De realisatie van onszelf en van onze levensprojecten is volgens paus Franciscus vooral het antwoord op een onszelf overstijgende oproep.
Vandaag is het in de rooms-katholieke Kerk Wereldgebedsdag voor Roepingen. Het is de 57ste van de gebedsdag in deze vorm. De gebedsdag werd in 1964 door paus Paulus VI in het leven geroepen. In zijn gelegenheidsboodschap schrijft paus Franciscus dat gelovigen moedige beslissingen moeten durven nemen en hij verwijst daarbij naar mensen die belangrijke maatschappelijke verantwoordelijkheden op zichnemen, naar de rol van de echtgenoten in een gezin en vooral naar diegenen die het godgewijde leven en het priesterschap op zich hebben genomen.
Thema van de wereldgebedsdag ist dit jaar: Wees niet bang, Ik ben bij u! (Mt 14,22-33. Het beeld van de leerlingen die het meer oversteken, roept in zekere zin onze eigen levensreis op. In feite gaat de boot van ons leven langzaam vooruit, rusteloos op zoek naar een veilige haven, bereid om de risico’s en de uitdagingen van de zee te trotseren, maar tegelijkertijd ernaar uitziend dat de stuurman ons uiteindelijk op de juiste koers zal houden. Soms kan het schip evenwel uit koers raken als het zich door illusies laat verblinden, in plaats van zich door een vuurtoren naar een veilige haven te laten loodsen of als het aan de forse tegenwind van moeilijkheden, twijfels en angsten blootgesteld wordt.
Elke roeping vloeit voort uit de liefdevolle blik waarmee de Heer ons tegemoet is gekomen, misschien net toen onze boot aan de storm overgeleverd was. Paus Franciscus
De Heer roept ons om ons leven in handen te nemen om het in dienst van het Evangelie te stellen, in verschillende vormen van roeping. Maar we lijken op de apostel Paulus: we voelen ons verlangen en ons elan wel, maar tegelijkertijd zijn we getekend door zwakheden en angsten, schrijft de paus. Het Evangelie vertelt ons echter dat we in dit uitdagende levensavontuur niet alleen zijn. Alsof Hij midden in de nacht de dageraad oproept, wandelt de Heer over het woelige water naar de leerlingen.