MGR. HERMAN COSIJNS
"Alles wat ik mocht doen, is een geschenk van God."
Vandaag zijn wij te gast in één van de mooiste gebouwen van de wereld, de basiliek van Koekelberg, waar ik het genoegen heb Monseigneur Herman Cosijns te mogen interviewen naar aanleiding van zijn “officieel” afscheid als rector van de basiliek op 12 juni van dit jaar.
Red: Herman, vooreerst hartelijk dank dat u wou ingaan op onze vraag. Jouw leven is echter veel rijker dan de periode als rector-pastoor. Men zegt wel eens, alles begint met een roeping. Hoe is het allemaal bij jou begonnen ? Wat is jouw traject geweest ?
Herman: Ik heb mijn roeping ontdekt toen ik 17 was, toen ik getroffen werd door de barmhartigheid van God. In tegenstelling tot mijn opvoeding waar men God voorstelde als een strenge God, was dat zo een bevrijding, zo een diepe vreugde. En die vreugde wou ik aan de mensen verkondigen. Daar ligt de oorsprong van mijn roeping. In 1964 ben ik dan naar het Johannes XXIII-seminarie gegaan en in 1972 werd ik priester gewijd. Binnenkort zal ik dus 50 jaar priester zijn. Ik heb vele zendingen gekregen maar meestal ging het om een dubbele functie. Een territoriale en een andere functie. Zo ben ik gestart in de Verrijzenisparochie, daarna de Christus Koning-parochie. Als derde parochie had ik de Onze-Lieve-Vrouweparochie van Laken. Dan werd ik ook deken en tegelijk heb ik dan de basiliek van Koekelberg als rector en pastoor gediend. Ik zei daarnet dat ik vaak een dubbele functie had. Sinds 1978 was ik verantwoordelijk voor de gezinspastoraal in Brussel en dit tot 1995. Daarna werd ik deken van dekenij Laken wat later de dekenij Brussel West werd. Tegelijk was ik adjunct van Monseigneur Luc De Hovre en later van Monseigneur De Kesel. Dat zijn de benoemingen die de bisschop mij heeft toevertrouwd en die ik met hart en ziel gedaan heb.
Red: We zitten hier in deze prachtige basiliek. Wat voel je zo in dit gebouw? Of welke indruk maakt dit gebouw op jou?
Herman: Ik vier heel graag eucharistie in het parochiaal gedeelte van de basiliek. Ik vind de art deco zo warm, zo biddend. De grote ruimte, die sommigen veel te groot vinden, is een prachtige ruimte om in te wandelen, de mediteren, tot rust te komen,… De basiliek beantwoordt ook heel sterk aan haar roeping door de “permanente aanbidding”. Dit is een belangrijke roeping in de hoofdstad van België, van Europa. Dat heeft mij altijd diep getroffen. De basiliek heeft natuurlijk nog heel veel charmes, maar in de eerste plaats is het een plaats om te bidden, om tot rust te komen, om God te loven. Dit huis is ook toevertrouwd aan het Heilig Hart van Jezus. Voor ouderen heeft dit misschien meer een betekenis van een devotie. Voor mij is het een uitstraling van Gods liefde, en dat kan je hier ook ontdekken.
Red: Wat is eigenlijk de specifieke taak van een rector-pastoor ?
Herman: In de kerk wordt het woordje rector altijd gebruikt voor bedevaartsoorden. Ook de basiliek is een bedevaartsoord. Men komt hier van heel België naartoe. In de jaren ’70 bestond de functie niet. Kardinaal Danneels heeft deze functie gecreëerd. Als rector heb je de taak om de dimensies die de plaatselijke parochies overstijgen te behartigen. De basiliek heeft ook de roeping een plaats te zijn van “grote” samenkomsten. Ik denk terug aan de prachtige viering waar drie hulpbisschoppen tot bisschop werden gewijd. Ik denk tevens dankbaar terug aan de viering in het jaar dat pater Damiaan heilig werd verklaard. Een viering met meer dan 4000 mensen voorgegaan door kardinaal Danneels,… Ik heb dat allemaal met een dankbaar hart mogen meemaken.
Re: Het grootste deel van jouw werk, jouw zendingen, om niet te zeggen alles, heeft zich in Brussel afgespeeld. Heeft Brussel een bijzondere plaats in jouw hart ?
Herman: Brussel heeft een bijzondere plaats in mijn hart om velerlei redenen. Het christelijk leven in Brussel is veel vrijer, veel opener. Ik heb 50 jaar geleden zelf gevraagd om naar Brussel te komen. Het religieus leven in Brussel is intenser, minder traditiegetrouw. De mensen die ik in de kerk heb ontmoet, en nog steeds ontmoet, waren meer overtuigd. Wat mij in Brussel ook zo aantrekt is het multireligieuze. Er zijn naast katholieken ook protestanten, orthodoxen, anglicanen, joden, moslims, … Kortom Brussel is de meest religieuze stad van België. Het is een lappendeken van religieuze groepen. De gelovige moslims dagen ons uit ons christen-zijn ten volle te beleven. En dat is echt de troef van Brussel.
Red: We moeten er niet flauw over doen, het kerkelijk landschap is veranderd. De geloofsbeleving is anders dan vroeger. Binnen die context, hoe ziet u naar de toekomst?
Herma : De toekomst behoort aan God toe en niet aan ons. Maar ik zie dat de buitenlandse gemeenschappen onze eigen dynamiek bevorderen. Misschien hebben de Vlaamse gemeenschappen daar te weinig contact mee. En je ziet deze gemeenschappen ook verdunnen. Maar de Franstalige gemeenschappen worden gevoed door vele buitenlandse mensen die gelovig zijn, die christen zijn, die onze broeders en zusters zijn. Dat is het mooie van Brussel en de dynamiek van de kerk van Brussel. Als we eens een viering hebben meegemaakt van de Afrikaanse gemeenschap, waar er wordt gezongen en gedanst, is dat voor ons een heel andere beleving, en dan zie je dat dit een groot contrast is met onze Vlaamse parochies.
Red: U bent ook secretaris-generaal van de Belgische bisschoppenconferentie. Wat doet dat orgaan, en wat houdt uw opdracht in?
Herman: De bisschoppenconferentie heeft als taak de samenwerking tussen de acht bisdommen te bevorderen en gezamenlijke afspraken te maken, bijvoorbeeld voor catechese, liturgie, diaconie, nu ook voor opvang van vluchtelingen,… De bisschoppenconferentie krijgt vragen van overal. Dan kan zijn uit regeringen, universiteiten, het gerecht,… Die vragen komen bij mij aan. Ik bereid die voor en ga ermee naar de conferentie om daarna te antwoorden en/of de uitvoering opnieuw over te maken. Er zijn verschillende secretariaatsmedewerkers. Wij hebben ook een persdienst, een juridische dienst, dienst voor catechese, liturgie. Allerlei diensten om de kerk levend te houden en de verbondenheid tussen de bisdommen te bevorderen. Uiteindelijk is iedere bisschop verantwoordelijk voor zijn bisdom maar op de conferentie maakt men afspraken over hoe we het samen gaan aanpakken. Ik bereid dat voor en volg alles op en dat is een boeiende taak. De zetel is in de Guimardstraat. Dus als mensen schrijven naar de bisschoppen komt het altijd daar bij mij toe. Ik heb daarvoor heel veel contact met de kardinaal.
Re: Wat is jouw grote vreugde in al die jaren priesterschap ?
Herman: Mijn antwoord zal je misschien verbazen. Maar het mogen beluisteren van de pijn en het verdriet van de anderen. Mijn ervaring als priester heeft mij geleerd hoeveel lijden er is bij mensen. Ik heb vele weduwen en weduwnaars ontmoet, acties opgezet voor echtgescheidenen. Jammer genoeg heb ik ook honderden slachtoffers van misbruik moeten beluisteren, ook dat was één van mijn taken. Maar dat is voor mij een heel belangrijke pastorale taak. Het vertrouwen krijgen dat mensen hun lijden, hun verdriet aan u willen toevertrouwen. Het beluisteren van de binnenkant van anderen, is het mooie van onze opdracht.
Red: Hebt u ergens spijt van ?
Herman: Als ik mensen zou gekwetst hebben dan heb ik daar zeker spijt van. Maar de zendingen die ik heb gekregen, daar heb ik spijt van niets gehad. Ik heb alles met heel veel plezier en overgave gedaan.
Red: Tot slot, wilt u de lezers van Kerk & Leven of “tout court” de geloofsgemeenschappen nog een boodschap meegeven.
Herman: Ik hoop dat alle mensen de genade van het geloof mogen ontdekken. Het geloof is iets wat je overkomt, een genade, een vreugde. En die vreugde kan niemand ons afnemen. En dat wil ik iedereen toewensen.
Red : Dan wil ik u hartelijk danken voor dit gesprek, voor uw tijd, en in naam van de ganse pastorale eenheid wens ik u alle goeds in de toekomst.
David Vanderwegen