Wat een gedrevenheid! Wat een passie! Wat een engagement! Dirk Truyts en Guido Frans praten honderduit over ‘hun’ KWB. En of die draait, zeg! Dirk is ledenwerver en ondervoorzitter. Guido is huisdrukker, verantwoordelijk voor inkopen van de dranken, voor het kaartspel,… Het ledenaantal schommelt rond de 210 gezinnen. Sinds een tiental jaren is KWB uitgegroeid tot een gezinsbeweging en mogen we dus spreken van een 600 à 700 leden! KWB-Keerbergen heeft een atypische werking en mag zich zelfs trendsetter noemen voor Vlaanderen.
Dirk: De werking is lokaal, maar ingebed in een grote structuur, en dat beseffen de leden in de plaatselijke werking niet altijd. Tegelijk zoeken mensen naar een KWB-werking die hun ligt. Zo zijn er heel wat mensen, ongeveer 25 % van ons ledenaantal, uit buurtparochies die kiezen om hier actief lid te zijn.
Guido: Wij volgen deels het nationaal programma-aanbod, maar gaan vooral in op de vragen en noden van onze leden zelf. Omgekeerd neemt nationaal soms de programmatie van onze afdeling op in haar aanbod.
Het uitgroeien tot een gezinsbeweging was een bewuste keuze?
Dirk: Er was een gat in de markt van Keerbergen en we hadden in ons bestuur toen al een goeie mix met jonge mensen. Als je die wil houden en gezinnen wil aantrekken, dan moet je daar op inzetten. In het begin was dat niet makkelijk.
Guido: We wilden niet vervallen in de lange tradities met voorzitters die 20, 30 jaar voorzitter waren. We wilden wissels, afwisseling en verandering. Je mag niet blijven steken bij je kaartspel en je mosselfeesten. Je moet echt wel open staan voor nieuwe mensen. Wanneer je dat niet doet, loop je vast. We hebben ook al enkele jaren geen voorzitter meer, omdat we niemand vinden. Maar het belet onze vlotte werking niet, omdat we voor elke activiteit met werkgroepen werken. Bijvoorbeeld, voor de zaklampentocht die er aan komt, bestaat er een werkgroep met drie bestuursleden en een 30-tal leden, daarnaast zijn er nog een 120-tal medewerkers die in het bos zitten. Momenteel zitten we aan bijna 1.000 inschrijvingen. Een 20 jaar geleden zijn we hiermee gestart en hadden we een 170 deelnemers. We hebben zo voor alle activiteiten een werkgroep met slechts een paar bestuursleden, dat is de sterkte van onze werking. Leden en geïnteresseerden bouwen de werking mee uit en dat maakt de betrokkenheid zo groot.
Dirk: Zo ook met de Molenfeesten waar we met twee bestuursleden in een 5-koppige werkgroep zitten en op het weekend zelf zijn er een 80-tal leden en niet-leden aan ’t werk. Tegelijk zijn we heel kritisch voor onszelf. Een activiteit kan maar groeien als je openstaat voor ideeën en reacties van buitenaf. Dat wordt dan uitgesproken in het bestuur: wat was goed, wat kan beter, willen we dit nog doen, waar moeten we nog aan werken,… en zo proberen we telkens verder en verder te kijken. Zo staan we gekend als een vereniging die, als ze iets organiseert, het goed doet.
Wat maakt de kwaliteit van de organisatie?
Guido: De werkgroepen. Hierdoor voelt niemand zich overbelast. Want elk bestuurslid is maar voor een beperkt aantal activiteiten verantwoordelijk en toch is er een uitgebreid programma-aanbod.
Dirk: Je hebt een heel breed gamma aan programmatie nodig om veel mensen te kunnen bereiken. Door de activiteiten te verdelen over de bestuursleden, leden en niet-leden die de werkgroepen uitmaken en de verantwoordelijkheden opnemen, kunnen we een jaarprogramma met een breed gamma aan activiteiten afwerken. We beperken ons tot drie ‘mastodonten’: de zaklampentocht, de lekkerbekkentocht en de Molenfeesten. Verder hebben we veel éénmansactiviteiten, waarbij slechts één bestuurslid betrokken is, bijvoorbeeld den Bowling. We waken er zo over dat er geen overbelasting komt bij de bestuursleden.
Wie zorgt er voor de uiteindelijke coördinatie?
Dirk: Samen! Eén: Input en bevraging van de leden. Twee: We houden tussentijdse voorstellen die we opvangen bij de deelnemers. Drie: Jaarlijks stellen we ons jaarprogramma op en dan hangt onze muur wel vol met 150 tot 200 activiteiten.
Guido: En dan moet er gefilterd worden.
En jullie hebben altijd garantie van volk op elke activiteit?
Dirk: Neen, maar dat moet ook niet altijd. Bijvoorbeeld bij een infoavond kan het zijn dat er maar 15 man aanwezig is. Maar als die spreker goed was, dan is dat voor ons ok. Het aantal aanwezigen is niet altijd een parameter. Wèl dat mensen tevreden naar huis gaan en zeggen: ‘Doen jullie nog iets?’
Als iemand zou vragen: voor wat gaat KWB-Keerbergen, wat is de doelstelling?
Guido: Mensen samen brengen van alle leeftijden voor amusement en vorming. Bij de programmatie waken we erover dat er een evenwicht is tussen de verschillende leeftijdscategorieën.
Dirk: Ethisch sluiten wij niets uit. Zodra je begint in vakjes te denken en uitsluiting te formuleren, dan bereik je een deel van de mensen niet, en dat willen we niet. We willen gans Keerbergen bereiken. Op de receptie van de gemeente verwoordde de schepen van cultuur het zo: “KWB staat voor goed georganiseerde gezinsactiviteiten”.
Destijds is KWB door een crisis gegaan.
Guido: En die crisis is onze sterkte geworden.
Waarom?
Guido: Omdat we toen echt aan vernieuwing gewerkt hebben. 25 jaar geleden zijn heel wat oudere bestuursleden en leden om allerlei redenen ineens opgestapt. We zijn dan hier met acht rond de tafel gaan zitten, samen met een vrijgestelde van Leuven. Ik ben toen alle leden, ex-leden, niet-leden, oud-leiders van jeugdbewegingen afgegaan, gewoon deur aan deur, avond na avond. Pastoor Jos Wellens is toen ook nog veel met mij mee op huisbezoek geweest. We verloren een 40-tal leden, maar gingen door. Ons eerst volgende activiteit was: Dokter Beaucourt in de kerk. We hadden 250 aanwezigen en de doorstart was gebeurd, we stonden terug op de kaart. We hadden toen ook een aantal nieuwe, jonge bestuursleden. Ik ben toen voorzitter geworden, later volgde Paul Gysemans, dan Dirk en dan terug ik. En nu geen meer.
Dirk: Het was een mix van ouderen die er nog in geloofden en nieuwen met enthousiasme, ik herinner het mij nog goed. Het was zo’n dankbare groep mensen waar ik, nieuw, in terecht kwam. De koppen stonden allemaal in dezelfde richting en we wilden er samen voor gaan.
Later kwam ook Femma (KAV) in crisis. Waarom heeft de terug-op-dreef-gekomen-KWB deze niet mee ‘opgevist’?
Guido: We hebben dat deels wel gedaan door de vrouwen mee op te pikken in onze gezinsbeweging. Sommigen onder hen waren niet erg voor vernieuwing vatbaar en onvoldoende open voor andere mensen dan de vertrouwden. Als je je niet durft open te stellen voor andere ideeën, dan kom je er niet.
Dirk: Ons succes heeft veel te maken met: breed denken en open denken. Elk initiatief dat aangebracht wordt is waardevol, ook al heb je zoiets van ‘Wat is dat hier nu!’. En durven zeggen: ‘we doen zoiets al 20 jaar, sorry, nu doen we dat eens niet’. Niet op hetzelfde spoor blijven rijden, maar blijven vernieuwen.
En toch hebben jullie 75 jarig bestaan gevierd? Hoe was dit ‘anders’? Wat hebben jullie gedaan?
Guido en Dirk: Werkgroepen, hé! (gulle lach!) Zij kregen de volle vrijheid, het bestuur waakte enkel over de haalbaarheid, opdat niemand zich in eigen teen zou schieten. Er werd dus altijd teruggekoppeld naar het bestuur toe.
Guido: Bijvoorbeeld, bij het uitwerken van de familiedag kwam de geldkwestie aan bod, dat moet dan op het bestuur bekeken worden en deze heeft het budget vastgelegd. Want wanneer iets geen belangstelling zou trekken, is het puur verlies.
Dirk: Tijdens dit jubileumjaar werden een aantal activiteiten, verspreid over een gans jaar, georganiseerd waar de leden centraal staan. Zo werd er bij elke lid aangebeld en kregen ze een gepersonaliseerde fles cider. We hebben ook het ledenfeest opgewaardeerd door een fijner eetfestijn met een live-muziekband.
Op alle activiteiten zijn ook niet-leden erg welkom. Waarom toch nog lid worden?
Dirk en Guido: Je ziet het hier: ‘Lasergames-activiteit’: leden 5 euro, niet-leden 15 euro… De zaklampentocht is gratis voor de leden, voor niet-leden kost het 8 euro. Voor een gezin met vier is het veel voordeliger van lid te worden, dat heeft ons nu recent weer een heel pak nieuwen bijgebracht.
Dirk: We weten dat er hoppers zijn, maar de mensen die blijven hangen, die heb je als nieuwe leden. Hoe meer je mee doet, hoe rapper dat je lidgeld terug verdiend is.
We leven in een tijd dat de klassieke verenigingen het moeilijk hebben. Daar hebben jullie blijkbaar geen last van.
Guido: Iedereen heeft daar last van. Maar door ons breed aanbod blijven we mensen boeien en aanspreken. Daarbij doen we ook veel aan huisbezoek en hebben we een aantal leden die daarvoor lid blijven. Ik draag naar 30 leden maandelijks ‘het boekske’ en bij 10 daarvan blijf ik telkens een babbel doen van een uurtje. Zo hebben ze weer eens iemand gehoord en gezien. Dat is een traditie die we blijven onderhouden. Deze sociale taak van de persoonlijke ontmoeting, dat is ook KWB, hé!
Dirk: Het bestuurslid dat verantwoordelijk is voor een bepaalde activiteit, heeft ook als taak om een babbel te doen met de deelnemers die nieuw zijn. ‘Wie ben jij? Ik ken je nog niet?’. Wanneer we iets organiseren is het ook aan ons om die sociale brug te maken. Bij de massa-activiteiten proberen we vooral bij de voorinschrijvingen contact te nemen. ‘Hoe is ’t?’. Proberen van warme sociale contacten te onderhouden met onze leden is voor KWB heel belangrijk. Ook door aan iemand iets te vragen: ‘Wil jij komen helpen?’. Momenteel heb ik een bestand van 90 adressen van mensen waar wij contact kunnen mee opnemen met de vraag van : ‘Willen jullie komen helpen?’. We zorgen er wel voor, àls ze komen helpen, dat ze gepamperd worden. Zorgen dat je er zèlf bent vooraleer ze toekomen, dat je af en toe vraagt of het lukt of het meevalt. En vooraleer ze vertrekken: ‘Merci hé. Mogen we je de volgende keer nog eens vragen? Doe je nog graag iets anders?’. Ik zeg dit ook aan nieuw aansluitende leden: ‘we kunnen maar blijven bestaan door helpers. Mag ik je vragen om eens te komen helpen tappen?’.
Staat of valt een socio-culturele verenging vandaag met een aantal charismatische figuren binnen het bestuur?
Guido: Dat mag je wel zeggen. Dat geldt voor elke organisatie. Maar wij hebben het geluk van er verschillende te hebben.
Dirk: Wij hebben een hele goede mix van bestuursleden. We hebben werkers, en die zijn er dan ook wanneer je op hen beroep doet en zij nemen hun verantwoordelijkheid. We hebben ook denkers, die mee denken en uitvoeren. En dan heb je nog ‘managers’, die denken en werken op hun eigen manier. Ieder binnen zijn mogelijkheden. Het blijft voor mij belangrijk: niets moet, alles kan. We gaan nu weer een ronde houden voor nieuwe bestuursleden. Ik heb er al met twee gepraat en dan geldt het ook: wat mogelijk is binnen jouw tijdsbestek.
Naar wie richt je je dan, waaraan moeten toekomstige bestuursleden voldoen?
Dirk: Meestal zijn het mensen die al enkele keren geholpen hebben en die we geregeld op activiteiten zien. Dan zie je ook wie er zich snel integreert. Ook vertrekken we vanuit de sterkte van onze bestuursleden zelf: wie zie jij vanuit je leden die in aanmerking komen. Daarom zijn het nog altijd geen succesverhalen, want het is niet evident. Mensen zijn bang om verantwoordelijkheid te nemen. Daarom mogen ze het eerste jaar gewoon komen luisteren en kijken, ze worden onder de vleugels genomen, niets moet.
Guido: Vroeger werd van een bestuurslid verwacht dat die er altijd was. Dit is niet meer haalbaar.
Als je lid wordt, is dit per gezin.
Dirk: We hebben 210 hoofdleden en dan het aantal leden per gezin, die allemaal een volwaardige lidkaart krijgen.
Dirk: We hebben geen stempel op ons voorhoofd dat we van de katholieke zuil zijn. Of is dat erover? (kijkt naar Guido) We beginnen op elke bestuursvergadering wel met een soort bezinning.
Guido: Dat doen we nog altijd en daar sta ik ook op. Ik vind dat nog altijd belangrijk, dat hoort bij ons. Efkes stil zijn. Dat is dat christelijke, daar zit die ‘K’ nog altijd voor mij.
Dirk: Voor mij moet die ‘K’ er niet zijn, hoewel ik er wel respect voor heb. Moest ze er niet zijn, het zou misschien nog meer in ons voordeel zijn. Want elke drempel die je stelt om mensen lid te maken, en telkens je jezelf in een vakje zet, krijg je mensen die zeggen: ik wil in dat vakje niet thuis horen. Als je te hard de klemtoon op het katholieke gaat leggen, zijn er mensen die zeggen: wij willen dat niet. De ‘K’-waarde is veel minder, dus moeten we zorgen dat die in de beweging ook minder naar buiten komt. Intern in je bestuur moet je doen wat je denkt dat je moet doen, maar je moet daar niet teveel op kloppen van : we zijn katholiek.
En de jongeren?
Dirk: We hebben enkele bestuursleden van vooraan de dertig. De gemiddelde leeftijd van de leden zakt ook van jaar tot jaar.
Heeft dit ook te maken met de ‘ACV-overkoepeling’: leden gaan over naar een ander familiebeweging, de OKRA?
Guido: Dat zien we nog maar weinig gebeuren. Oudere leden blijven bij ons hangen, we hebben ook negentigers onder onze leden. Maar de nieuwe input zijn voornamelijk jongeren.
Dirk: De ervaring leert ons dat we geen activiteiten moeten organiseren voor kleuters. We bieden activiteiten aan waarvan mensen zeggen: die vrijdagavond is er veel te doen, maar wat KWB biedt dàt gaat goed zijn en daar kiezen we voor met het ganse gezin. Onze activiteiten zijn zo gekozen dat alle gezinsleden er deugd aan heeft en er hun ding vinden. Bijvoorbeeld de ‘lekkerbekkentocht’: dat is een wandeling samen met de kinderen, met zoektocht, met hapjes die ze allemaal lusten. Het is niet te groot, niet te ver, met wedstrijdformule aan. Ook de zaklampentocht, schaatsen, bowling, curling…
Hoe gaat dat financieel?
Guido: Er zijn maar 3 activiteiten die geld opbrengen: zaklampentocht, lekkerbekkentocht en de molenfeesten. Die helpen de andere activiteiten financieren.
Dirk: Het is geen moto dat elke activiteit moet geld opbrengen, integendeel. Maar a.u.b., zeg niet dat het gemakkelijk is, hé. Er wordt verdomd hard gewerkt. Als je de uren per week moest uittellen dat er mensen vrijwillig met KWB bezig zijn, je zou ervan verschieten. Voor en achter de schermen, naast de bestuursvergaderingen, door leden en niet-leden. Op dit moment is er een werkgroep aan ’t vergaderen.
Vanwaar zoveel energie?
Dirk: Gedrevenheid, waardering, geven en nemen.
Guido: Als je je goed voelt in een groep, ben je sowieso gedreven.
Hoelang zijn jullie bij KWB?
Dirk: 24 jaar. Ik ben er op mijn 25ste ingestapt.
Guido: 26 jaar
Waar blijven jullie die verdomde gedrevenheid halen?
Dirk: De KWB is een beetje mijnen baby. Het is een heel plezante beweging waar je heel veel mensen leert kennen en heel veel voldoening kunt uithalen. Daarom dat ik er graag veel tijd in steek, ook omdat ik vind dat het goed moet blijven en dat we niet mogen verslappen. Ik vind het leuk om met mensen om te gaan, ik heb dit de voorbije 11 jaar niet meer in mijn job gehad, daar was het meer analytisch,. ... Dus, ik was op zoek naar een evenwicht en KWB geeft mij dat.
Guido: Misschien ook wel van in mijn jeugd. Ik ben kajotter geweest. Ik doe al wel minder dan vroeger. Maar ik voel mij nog altijd heel goed in de groep. Ik doe momenteel al de bestellingen voor de zaklampentocht, het drukwerk is gisteren de deur uitgegaan. Ze halen het hier op: dag en bedankt hé. Dat doet goed dat je dat nog altijd kunt doen, dat geeft plezier.
Wanneer kan je spreken van een goede inhoud?
Guido: Dat is niet altijd gemakkelijk. Dat is soms een hele discussie en dat mag. Soms gaat dat rap, soms duurt dat.
Dirk: De uitstappen liggen soms moeilijk. Omdat je het culturele en de ontspanning moet combineren. Bijvoorbeeld: een brouwerij bezoeken, gecombineerd met een wandeling èn een stadsbezoek. Het is een hele uitdaging om drie verschillende soorten van mensen bij mekaar te brengen. Daarbij komt ook nog de afstand, de kostprijs èn een zo breed mogelijk publiek.
Guido: Dat geldt ook voor de thema’s van onze infoavonden. En met de vraag of we dit moeten blijven doen, er wordt al zoveel georganiseerd.
Waar gaan jullie activiteiten door?
Guido: De meesten in Berk- en Brem en een paar keer in Den Bussel.
Dirk: In Den Bussel is de bewegingsvrijheid minder, vind ik. In de parochiezaal krijg je de sleutel en je bent vertrokken, je kunt tussenin gauw iets gaan gereed zetten. Ook de parking is vlak bij.
Wat willen jullie nog kwijt naar de lezer van het parochieblad?
Dirk: Als je op zoek bent naar een toffe, goed draaiende, unieke beweging in Keerbergen, dan moet je echt wel eens naar een activiteit van de KWB komen.