We worden hier voor een voldongen feit gezet: jongeren hebben geen vertrouwen meer in de maatschappij. Is dat louter een feit? Ik zie het veel meer als een vraag.
Leggen we er ons als maatschappij bij neer dat jongeren pessimistisch naar de wereld kijken?
Welk antwoord geven wij op de angst van de jongeren? Wat geven wij hen mee om hoopvol te kunnen uitkijken naar de toekomst? Waar kunnen jongeren heen om hoop te vinden?
Er komt vanuit de samenleving maar een gebrekkig antwoord op deze reële angsten. Met Vroeger was alles beter komen we niet ver. Ook het plat relativeren van ecologische of sociale crisissen, voldoet als antwoord niet voor jongeren. Evenmin voor mij.
En toch
Toch durf ik als jongere positief naar de toekomst samenleving kijken. Ik ben zelfs ronduit hoopvol als het over onze gedeelde toekomst gaat, omdat ik mijn antwoord heb gevonden op deze angsten. Waar de maatschappij in tekort schiet, heb ik de hoop van het christendom ontdekt. Het geloof geeft mij instrumenten om hoopvol naar de samenleving en het milieu te kijken én eraan te werken. Mijn geloof zet mij niet buiten spel in de maatschappij, maar laat me toe dat ik er middenin sta. Hoe dan?
Jezus’ liefde voor iedereen rondom hem inspireert mij elke dag. Ik word diep in mijn hart geraakt door zijn tederheid, zijn barmhartigheid voor elke mens. Jezus geloofde dat er in elke mens iets goeds, iets goddelijks aanwezig was.
Wanneer ik met Jezus’ ogen naar de vluchtelingen kijk, of naar de gruweldaden van IS, dan verandert mijn perspectief in een blik van hoop.
Ik ben me ervan bewust dat er velen zijn die God nutteloos of soms zelfs nadelig vinden voor de maatschappij. Toch wil ik hier in de bres springen voor het idee van een Schepper: het leidt mij namelijk tot de overtuiging dat wij allemaal, alle wezens op deze wereldbol, geschapen zijn door dezelfde Vader.
Wij zijn allemaal broers en zussen en dat geeft me hoop.
Welke familie zou niet voor elkaar zorgen? Wie zou zijn eigen broer of zus in de steek laten? Ik durf erop te hopen dat de wereld dit vroeg of laat zal inzien. De armen, dat zijn onze broers en zussen. De uitstervende dieren, dat zijn ook onze broers en zussen.
Laten we dit universeel broederschap diep in ons doen doordringen en voor onze familie in de bres springen.
Soms lijkt het alsof de wereld op instorten staat. Alsof alle zwartgalligheid volledig terecht is. Ook op zo’n moment geeft mijn geloof mij ademruimte, want dan moet ik denken aan de tijd tussen het sterven van Christus en zijn verrijzenis. Hoe uitzichtloos moet de situatie voor de apostelen wel niet geleken hebben! En dan is daar Gods antwoord: Zijn liefde heeft de dood overwonnen. We mogen er dus op vertrouwen dat het slechte in de wereld nooit de bovenhand zal krijgen, ook al lijkt het soms zo. Als christenen worden we geroepen om hoopvolle mensen te zijn en die hoop vol liefde door te geven aan anderen.
Ik doe hierbij een oproep aan alle jongeren: laat deze cijfers je niet bevestigen in je doemdenken. Zit niet bij de pakken neer. Ontdek voor jezelf jouw bron van hoop en deel die met anderen. De wereld zal er wel bij varen!
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.