Minister-president Jan Jambon (N-VA), bevoegd voor Cultuur, liet de eeuwenoude Mechelse traditie toevoegen aan de inventaris.
In de inventaris bundelt Vlaanderen niet-tastbaar erfgoed: onze kennis, gewoontes, gebruiken en praktijken die zo belangrijk zijn dat we ze moeten koesteren om aan de volgende generaties door te geven. Twee keer per jaar kan de minister van Cultuur daar nieuwe elementen aan toevoegen. Hij baseert zich daarvoor op een advies van de Commissie Immaterieel Erfgoed. Op die lijst prijkt nu dus ook de Hanswijkprocessie.
Voor de erkenning heeft de organisator een dossier ingediend met steun van Histories en Parcum, het expertisecentrum voor religieuze kunst en cultuur. “We zijn door hen begeleid om na te gaan hoe we de toekomst van de processie zien en hoe wij ze kunnen behouden. We zijn heel blij met deze erkenning. Voor ons is ze een steun om de verjonging en vernieuwing met respect voor de traditie door te trekken, want we hebben het moeilijk om deze te laten voortleven”, vertelt Veerle De Ceulener van Hanswijk&Processie vzw.
We zijn heel blij met deze erkenning. Voor ons is ze een steun om de verjonging en vernieuwing met respect voor de traditie door te trekken, want we hebben het moeilijk om deze te laten voortleven
Veerle De Ceulener
De legende, die aan de oorsprong ligt van deze traditie, gaat terug tot het jaar 988. Toen liep een schip met koopwaren en een houten beeld van Maria vast op de Dijle. Pas toen kooplui het beeld aan wal brachten, kon het opnieuw verder varen. Daarin zagen onze voorouders een teken dat Maria hier haar verblijfplaats koos. Eerst verrees er in de wijk Arsenaal een kapel om haar te aanbidden, pas later de huidige basiliek in de binnenstad.
Pesten en kwalen De Hanswijkprocessie zelf, die plaatsvindt op de zondag voor Hemelvaart, is intussen meer dan 750 jaar oud. Toen pesten en andere kwalen de Dijlestad in 1272 teisterden, droegen de bewoners van Hanswijk ten einde raad hun Mariabeeld naar de stadspoort. Met de woorden ‘Monstra te esse matrem’ ofwel ‘Toon dat jij onze moeder zijt’ smeekten ze om bescherming. Hoewel de poorters van de Brusselpoort voor een opstand vreesden, lieten ze de menigte toch de stad binnen. Kort daarna stopten de kwalen.
Uit dankbaarheid dragen de Mechelaars het miraculeuze beeld sindsdien elk jaar door de straten van Mechelen. De processie verbindt mensen in hun geloof, tradities en geschiedenis, maar het is ook een spektakel dat publiek veel belangstelling geniet. De Hanswijkprocessie krijgt daarvoor nu erkenning, samen met onder andere de Sint-Hubertusprocessie in Elewijt (Zemst). “Ik wil de betrokken erfgoedgemeenschappen en alle vrijwilligers bedanken die zich dag na dag onvermoeibaar inzetten om het erfgoed levendig te houden”, zegt minister-president Jambon.
Dit voorjaar was er in Mechelen geen klassieke processie met wagens en paarden, maar 2025 is een jubeljaar en dan pakt de organisatie opnieuw grootser uit. Net zoals in 2023, toen de processie haar 750ste verjaardag vierde. Dat jaar kreeg Maria voor het eerst een mantel uit jeans aangemeten die werd gemaakt door studenten.