Een reporter van de Britse openbare omroep BBC vroeg eens tijdens een straatinterview aan toevallige passanten: "Wat is voor u geloof?" Van één vrouw kreeg hij prompt het boude antwoord: "Geloven is beseffen dat de heiligen niet alleen in de hemel wonen, maar zomaar om de hoek."
Ik moest aan die anekdote terugdenken, nu we binnenkort weer Allerheiligen vieren. Dat er heiligen in je straat zouden wonen, lijkt een vreemde gedachte. Je denkt veeleer dat het niet waar kan zijn. Heiligen, dat is toch iets van vroeger?
Nochtans, het feest van Allerheiligen zou er ons ook moeten aan herinneren dat er altijd, dus ook vandaag, heiligen zijn. De kerk heeft in de loop der tijden nogal wat mensen heilig verklaard, dat wil zeggen officieel verheven tot de status van heiligheid. Dezen zijn echter slechts een kleine greep uit de massa van de heilige mensen die op aarde hebben rondgelopen. Daarom het Allerheiligenfeest.
Het merkwaardige van heiligen is dat ze vaak tijdens hun leven niet als zodanig herkend worden. Waarom? Omdat heilig zijn geen al te beste klank heeft. Het komt ons voor als synoniem van braaf.
Heiligen waren echter meestal niet zomaar jaknikkende zieltjes. Maar dromers en durvers en doeners.
Ze hebben de droom van God verder gedroomd. Als ze zonder morren ja zegden, dan was het om die droom te realiseren. Ze hebben de boodschap van liefde in hun leven vertaald. In daden van bevrijding uit armoede, uit onrecht en uit ongeloof. In houding van medeleven en aandacht.
Geen brave Hendrikjes, hoe nederig ze ook waren, maar moedige volgelingen van Jezus van Nazareth. Ze zijn heilig, omdat ze deelden in Gods heiligheid, brengers waren van zijn heil en helers van mensen. Ze hebben hun leven geborduurd op het patroon van Christus' liefde.
Heiligen zijn mensen op wie iets van Gods grote liefde is afgesprongen. In hen werd Gods liefde actief en zij leefden vanuit een liefdesverbond met God. Op louter menselijke moed leunend en op eigen kracht steunend zouden ze misschien wel door de knieën zijn gegaan.
Zou dat een exclusiviteit van het verleden zijn? Neen, ook vandaag zijn er heiligen onder ons. Ook bij ons wonen ze misschien wel om de hoek. Mensen over wie we soms de vraag stellen: waarom doen ze dit of dat? Ze halen er geen profijt uit. Integendeel. Ze lijken de goedheid zelf: wat ze doen, doen ze uit liefde, uit bewogenheid.
Eigenlijk zijn we allen geroepen om heilig te worden. In elke mens smeult een klein vonkje heiligheid. Maar we kennen onszelf te goed, en dus ook de as in onszelf. Het grootste wonder, zei Kierkegaard, is dat God heiligen maakt van zondaars. Dat laatste zijn we allemaal. Pas als we dat beseffen, kunnen we ook heilig worden.Een reporter van de Britse openbare omroep BBC vroeg eens tijdens een straatinterview aan toevallige passanten: "Wat is voor u geloof?" Van één vrouw kreeg hij prompt het boude antwoord: "Geloven is beseffen dat de heiligen niet alleen in de hemel wonen, maar zomaar om de hoek."
Ik moest aan die anekdote terugdenken, nu we binnenkort weer Allerheiligen vieren. Dat er heiligen in je straat zouden wonen, lijkt een vreemde gedachte. Je denkt veeleer dat het niet waar kan zijn. Heiligen, dat is toch iets van vroeger?
Nochtans, het feest van Allerheiligen zou er ons ook moeten aan herinneren dat er altijd, dus ook vandaag, heiligen zijn. De kerk heeft in de loop der tijden nogal wat mensen heilig verklaard, dat wil zeggen officieel verheven tot de status van heiligheid. Dezen zijn echter slechts een kleine greep uit de massa van de heilige mensen die op aarde hebben rondgelopen. Daarom het Allerheiligenfeest.
Het merkwaardige van heiligen is dat ze vaak tijdens hun leven niet als zodanig herkend worden. Waarom? Omdat heilig zijn geen al te beste klank heeft. Het komt ons voor als synoniem van braaf. Heiligen waren echter meestal niet zomaar jaknikkende zieltjes. Maar dromers en durvers en doeners.
Ze hebben de droom van God verder gedroomd. Als ze zonder morren ja zegden, dan was het om die droom te realiseren. Ze hebben de boodschap van liefde in hun leven vertaald. In daden van bevrijding uit armoede, uit onrecht en uit ongeloof. In houding van medeleven en aandacht.
Geen brave Hendrikjes, hoe nederig ze ook waren, maar moedige volgelingen van Jezus van Nazareth. Ze zijn heilig, omdat ze deelden in Gods heiligheid, brengers waren van zijn heil en helers van mensen. Ze hebben hun leven geborduurd op het patroon van Christus' liefde.
Heiligen zijn mensen op wie iets van Gods grote liefde is afgesprongen. In hen werd Gods liefde actief en zij leefden vanuit een liefdesverbond met God. Op louter menselijke moed leunend en op eigen kracht steunend zouden ze misschien wel door de knieën zijn gegaan.
Zou dat een exclusiviteit van het verleden zijn? Neen, ook vandaag zijn er heiligen onder ons. Ook bij ons wonen ze misschien wel om de hoek. Mensen over wie we soms de vraag stellen: waarom doen ze dit of dat? Ze halen er geen profijt uit. Integendeel. Ze lijken de goedheid zelf: wat ze doen, doen ze uit liefde, uit bewogenheid.
Eigenlijk zijn we allen geroepen om heilig te worden. In elke mens smeult een klein vonkje heiligheid. Maar we kennen onszelf te goed, en dus ook de as in onszelf.
Het grootste wonder, zei Kierkegaard, is dat God heiligen maakt van zondaars.
Dat laatste zijn we allemaal. Pas als we dat beseffen, kunnen we ook heilig worden.