Eén van de karakteristieken van de Paulusgemeenschappen is de rotatie van pastores als voorganger van de zondagsvieringen. Hun benoeming werd immers aangepast: zin werden pastor van alle Paulusgemeenschappen, niet alleen van de parochie waarvoor zij eerder benoemd waren. Zoals Paulus, naar wie deze gemeenschappen genoemd zijn, trekken zij rond van de ene gemeenschap naar de andere om mensen te bemoedigen en te inspireren.
Zo ontvangen wij op zondag 9 februari voor het eerst Gino Mattheeuws als voorganger van de eucharistieviering in de Verrijzeniskerk. Hoewel niet onbekend bij sommige van onze lezers stellen wij hem graag aan u voor.
Vanwaar ben je afkomstig?
Gino: ik kom uit Brugge. Mijn moeder is een echte Brugse en mijn vader was van Oostkamp. Ik ben opgegroeid, samen met mijn twee zussen, in Sint-Michiels, vlakbij Brugge. Mijn vader is jong gestorven. Hij was pas 49 jaar. Mijn moeder woont nog altijd in Sint-Michiels Brugge.
Ik ben naar het seminarie in Brugge gegaan, en heb tijdens mijn opleiding eveneens twee jaar filosofie gestudeerd aan de KU Leuven. Mijn stagejaar als diaken heb ik gelopen in de Brugse binnenstad waar toen de eerste federatie van start ging. Met het samenbrengen van parochies ben ik dus al vertrouwd sinds mijn stage.
Na mijn priesterwijding in 1994 ben ik terug naar Leuven getrokken en volgde er de licenties theologie. Daarna kreeg ik een beurs van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en leverde een doctoraat af over liturgie in 2000.
Daarna werd ik benoemd in de Universitaire Parochie waar ik instond voor de studentenwerking, de studentenhuizen en de weekendwerking in de Begijnhofkerk. Gemiddeld waren er op zondag zo'n tweehonderd aanwezigen in de viering, waarbij een liturgie werd gevierd die vooral gebaseerd was op de liederen en teksten van Huub Oosterhuis. De laatste jaren werkte ik er deeltijds omdat ik ook halftijds op het vicariaat in Brussel ging werken voor Divobe, de Dienst Vorming en Begeleiding.
Waarom heb je ervoor gekozen om priester te worden?
Gino: het religieuze heeft me altijd aangetrokken. Dat kwam niet zozeer van thuis uit, want ik kom niet echt uit wat je kan noemen een ‘katholiek nest'. Het was dan ook niet voor de hand liggend dat ik priester ging worden. Mijn interesse voor het religieuze werd vooral aangewakkerd door het contact met de pastoor van de parochie en de priesters op school. De parochiepriester vroeg me onder andere of ik misdienaar wilde worden. En ik heb dat ook jarenlang gedaan.
Stilaan werd het mij meer en meer duidelijk dat ik naar het seminarie wilde gaan. Op school vonden mijn leraars dat zelfs een beetje ‘zonde', ook mijn vrienden en kameraden vonden dat wat raar. Maar het bleef aan mij knagen. De priesters die ik kende straalden authenticiteit uit en dit inspireerde mij. Die roeping groeide en borrelde in mij. Dus ben ik naar het seminarie gestapt. We waren toen met twaalf eerstejaars en in het ganse seminarie met zestig, over de verschillende jaren verspreid. Toch wel een serieuze groep.
De opleiding in het seminarie was in de Ter Duinenabdij aan de rand van de stad. Dat had eerder iets monastieks en dat sprak mij enorm aan. We leerden er samen bidden en samen leven. Een roeping groeit doorheen de jaren. Ik denk dat God een gans mensenleven nodig heeft om Zijn werk te doen.
Hoe was het om in Leuven te gaan studeren na zo'n stille periode aan het Brugse seminarie?
Gino: in Leuven verbleef ik in het Leo XIII-seminarie. We waren er met dertien. Dat was al een grote verandering. Het seminarie ligt er ook midden in de stad en ik kwam ook veel meer in contact met andere studenten en leerde het studentenleven kennen. De studies filosofie boeiden mij enorm. We waren met weinig studenten die allemaal ook in totaal andere beroepen zijn terechtgekomen. Maar die grote verscheidenheid was net heel interessant.
Toen ik later na mijn priesterwijding terug in Leuven kwam, was ik subregent aan het Pius X-college in Heverlee. Daar moest ik meer ‘champetter' spelen voor de studenten en dat lag mij niet zo. De Universitaire Parochie trok mij dan ook meer aan. Tijdens mijn studies heb ik er onder andere enkele jaren in een gemeenschapshuis gewoond samen met tien studenten. Dat was een echte religieuze gemeenschap van jonge mensen met gezamenlijke maaltijden, gebedsmomenten en vieringen. Het was een hele verademing. Je leefde er samen met jonge mensen die allemaal het geloof op de één of andere manier in hun leven een plaats wilden geven.
Waarom ben je dan naar Brussel gekomen?
Gino: door mijn doctoraat over liturgie zit het volgen en geven van vorming mij als het ware in het bloed. Het was dan ook een enorme kans voor mij dat men in de Dienst Vorming en Begeleiding van het vicariaat Brussel op zoek was naar iemand. Op de Universitaire Parochie had ik een puur pastorale taak. Dat lag mij wel, maar ik wou ook nog iets meer. Het leek mij dan ook een prima voorstel om naast het pastorale luik ook met vorming bezig te zijn. De twee samen is voor mij het ideale.
Bovendien leerde ik op die manier ook Brussel kennen en dat is toch wel iets helemaal anders dan Leuven. In Leuven werkte ik in een ‘luxe'-parochie. Het is een parochiegemeenschap waar je kan rekenen op heel veel medewerkers en waardoor er natuurlijk heel veel mogelijk is. Het was uiterst boeiend en aangenaam om er te werken. Brussel is totaal anders. Ik kende het werkveld niet en dat is een hele uitdaging. De Nederlandstalige Kerk in Brussel is heel kleinschalig en de pastores zijn een vriendengroep. Ik heb Leuven nog geen dag gemist. Er is hier een warme sfeer en ik voel mij hier thuis. Eigenlijk ben ik blij om met iets nieuws te starten.
Er is ontzettend veel veranderd tussen de tijd toen ik in het seminarie zat en nu. Maar we mogen niet blijven staren op wat vroeger was, zoals bij de profeet Jesaja staat. Het is belangrijk dat we ‘zien'. We leven in deze tijd en als kerk mogen we niet te veel naar het verleden kijken. We moeten open staan, onze ogen en ons hart openen voor wat er nu gebeurt, en dit als een kans zien. Er zijn zoveel sporen in deze wereld waar het duidelijk is dat God ook vandaag werkzaam is. Dàt moeten we zien! Het heeft alles te maken met vertrouwen dat God met ons bezig is, ook nu in deze tijd. Dat zien en erkennen én dankbaar zijn. Er zijn veel tekenen van hoop, ook bij jonge mensen. Ook daar gebeuren schitterende dingen, en tal van jongeren ontdekken het geloof op hun eigen manier..
Uittreksel uit een artikel op de site van Kerknet/Otheo – 17/07/2015
Ria
Vandaag is Gino een duizendpoot, o.a. werkzaam in het CCV op verschillende locaties in het bijbelleerhuis. Gino is ook de ‘primus inter pares’ van de groep pastores die herbenoemd werden voor de Paulusgemeenschappen.