Volgens Tornielli is het manifest onjuist dat emeritus paus Benedictus XVI niets heeft gedaan tegen misbruik en geen oog had voor slachtoffers.
In een commentaarstuk op Vatican News en in L'Osservatore Romano herinnert Andrea Tornielli, de Vaticanwatcher die vandaag medewerker is van het Vaticaanse Dicasterie voor Communicatie, aan de pioniersrol van emeritus paus Benedictus XVI in de strijd tegen seksueel misbruik van minderjarigen. Zonder in te gaan op het vorige week gepubliceerde lijvige rapport in opdracht van kardinaal Reinhard Marx over seksueel misbruik in het aartsbisdom München en Freising wijst hij op de onophoudelijke inzet van kardinaal Joseph Ratzinger in de aanpak van het misbruik, zowel eerder al als toenmalig prefect van de Congregatie voor de Geloofsleer en daarna als paus
Wij mogen niet vergeten dat hij al in de laatste fase van het pontificaat van Joannes Paulus II begonnen was met de strijd tegen dit fenomeen. Kort nadat hij paus werd, vaardigde hij meteen strenge regels uit tegen geestelijken die zich schuldig hadden gemaakt aan misbruik, met specifieke wetten om pedofilie te bestrijden. Als paus zou hij later als eerste en bovendien meermaals slachtoffers van misbruik ontmoeten. Tornielli vindt dat niemand die historische rol van de emeritus paus in de strijd tegen seksueel misbruik in de Kerk mag vergeten of minimaliseren. Hij gaf ook een gezicht aan een berouwvolle Kerk, die zichzelf vernedert door – meermaals en bij verschillende gelegenheden - om vergeving te vragen.
Dit alles neemt niet weg dat het misbruik van minderjarigen door leden van de katholieke clerus weerzinwekkende misdaden zijn. Andrea Tornielli
Zowel paus Franciscus als zijn voorganger en de Kerk als geheel moeten die misdaden nadrukkelijk en krachtigblijven veroordelen, schrijft Tornielli. Het mag niet de bedoeling zijn van het 'Rapport van München' op zoek te gaan naar zondebokken. De publicatie moet juist een aansporing zijn om de risico’s op mogelijk misbruik zo veel mogelijk te beperken en te voorkomen, om te zoeken naar gerechtigheid in de waarheid en een stimulans tot een collectief gewetensonderzoek naar de fouten uit het verleden.