Volgens Paul Bhatti, broer van de vermoorde Pakistaanse minister van Minderheden Shahbaz Bhatti, betekent de vrijspraak van Asia Bibi een echt keerpunt: Al bij al bleef de reactie op het beroep tegen de vrijspraak beperkt, ook al omdat de meerderheid van de Pakistaanse bevolking dankzij het nieuws en talkshows op televisie goed begrepen heeft dat dit een eerlijk vonnis is geweest. Bovendien is de Pakistaanse overheid preventief opgetreden tegen mensen die van plan waren om protesten te organiseren.
Met de vrijspraak heeft de Pakistaanse Justitie volgens Paul Bhatti tot op het hoogste niveau erkend dat christenen in vrede willen samenleven met de andere Pakistanen en dat Pakistan de godsdienstkeuze en de geloofsovertuiging van alle inwoners wil respecteren. Dat belet volgens hem niet dat christenen en andere religieuze minderheden nog steeds onder veel discriminaties gebukt gaan.
Kerk in Nood bestempelt de vrijspraak als een triomf voor de mensenrechten en de religieuze verdraagzaamheid. Het recht heeft het gehaald op de haat van fanatici, stelt secretaris-generaal Philipp Ozores vast. Dit geeft hoop voor 187 christenen die net als Asia Bibi zogenaamd wegens godslastering zijn opgesloten.
Ook Mervyn Thomas, de woordvoerder van Christian Solidarity Worldwide (CSW), een mensenrechtenorganisatie die zich inzet voor vervolgde minderheden, juicht de vrijspraak toe. Wij roepen de Pakistaanse overheid op om Asia Bibi's veiligheid en die van haar familie te garanderen. Wij dringen bij de overheid erop aan dat zij de wetten over godslastering zou herzien. Thomas stelt vast dat godslastering een bijzonder gevoelige kwestie blijft, maar waarschuwt ook dat die blasfemiewetten nog steeds veel te vaak gebruikt worden om meningsverschillen over geld, eigendom of zakentwisten met concurrenten of andersgelovigen te regelen. De meerderheid van de slachtoffers zijn moslims, al is het geweld en de intimidatie van christelijke en andere slachtoffers veel heftiger.
Bron: CSW/Kathpress.at/KIN