Het Jaaroverzicht van Kerk in Nood legt sterk de nadruk op de verstrekte hulp voor de pastorale activiteiten en de (herop)bouw van kerken in het Midden-Oosten.
Dankzij Kerk in Nood konden duizenden christenen terugkeren naar hun geboortesteden en -dorpen. Jaarverslag 2017 Kerk in Nood
Met 9,3 miljoen euro was Irak de meest begunstigde partner. Daarbij ging bijzonder veel aandacht uit naar de heropbouw van christelijke dorpen in de Ninevevlakte in Irak. Andere bevoorrechte partnerlanden zijn India (5,86 miljoen euro), Syrië (5,8 miljoen euro). Daarna volgen Oekraïne (4,7 miljoen) op de vierde, Brazilië (3,88 miljoen) op de vijfde en de Democratische Republiek Congo (3,42 miljoen) op de zesde plaats.
Wereldwijd werd een op tien priesters (in totaal 40.383) geholpen met misintenties, vooral in Afrika (15.440) en in Azië (10.748). Bovendien kregen 13.643 seminaristen, meer dan ooit tevoren, ondersteuning, bijvoorbeeld door de toekenning van een studiebeurs. Kerk in Nood verstrekte ook hulp voor het levensonderhoud of de opleiding van 12.801 zusters en steun voor 1.212 bouwprojecten voor kerken, kapellen, pastorieën, seminariegebouwen, catechesecentra en andere kerkelijke gebouwen. Naast auto’s, motorfietsen en fietsen werden ook drie boten, vier vrachtwagens en drie bussen gefinancierd. Voor ongeveer 2.000 aanvragen werd een negatieve beslissing genomen, omdat ze niet aan de strenge criteria voor de toekenning van financiële middelen beantwoordden.
Bron: Kerk in Nood
Lees het Jaaroverzicht 2017 van Kerk in Nood.