Het misbruik vond plaats tussen 2018 en 2020, in het kader van de strijd tegen de ebolacrisis.
Meer dan 50 Congolese vrouwen beschuldigen hulpverleners van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en internationale ngo's, onder meer World Vision, ALIMA, Artsen Zonder Grenzen en Oxfam, van seksueel misbruik of uitbuiting. De incidenten hebben vooral plaatsgevonden in de buurt van Beni en in de nabijgelegen stad Butembo. De beschuldigde hulpverleners waren afkomstig uit verschillende Afrikaanse landen, maar ook uit Canada, Frankrijk en ons land. Soms werden de artsen, gezondheidwerkers of medewerkers van de administratie door hun chauffeurs naar het hotel gebracht voor een afspraak. Een van de vrouwen getuigde dat de praktijk zo courant was als voedsel kopen in supermarkt.
De vrouwen werden door de buitenlandse hulpverleners, die tijdens de ebola-uitbraak tussen 2018 en 2020 actief waren, dronken gemaakt, naar kantoren, hotels en ziekenhuizen gelokt of kregen werk aangeboden in ruil voor seks. Verschillende vrouwen werden door meerdere hulpverleners benaderd en soms werd gedreigd met ontslag als zij niet zouden toegeven.
Voor het correct weergeven van deze inhoud dien je (sociale) content cookies te aanvaarden.
De beschuldigingen zijn opmerkelijk, omdat de WHO een nultolerantiebeleid hanteert en omdat de VN en andere instellingen zich nadrukkelijk hebben geëngageerd om dergelijke misbruiken aan te pakken. VN-secretaris-generaal António de Oliveira Guterres heeft inmiddels aangekondigd dat er een grondig onderzoek komt.
Volgens The New Humanitarian wisten de meeste vrouwen niet hoe ze het misbruik moesten melden. Zij hadden ook weinig vertrouwen erin dat de daders van het misbruik of de uitbuiting zouden bestraft worden. Drie van de betrokken organisaties zijn met een intern onderzoek gestart.