In 2014 werden twee kolonisten aangehouden die brand hadden gesticht in de benedictijnenabdij in Jeruzalem, maar zij worden nu vrijgelaten.
Kerkelijke kringen in Jeruzalem reageren ontsteld op de vrijspraak van de twee brandstichters van de Dormitio-abdij. Een Israëlische rechtbank oordeelde dat de aanklachten onontvankelijk zijn. De brandstichting in de abdij van de benedictijnen op de Sionberg vond plaats in mei 2014, nauwelijks enkele uren na het bezoek van paus Franciscus. Al snel werden twee kolonisten als daders herkend en gearresteerd. Een van beide, de 23-jarige joodse kolonist Yinon Reuveni, was in 2017 al tot vier jaar gevangenisstraf en een boete van 12.000 euro veroordeeld voor brandstichting in het benedictijnenklooster van Tabgha, aan het Meer van Galilea. In 2018 kreeg hij daarvoor nog eens 18 maanden extra gevangenisstraf, toen duidelijk werd dat de misdaad ideologisch was gemotiveerd.
De rechtbank oordeelde begin van de week dat de Israëlische Inlichtingendienst het tweetal onder zware psychologische en mogelijk ook fysieke druk had gezet om bekentenissen af te dwingen. Bovendien werd aan allebei het recht op een advocaat ontzegd. De woordvoerder van de katholieke bisschoppen, Wadie Abunassar, reageert met onbegrip. Ook de woordvoerder van de abdij, Matthias Karl, vestigt de aandacht op het preventieve effect van de veroordeling. Nu wordt net het omgekeerde effect bereikt.