Vanmiddag is op een persconferentie in Rome het document Christus vivit (Christus leeft), een 68 pagina’s tellende brief van paus Franciscus aan de jongeren, voorgesteld. De postsynodale exhortatie, gericht aan de jongeren en het hele volk van God, is opgesteld als een handleiding, die jongeren wil helpen om de uitdagingen waarmee zij zowel in de Kerk als in de samenleving geconfronteerd worden het hoofd te bieden. De paus heeft veel aandacht voor het leven van jongeren met hun moeilijkheden. Christus vivit spreekt ook over de relatie tussen verschillende generaties en bevestigt de christelijke leer over huwelijk en gezin. De Kerk, schrijft Franciscus, moet nederig toegeven dat sommige dingen moeten veranderen. Daarvoor moet zij durven luisteren naar de meningen en zelfs kritiek van jongeren. Die jongeren willen een Kerk die niet de hele tijd de wereld veroordeelt.
Magna Charta voor jongeren- en roepingenpastoraal
Kardinaal Lorenzo Baldisseri, de secretaris-generaal van de bisschoppensynode, stelde op een persconferentie in Rome dat de paus met Christus vivit het synodale proces voltooit dat hij in oktober 2016 is gestart met de aankondiging van de bisschoppensynode over jongeren, geloof en het onderscheiden van roeping. Het document vormt een Magna Charta voor de jongeren- en de roepingenpastoraal. Daarbij moet veel aandacht zijn voor de gaven en charisma’s waarmee de jongeren de vernieuwing van de Kerk kunnen verrijken.
In deze brief richt paus Franciscus zich met genegenheid rechtstreeks tot elke jongere, ook tot hen die niet gelovig zijn of diegenen die zich niet herkennen in Jezus en zijn Kerk.
Kardinaal Baldisseri verduidelijkte nog dat het document geen loutere opsomming is van de besluiten van de bisschoppensynode. De paus voegt ook persoonlijke beschouwingen toe en ook drie citaten die ontleend zijn aan de presynode, de voorbereidende ontmoeting met jongeren in maart 2018 in Rome die aan de bisschoppensynode voorafging. Hij grijpt ook regelmatig terug naar de inzichten van het Tweede Vaticaans Concilie. Kardinaal Baldisseri wees erop dat ook het seksueel misbruik ter sprake komt. In die context klaagt de paus opnieuw de cultuur van klerikalisme aan, maar dankt ook nadrukkelijk slachtoffers die de moed hebben gehad om te durven getuigen en brengt hij hulde aan de vele kerkelijke medewerkers die zich elke dag eerlijk en oprecht inzetten voor de jeugd.