Als wij eucharistie vieren houden wij de gedachtenis van Christus' lijden, dat een echt offer is. Het drukt ook onze eenheid uit met Christus en met elkaar. En elke eucharistie is tevens voorafbeelding van ons uiteindelijk 'bij-God-zijn'. Verleden, heden en toekomst komen hier samen.
Het evangelie van Marcus beschrijft Jezus' Laatste Avondmaal met de instelling van de eucharistie en verbindt zo Sacramentsdag met Witte Donderdag. Door de zelfgave, door het offer van zijn leven doet Christus wat Hij zegt. Hij redt ons door de deelname aan zijn Pasen, totdat Hij wederkomt.
Toch is Sacramentsdag méér dan een verdubbeling van Witte Donderdag, waar de feestelijkheid van de offermaaltijd spoedig wijkt voor de droefenis van de offerdood. Met dit Hoogfeest van het Lichaam en Bloed van Christus benadrukt de kerk niet alleen de werkelijke tegenwoordigheid van Christus in de eucharistieviering, maar ook de blijvende tegenwoordigheid van Christus in het Brood en de Wijn. Het is de viering van Christus' tegenwoordigheid in het Brood, bewaard in het tabernakel en vereerd in de monstrans. Die werkelijke tegenwoordigheid van God in het sacrament van het altaar, maakt het kerkgebouw - naast een plaats van samenkomst rond Woord en Tafel - tot een huis van God, alle uren van de dag en van de nacht, waar wij Hem in liefde groeten en in stilte aanbidden.
Christus biedt zich als offer aan wanneer Hij in de eucharistieviering sacramenteel aanwezig komt onder de tekenen van brood en wijn, als geestelijk voedsel voor ons. Maar Hij is ook de Emmanuël - de God met ons - wanneer na het opdragen van het offer de eucharistie in kerken en bidplaatsen bewaard wordt. Dag en nacht is Hij midden onder ons, woont Hij vol genade en waarheid onder ons. En terwijl wij bij Christus verblijven, mogen wij vertrouwelijk met Hem omgaan. We vertrouwen Hem onze diepste verlangens toe, voor onszelf en voor allen die ons dierbaar zijn. We bidden Hem voor de vrede en het heil van de wereld. Met Christus bieden we heel ons leven aan de Vader aan in de heilige Geest. En als wonderbare wedergave ontvangen wij vermeerdering van geloof, hoop en liefde. Want Hij voedt de deugd; Hij sterkt de zwakken. Hij nodigt allen die tot Hem komen uit om Hem na te volgen. Om van zijn voorbeeld te leren zachtmoedig en nederig van hart te zijn. Om niet het eigen voordeel te zoeken. Om in oprechte en daadwerkelijke liefde elk-ander als onze naaste te zien.
'Al zijn wij arm, Hij slaat er geen acht op, want Hij laat ons niet met rust. Hij verteert in zijn liefde al onze zonden en gebreken. En als wij dan gezuiverd zijn en door zijn liefde gelouterd, wil Hij ons helemaal voor zich. Want Hij wil ons zondig leven omvormen en opnemen in zijn leven, dat vol genade en heerlijkheid is.' Aldus Johannes Ruusbroec. (Spiegel der eeuwige zaligheid, III,B,3)
Laten we vandaag stil voor het H. Sacrament bidden. Misschien kunnen we met Elisabeth van de Drieëenheid vragen:
O Christus, mijn geliefde, ik vraag U:
Bekleed mij met Uzelf,
mijn ziel geheel afgestemd op de Uwe.
Doordring mij, overrompel mij,
neem Gij alle plaats in.
Dan zal mijn leven enkel nog zijn
een afstraling van Uw leven.
Een monnik