De historicus Santiago López Rodríguez zal zijn proefschrift binnen enkele maanden publiceren.
Volgens de Spaanse historicus Santiago López Rodríguez hebben vier leden van de Spaanse missie van de congregatie Zonen van het Onbevlekt Hart van de Heilige Maagd Maria (of claretijnen, naar hun stichter de Heilige Antonius Maria Claret) in Parijs ten tijde van het Vichyregime het leven gered van tientallen joodse families. Dat schrijft de Spaanse krant El Pais.
De paters Gilberto Valtierra, Joaquín Aller, Emilio Martín en Ignacio Turrillas hebben bij leven nooit erover opgeschept hoe zij tijdens de oorlogsjaren hun leven op het spel hebben gezet met de vervalsing van doop- en huwelijksdocumenten en hoe zij de joodse families tijdelijk hielpen onderduiken en vluchten naar Spanje, waar zij dankzij hen aan de nazivervolging wisten te ontsnappen. Dankzij de vervalsers van God, zoals het kwartet in El Pais wordt genoemd, werden minstens 155, vooral sefardische joden gered van deportatie naar het concentratie- of vernietigingskamp.
Voor het correct weergeven van deze inhoud dien je (sociale) content cookies te aanvaarden.
Santiago López Rodríguez, die vandaag professor geschiedenis aan de Universiteit van Extremadura is, kwam hun heroïsche houding bij toeval op het spoor tijdens zijn onderzoek voor zijn proefschrift naar de tussenkomst van de Spaanse diplomatie ten tijde van de Holocaust: Ik deed voor mijn proefschrift onderzoek in de archieven van het consulaat en interviews met overlevenden en familieleden van slachtoffers van de nazi's. Terwijl ik koffie dronk met Alain de Toledo, de zoon van een gedeporteerde uit het kamp Royallieu-Compiègne, vertelde hij me dat zijn ouders vervalste doopcertificaten hadden gekregen van priesters die verbonden waren aan een Spaanse kerk in Parijs en zo konden vluchten naar Spanje.
Zijn nieuwsgierigheid bracht de onderzoeker naar de kerk en het klooster van de kleine gemeenschap van claretijnen in de rue de la Pompe, in het 16de arrondissement. Bij zijn onderzoek naar doopcertificaten die tussen 1940 en 1944 waren opgesteld, botste hij op tientallen namen van mensen met joodse familienamen. De meerderheid was meerderjarig en in het buitenland geboren, vaak in Thessaloniki (Griekenland) of Istanbul (Turkije). Zijn studie maakte duidelijk dat het aantal dopen in de parochie tijdens deze oorlogsperiode met 200 procent was toegenomen. Vaak werd de hele familie op een dag ‘gedoopt’ en soms werd ook de huwelijksakte tegelijkertijd vervalst. De 155 vervalsingen zijn verspreid over vijf jaar, tussen 3 oktober 1940 en 12 juli 1944: 4 in 1940, 68 in 1941, 30 in 1942, 45 in 1943 en 8 in 1944.