft en bij mijn naam roept. God noemt ons zijn geliefde kinderen, kostbaar in zijn ogen. Roeping begint als God ons aanspreekt en zo relatie met ons aangaat. Sommigen ervaren dit reeds op jonge leeftijd, anderen veel later. ‘Trek weg uit uw land, uw stam en ouderlijk huis, en ga naar het land dat Ik u zal aanwijzen.’ Met die woorden sprak God Abraham aan, de vader van alle gelovigen. Ook vandaag noemt God mensen bij hun naam en zendt Hij hen op weg.
4. Dienstbaar zijn – door de ander geroepen (coördinator Peter Vande Vyvere)
God spreekt ons aan doorheen het leven zelf. De werkelijkheid en vooral mensen dragen een uitnodiging in zich tot elk van ons. Wetenschappers spreken over wat hen drijft. Het gelaat van ieder ander houdt een vraag in om respect en steun. Kinderen maken een koppel tot ouders. Vluchtelingen en migranten spreken ons aan op onze medemenselijkheid. Jongeren appelleren ons om hen levenskunst en diepgang aan te reiken. En daar doorheen kunnen we God zelf op het spoor komen. De Bijbel heeft een symbolisch rijtje mensen door wie God ons ‘aankijkt’: de hongerige, de dorstige, de vreemde, de naakte, de zieke, de gevangene … (Mt 25). Altijd zullen hun blikken ons geweten blijven beroeren, het heiligdom waar God met elke mens spreekt, ook als die zich daar (nog) niet van bewust is. De werkelijkheid en vooral de mensen die op onze weg komen, bieden ons de kans om mens te worden zoals God het droomt - en wie weet Hem ook zelf te ontmoeten.
5. Tochtgenoten – erbij geroepen (coördinator Dirk Boone)
Op je eentje doorheen je vele verlangens Gods droom over jouw leven willen vinden, is niet helemaal zonder risico. Om jouw diepste verlangen te vinden (‘Wat verlang ik nu echt…?’), dat spoort met Gods verlangen voor jou (‘Waartoe roept God mij nu echt…?’) – kan een meer ervaren tochtgenoot of een geestelijke begeleider helpen. En natuurlijk hoeft het niet altijd om die hele grote vraag te gaan. Vaker vertaalt die zich onderweg in: ‘Wat moet ik nu doen, als mens en als christen? Wat verwacht God van me in deze situatie?’ Daarover spreken met een ‘wijze’ broer of zus in het geloof kan dan een grote hulp zijn. Zo iemand is dienstbaar in het luisteren en biedt je de kans om je uit te spreken in alle vertrouwen. We mogen geloven dat de Heer in ons midden is wanneer we zo naar elkaar luisteren en met elkaar spreken. Wie – misschien reeds als jongere - de vreugde kent van een tochtgenoot op de levensweg, kan later op zijn of haar beurt begeleider of oudere broer of zus in het geloof worden voor een ander: een jongere, een collega, een familielid, een zieke, iemand die voor een keuze staat… en die Gods stem kan vernemen in het zich bij jou uitspreken, in je luisteren en mee zoeken.
Ontdek het hele programma van Samen geroepen en schrijf je in.