Op 18 september 1993 werd hij in de kathedraal van Brussel tot priester gewijd voor het aartsbisdom Mechelen-Brussel
Van 1995 tot 2001 was hij onderpastoor in de parochie Onze-Lieve-Vrouw van het Heilig-Hart te Etterbeek, en daarna pastoor van de Sint-Pietersparochie van Sint-Pieters-Woluwe.
In 1999 publiceerde hij L'Esprit à la Croix. La dernière onction de Jésus . Hij schreef ook over de liturgie in Taizé in La Maison-Dieu in 2008 dat werd vertaald in het Tijdschrift voor Liturgie. Hij publiceerde ook artikels in het diocesaan tijdschrift Pastoralia en in tijdschriften voor geestelijk leven.
In 2001 werd hij directeur van het Centre d'études pastorales in Brussel.
In 2004 werd hij pastoor en verantwoordelijke voor de Franstalige pastoraal van de Ukkelse Sint-Pietersparochie.
In 2006 werd hij apostolische commissaris voor de economische en patrimoniale aangelegenheden van de Religieuzen van de Eucharistie.
In 2007 werd hij pastoor van de parochies Sint-Markus en Sint-Paulus in Ukkel en ook medeverantwoordelijke van de Franstalige pastoraal van de parochies Kostbaar Bloed en Onze-Lieve-Vrouw van Troost in Ukkel.
Op 1 januari 2007 werd hij benoemd als deken van Brussel-Zuid.
Hij was tevens directeur van de Ecole de la foi, directielid van het Diocesaan Seminarie (Limelette en Brussel) en docent theologie aan het Institut d'Etudes Théologiques (Brussel)