Bij de ongeschoeide karmelieten in Brugge is een nieuwe ‘paterkaas’ voorgesteld. De paters karmelieten van Brugge, Gent en Antwerpen knopen met hun zachte, volle en romige kaas aan bij een oude traditie. Hij is lactosevrij, geschikt voor vegetariërs en gemaakt van melk van West-Vlaamse koeien.
De kloosterorde van de karmelieten dankt zijn naam aan de berg Karmel in Jeruzalem. Het mag dan ook geen verwondering wekken dat de allereerste karmelietenkaas ooit de naam de ‘Carmel’ heeft gekregen, een verwijzing naar deze plaats in het Heilige Land die een belangrijke rol heeft gespeeld bij het ontstaan van de orde van de ongeschoeide karmelieten. De groep kluizenaars werd in 1247 door de paus als bedelorde erkend.
Ook na de splitsing binnen de orde in de zestiende eeuw bleven de ongeschoeide karmelieten trouw aan hun strenge kloosterregel, waarbij zij ook in eigen onderhoud moeten voorzien. Daardoor specialiseerden de paters zich onder meer in de productie van voeding en drank voor eigen gebruik en om door te verkopen als een manier om het klooster in stand te houden.
Vaak beschikten kloosters over een eigen boerderij, waarbij kaas een logisch nevenproduct werd van de melk van hun koeien.
Pater Paul De Bois, provinciaal overste van de Vlaamse Karmelieten: 'Al sinds mensenheugenis zijn de meeste kloosterorden verantwoordelijk voor hun eigen levensonderhoud.
Het produceren van voeding en drank voor eigen gebruik en voor de verkoop, is dus een manier om een klooster in stand te houden.
We hebben in Vlaanderen twee grote kloosters die dateren uit de 17de eeuw. Zulke gebouwen onderhouden en in stand houden kost geld. Ook het levensonderhoud van de broeders en een kwalitatieve zorg voor onze oudere paters moet verzekerd blijven. Dus zijn we creatief op zoek gegaan naar een nieuw initiatief.’
(vervolg na de afbeelding)
