Vrijwilliger
Vrijwilliger zijn
is ongedwongen,
vrijwillig,
gegeven mens zijn,
grenzeloos
in het geven van liefde en tijd.
Het is durven dromen
en verwachtingen hebben,
beseffend:
‘Alleen kan ik het niet,
laten we de handen in elkaar slaan,
elkaar vinden als gelijken
en samen bouwen
aan een gemeenschap
waar het goed is voor iedereen’.
Vrijwilliger zijn
is het goede bespeuren,
bevestigen en bemoedigen
en het onvoltooide zien,
hongerend
opdat alle leven geheeld mag zijn,
voltooid.
Het is de eerste zijn én de laatste,
een lach met hen die blij zijn,
een traan met hen die huilen,
een kreet in de verstomming van anderen,
een ankerplaats voor hen die zoeken,
thuishaven voor de havelozen.
Vrijwilliger zijn
is met innerlijk vuur
de dovende vlaspit doen branden,
is liefde spreken
waar kloven ontstaan,
is bruggen bouwen
opdat allen één zijn.
Het is
breken en delen
van tijd en inspiratie,
van vreugde en ontgoocheling,
van zoeken en tasten,
van vinden en berusten,
van brood.
Vrijwilliger zijn
is als een gestorven graankorrel
brood van leven zijn
voor de mens aan jouw zijde,
gelovend, vertrouwend, beamend:
‘De weg die ik ga
is mij gebaand door Hem
die Gods herder wil zijn en Leidsman
in de liefde en de trouw,
in die dienst zonder grenzen,
in het geven van tijd
tot over het tijdloze heen’.
Vrijwilliger zijn
is ‘er zijn’
en gewoon beseffen:
‘We zijn er voor elkaar,
beeld en gelijkenis
van dé Creator’.
Piet Capoen