In de lessen over de protestantse opstand van de 16de eeuw bespraken we de misbruiken die in die tijd door bedienaars van de Kerk werden gepleegd. Van geldzucht, slechte kennis van de geloofsleer, handel in aflaten tot de zonden van het vlees. Het had toen tot gevolg had dat heel wat mensen de Kerk zouden verlaten en elders gingen zoeken naar zingeving, zoals bij de protestantse gemeenschappen.
Het duurde niet lang tot de vergelijking kwam met onze tijd: de pedofilieschandalen en uitspraken die niet in de lijn van de kerkelijke leer lijken te zijn. Enkele leerlingen met scherp inzicht zagen de parallel met mensen die omwille van misbruiken vandaag de Kerk hebben verlaten en zich bewust lieten ontdopen.
Velen van hen begrepen deze reactie wel, het misbruik geeft natuurlijk geen fraai beeld van de Kerk. De klassieke vraag kwam dan ook: Wat vindt u daarvan, meneer? Da’s toch ni normaal he? Maar ook: Hoe kunt u nu nog katholiek zijn?
Ik legde hen uit dat ik net als alle andere katholieken erg gekwetst en verward ben geweest door deze gebeurtenissen. Dat misbruik bestaat in onze maatschappij, is al erg genoeg. Veel erger is het dat het bestaat in onze eigen geloofsgemeenschap. Des te meer dat het gebeurt door enkele van onze priesters, die onze herders zouden moeten zijn.
Heiligheid van de Kerk
Toch zou dit in de verste verte geen gevolgen mogen hebben voor ons eigen geloof in de Kerk en in Christus zelf. Hoewel het voor velen moeilijk kan zijn om een onderscheid te maken tussen de Kerk en haar al dan niet zondige bedienaars, is er wel degelijk een verschil. Schandalen zoals die van het misbruik schaden de Kerk ontegensprekelijk, maar hebben tegelijk geen enkele invloed op de heiligheid van de Kerk zelf. Dat komt omdat haar heiligheid niet afhangt van die van haar individuele leden, maar zijn oorsprong vindt in haar Stichter.
Het is Christus zelf die de Kerk gesticht en dus ook gewild heeft. Je kan de Kerk niet los zien van Christus zelf, maar wanneer gelovigen, priesters en zelfs bisschoppen zondigen, heeft dat vanzelfsprekend geen enkele invloed op de heiligheid van God zelf, of aan de waarde van zijn leer.
Ook omwille van haar doel is de Kerk heilig, omdat ze ons allemaal tot heiligheid opwekt en velen tot heiligheid brengt. Dankzij de Kerk en haar sacramenten, zoals het doopsel, het huwelijk en de biecht, kunnen ook wij heilig worden. Waar zouden we heen gaan om deze sacramenten te ontvangen als we de Kerk verlaten? Overigens is het zo dat als we deze sacramenten ontvangen hebben van een zondige priester, zij hun waarde toch blijven behouden.
Net zoals een lening bij een bank niet afhangt van de bankrekening van een bankbediende, hangt ook de waarde van een sacrament niet af van de heiligheid van de priester die ze ons geeft, maar van Christus zelf.
Onze eigen heiligheid
Ik legde ook uit dat we natuurlijk oog moeten hebben voor de slachtoffers van dit verschrikkelijke misbruik, maar niemand, ook de slachtoffers niet, zou er baat bij hebben dat we de Kerk, die ons met God verbindt, zouden verlaten omdat sommigen tegen de leer van de Kerk zelf gezondigd hebben.
Gelukkig beschikken we over heel wat goede en heilige priesters en ook dat is alweer een argument om zonder angst de Kerk tegemoet te treden. Als de schandalen ons iets geleerd moeten hebben, is het zeker niet dat we de Kerk opzij zouden moeten schuiven. Het is des te meer een oproep om de gaven van de Kerk ten volle te gebruiken en elke dag te werken aan onze eigen heiligheid.
Vele leerlingen toonde hier wel begrip voor, niet in het minst de gematigde moslims in mijn klas die erg verveeld zitten met de radicale islam zoals die door IS in de praktijk gebracht wordt. Dit is natuurlijk alweer een hele andere discussie, maar tegen de verwachtingen in had een les over verdeeldheid in geloof zo toch tot dialoog en begrip over de levensbeschouwingen heen geleid.
Foto header Flickr CC Blaison-Gohier
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.