Geschiedenis van de week van gebed
Het gebedsoctaaf van Paul Wattson
Bidden voor christelijke eenheid is natuurlijk geen 20e-eeuws initiatief: christenen zijn in veel opzichten blijven bidden voor hun verzoening. Maar het was in 1908, in de Verenigde Staten, dat dit gebed de specifieke vorm aannam die we vandaag kennen, die van een 'octaaf' tussen 18 januari (het feest van de stoel van Petrus in Rome) en 25 januari (feestdag van de bekering van de heilige Paulus). De 'uitvinder' is Paul Wattson, een episcopaalse priester die net een Franciscaanse religieuze gemeenschap had gecreëerd binnen de Anglicaans-Amerikaanse kerk.
Christelijke eenheid, zoals Paul Wattson het zich voorstelde, betekende eigenlijk eenheid rond de Romeinse Stoel. In het midden van de jaren dertig, toen het gebed om eenheid tussen 18 en 25 januari zich begon te verspreiden in de katholieke kerk en in de anglicaanse gemeenschappen die gunstig waren voor een unie met Rome, was het pater Paul Couturier die er in Lyon een oecumenische breedte aan gaf die het voor christenen van alle kerken en gezindten mogelijk maakt om zich aan te sluiten bij het gebed voor de eenheid. Terwijl hij dezelfde data aanhield, koos de Lyonnais-priester ervoor om te spreken van de Week van Gebed (een achtdaagse week!), een vocabulaire dat als minder katholiek wordt beschouwd; en bovenal kent hij het een nieuw doel toe: bidden voor eenheid 'zoals Christus het wil, met de middelen die Hij wil'.
Van Lyon tot nu
Met de steun van metropoliet Euloge namen de orthodoxen in 1935 deel aan de Week. Pater Couturier vroeg zijn vrienden om lezingen te geven over een thema dat voor de Week was gekozen. Hij benadrukte het fundamentele aspect van het gebed om ooit te komen tot de eenheid van alle christenen. Hiertoe schakelde hij verschillende kloosters in om zich bij deze beweging van gebed voor eenheid aan te sluiten, voornamelijk tijdens de Gebedsweek. Zo kreeg de Gebedsweek voor de Eenheid van de Christenen al snel een interreligieuze en internationale dimensie.
Het gebed van Couturier uit 1934 bevat alle wezenlijke elementen die de kracht van de Gebedsweek voor de Eenheid sindsdien bepalen:
Heer Jezus,
Gij hebt op de avond vóór uw lijden
voor uw leerlingen gebeden:
‘Mogen allen één zijn,
zoals Gij Vader in Mij en Ik in U’.
Laat ons pijnlijk beseffen
dat wij door onze ontrouw
schuldig zijn aan de verdeeldheid.
Geef dat wij eerlijk erkennen
en moedig verwerpen wat er in ons aan onverschilligheid,
wantrouwen en zelfs aan wederzijdse
vijandschap schuilgaat.
Sta ons toe elkaar te ontmoeten in U,
opdat uit onze harten en van onze lippen
voortdurend uw gebed moge opstijgen
voor de eenheid der christenen
zoals Gij die wilt
en met de middelen die Gij wilt.
Laat ons in U,
die de volmaakte liefde zijt,
de weg vinden die tot de eenheid leidt,
in gehoorzaamheid aan uw liefde
en aan uw waarheid.
Poster: Raad van Kerken Nederland - Bewerking: Kluis van Moria