De aanslag op de Franse priester Jacques Hamel, die in juli 2016 in zijn kerk werd doodgestoken, had voorkomen kunnen worden.
Volgens Franse media lag Adel Kermiche, die in juli samen met een medestander een aantal kerkgangers in het Franse Saint-Etienne-du-Rouvray met messen gijzelde en er de 86-jarige priester Jacques Hamel doodstak, wel degelijk in het vizier van drie Franse inlichtingen- en politiediensten. Het doen en laten van Adel Kermiche werd gevolgd. Zo werd zijn communicatie, onder meer zijn e-mailverkeer, in het oog gehouden.
Kermiche had enkele dagen eerder via de berichtendienst Telegram een aanval op een kerk, waar hij mensen zou onthoofden, aangekondigd. Maar die informatie van een agent liep vast in de bureaucratie en er werd niets mee gedaan. Volgens Mediapart werden na de aanslag bovendien documenten vervalst, om te vermijden dat bekend raakte dat politie- en veiligheidsdiensten van de plannen voor de aanslag op de hoogte waren. Het incident maakte nogmaals pijnlijk duidelijk hoe de verschillende veiligheidsdiensten in Frankrijk vaak naast elkaar werken.