Paasdag is de ultieme manier van op weg gaan met Jezus. We zien dat de weg van het leven die we hebben afgelegd en die soms door moeilijkheden, door lijden, door dood heen kan gaan, dat die niet eindigt in de dood, maar eindigt met de verrijzenis, met eeuwig leven. Dat er geen einde is. Dat merken en vieren we vooral met Pasen: Jezus die verrijst uit het graf. De dood heeft geen macht over Hem. Jezus gaat ons daarin voor.
Pasen is dus een op weg zijn. Ik hoop nog lang in dit leven op weg te zijn, maar ik hoop ook vooral dat er ooit een eeuwig leven zal zijn. En ik geloof en vertrouw dat er een eeuwig leven bij de Verrezene zal zijn. Ik ben op weg met Christus nù, om in dat eeuwig leven thuis te komen.
De Levende bij de doden
In het kloosterdorp Steyl bij de paters van het Goddelijk Woord staat in de tuin een uitbeelding van de verrijzenis, van Pasen. De verrezen Christus laat zien dat de dood is overwonnen.
Het leven sterft niet in zijn mensheid, maar gaat door in het goddelijke.
De vrouwen komen aan bij een leeg graf. De engel is het die de boodschap brengt: 'Wat zoek je de Levende toch bij de doden, want Hij is niet hier, Hij is verrezen.' (Lc 24,5-6) En dat is eigenlijk de kern van wat we zien, de kern van ons geloof. We zien een leeg graf. Christus die er niet meer in is.
Het mag voor ons allemaal een troost zijn dat ook als we mensen ten grave moeten dragen – en hoeveel zijn het er de afgelopen jaren niet geweest – ook als we afscheid moeten nemen van het leven, dat dat graf niet gevuld wordt met ons leven, maar dat ons leven door de dood heen verder gaat, dat Christus ons in zijn verrijzenis welkom heet. Dat we dat eeuwig licht binnengaan.
Petrus, de engelen, de wachters, niemand heeft de verrijzenis gezien. Uiteindelijk van de eersten tot en met ons is het een kwestie van geloven en vertrouwen en daarin onze vreugde vinden. De verrijzenis is het allerbelangrijkste geloofspunt dat ons leven als christenen draagt.
Het Woord: een weg die je langs de Waarheid naar het Leven voert
Wanneer de mens zich openstelt voor wat Christus hem te zeggen heeft, dan merkt hij: dit Woord past in mijn leven, het voegt mijn leven in een groter geheel. Bidden wil ook zeggen: je ziel ervoor openstellen, vragen dat God zich aan je laat kennen, zich aan je openbaart. En proberen naar dat Woord dat Hij tot ons richt te leven. Gaandeweg merk je: dit is waarheid, dit is niet een waarheid met een kleine letter w, maar een Waarheid met een hoofdletter W zoals Jezus ons leidt. En daarin ook telkens opnieuw je bevestiging vinden dat het goed is, dat het heilzaam is, dat het je goed doet om die weg van Christus te gaan.
Pasen vieren
Ik wens mensen vooral toe dat ze Pasen 'víeren'. Er zijn een heleboel zaken waarvan we denken: dat kunnen we uitleggen, dat kunnen we verklaren, dat kunnen we begrijpen. Maar Pasen is niet iets dat we kunnen begrijpen. Ons menselijk verstand stopt bij het sterven. Daarbuiten kunnen wij niks weten met de zekerheid van het verstand, maar wel met de zekerheid van het hart, de zekerheid van het geloven en vertrouwen dat het verder gaat. Dat Jezus verrijst, dat kun je niet bewijzen, dat past niet in ons hoofd. Maar het zou ook onzin zijn om te zeggen: ik kan het niet begrijpen en dus kan het niet bestaan.
Wat God kan, is veel méér en veel groter dan wat een mens kan omdat Hij de heel Andere en veel Grotere is.
Omdat Hij van ons houdt en omdat Hij ons laat zien: je blijft in leven door alles heen. En dat is niet iets om te begrijpen, maar wel om te vieren, om dankjewel voor te zeggen en om er een feest van te maken.
BRON: katholiekleven.nl