Op zondag 25 juni werden Antonin le Maire en Bruno Druenne door Kardinaal De Kesel tot priester gewijd
Antonin (35) studeerde psychologie en pedagogie in Louvain-la-Neuve. Hij werkte een tijdje in de privésector en liep stage bij de Europese Gemeenschap. Aan Saint-Louis volgde hij nog bijkomend onderwijs over de Europese Gemeenschap. Hij ging naar het seminarie in Namen en studeerde er voor het aartsbisdom Mechelen-Brussel gedurende zeven jaar. Gedurende een semester deed hij “stage” in het katholiek seminarie en orthodox college te Sint-Petersburg, Rusland. Bruno (31) komt uit een gezin van zes kinderen. Hij heeft een diploma ingenieurswetenschappen van de UCL. Hij heeft zeven jaar intense pastorale vorming achter de rug. Hij werkte één jaar op een parochie in Nijvel, twee jaar in Saint-Sébastian te Braine-l’Alleud, twee jaar in Sainte-Croix te Elsene en de voorbije twee jaar in Saint-Jean-Baptiste te Wavre.
Tijdens de viering werd het evangelie voorgelezen uit Matteüs (10:26-33). Centraal in de passage staat niet te vrezen voor hen die wel het lichaam kunnen doden maar niet te ziel. In de ogen van God zijn al onze haren geteld omdat we meer waard zijn dan een zwerm mussen. In zijn homilie stelde Kardinaal De Kesel dat “op het eerste gezicht deze boodschap ver van ons lijkt te staan. In deze tijden van terroristische aanslagen vrezen we net wel diegenen die ons lichaam kunnen doden. En al de problemen op het niveau van Europa? Moeten wij daar niet bevreesd voor zijn? Hoeveel vluchtelingen zijn er niet, arme mensen, bejaarden, zonder geld en zonder huis. Moeten we daar niet bang om zijn? Maar dit is niet wat Jezus ons wil vertellen. Hij roept ons op om niet bang te zijn omdat al de haren op ons hoofd zijn geteld. Wil hij hiermee zeggen dat er niets aan de hand is? Dat we ons leven rustig zijn beloop moeten laten gaan? Wellicht niet. In het evangelie van deze zondag spreekt Jezus niet in het algemeen of tegen eender wie. Hij richt zich tot de Twaalf, de intieme kring van leerlingen. Hij heeft hen geroepen en ze zijn hem gevolgd. Ze blijven bij hem en gaan met hem op weg. Hij vertelt over God en de leerlingen beginnen meer en meer in hem te geloven. Wat hij zegt, is niet bang te zijn voor de Blijde Boodschap en ons erdoor te laten raken. Wie het evangelie volgt, stelt zijn persoonlijk gedrag in vraag, de waarden van de samenleving, beslist een andere weg te volgen en leerling te worden. Jezus zegt niet bang te zijn van het evangelie en om leerling te zijn. Dit is wat aan Antonin en Bruno vandaag wordt gevraagd. Jullie zijn al zijn leerlingen, jullie zijn diakens. Vandaag, door de handoplegging en de kracht van de Heilige Geest, worden jullie zijn priesters. Het komt erop neer jullie aan God over te leveren zonder beperkingen en zonder vrees. Het is nu jullie taak om ervoor te zorgen dat de mensen God leren kennen. Als priesters moeten jullie voortaan getuigen zijn van de liefde van God, zoals Jezus eens het voorbeeld heeft gegeven.
Voor het correct weergeven van deze inhoud dien je (sociale) content cookies te aanvaarden.