Enkele weken geleden zat de Sint-Gerolfkerk van Drongen stampens vol bij de uitvaartliturgie van priester Wilfried. Een indrukwekkende dienst met heel wat mooie muziek en een grote betrokkenheid van voorganger Jaak Pauwels en de gelovige gemeenschap. Hierbij sprak ik een woord uit als vriend en collega van Wilfried. We zijn hem dankbaar voor de jaren dienst in onze parochie bij zang, preek, concelebrant en bezoek aan zieken (vooral in Leiehome).
Hier dit woord:
Heel even sprokkel ik een flard herinnering samen over mijn/onze vriendschap met Wilfried. In deze uitvaartliturgie komen wij immers niet samen voor een volledige curriculum vitae of een uitgebreide huldiging. Hijzelf zou dat niet gewild hebben. Hier nemen we deel aan iets veel groter. We vertrouwen het geheim van deze mooie mens en priester toe aan het grotere geheim van God in wiens handen hijzelf zijn ganse bestaan heeft gelegd.
Ik leerde hem kennen in zijn geboortedorp Mere waar ik jarenlang dienst deed. Eerst zijn vader Honoré en moeder Julienne, zijn zus Paula, daarna Wilfried zelf en de anderen ... Wie hem ontmoette – al was het maar één keer – was geraakt door zijn eenvoud. Vaak liep hij op sandalen, straalde zijn gelaat, zijn spreken zacht. Toen mij jaren later door de bisschop gevraagd werd naar Gent-West te komen, was hij één van de redenen tot een positieve beslissing. Wilfried was net op emeritaat, woonde in Baarle-Drongen en zou mij helpen. Met onze Aalsterse humor en heerlijke woordspelingen amuseerden we elkaar. Wie hoort hem niet steeds smakelijk lachen bij één of andere grap? Humor maakt het leven licht, relativeert waar nodig. Met gezond verstand, bedachtzaam oordeelde hij wijs. Naast mensenkennis bezat hij mensenliefde. Soms vroeg ik hem raad of liet hij mij op verhaal komen. Ieder van jullie herinnert zich uitspraken, anekdoten, fratsen en heerlijke momenten. Nu zijn het prachtige geschenken die we meedragen.
Wilfried was een man met een groot hart voor zieken en gekwetsten. ‘Hoeveel keer ben je al in Frans-Lourdes geweest, Wilfried’. ‘Ik ben de tel kwijt: een keer of zestig?’ antwoordde hij. Die bijzondere gevoeligheid, vertelde hij mij op het eind, had vooral te maken met zijn zus Veerle. Ze was zwaar getroffen door een handicap en is jong gestorven. Hij hield veel van haar, het ganse gezin droeg vele jaren zorg voor Veerle. ‘Zij was mijn grote leermeester in mijn aandacht voor kwetsbaren’ vertelde hij. De enige taal die zij kon verstaan was muziek. Het werd de communicatie tussen hen beiden … Allen weten wij hoe uitzonderlijk onze goede vriend gezegend was met deze gave. Zeer jong bespeelde hij het orgel in het kleine kerkje van Ottergem. Hij bezat een absoluut gehoor, zong solo altijd juist en bracht met zijn mooie tenorstem God lof. Ik vermeld dat niet als een boutade. Voor Wilfried was zingen bovenal God loven. De liederen van samenzang in deze uitvaart werden door hem, in samenspraak met Jaak, gekozen; de meerstemmigheid werd door zijn talrijke koorvrienden gezongen en begeleid op zijn persoonlijk kistorgeltje.
Tot slot: Wilfried was vooral priester, dienaar Gods. Een gelukkig priester! Hij leefde vanuit en voor het evangelie, sprak Gods woord en legde het verstaanbaar aan mensen uit. Na zijn kwajongen collegejaren geloofde amper iemand dat dit zijn levenskeuze zou worden. Hij genoot van de goede dingen des levens, had een open blik voor mens en wereld, voedde zich dagelijks aan een intens gebedsleven. Zijn geloof ontbolsterde in grote dankbaarheid. Hijzelf was kwetsbaar geworden, ziek met de zieken, dat lot droeg hij moedig … Daarvan mochten wij getuige zijn. Een processie van mensen kwam hem de laatste week bezoeken. Voor ieder had hij een bevrijdend en bemoedigend woord. We werden er door geraakt.
In ons aller naam dank ik Wilfried, mens en priester, vriend en tochtgenoot en eindig met zijn woorden. Hij sprak ze als slotakkoord in een laatste interview te Eeklo. Roep daarbij maar in jouw geheugen het timbre van zijn stem weer op. Hij citeert Paulus: ‘Ik dank mijn God telkens als ik u gedenk, altijd bij al mijn gebeden voor u allen … Dit is mijn bede: moge uw liefde steeds meer toenemen in helder inzicht en fijngevoeligheid om te kunnen onderscheiden waar het op aankomt’ (Filip. 1, 3.9-10). Einde citaat.
Wat valt hieraan toe te voegen?
Pastoor Jan