Naastenliefde en liefdadigheid. Zo vertaalt Wikipedia de Latijnse term ‘Caritas’. Van bij de oorsprong legde de Kerk zich toe op daadwerkelijke bijstand aan wie nood lijdt. Heel wat congregaties richtten hospitalen, opvanghuizen voor armen en scholen op. Vandaag ligt de relevantie van de Kerk niet meer zo voor de hand. Het aantal geestelijken nam de voorbije decennia gevoelig af en heel wat instellingen werden overgedragen aan leken. De spirituele zorg die ooit als vanzelfsprekend was ingekapseld in de algemene zorg aan kwetsbaren, moest plaats maken voor voorschriften en economische denkpatronen. Er blijft nog weinig ruimte voor spirituele zorg en gelovig aanwezig zijn.
Het veld ‘Caritas’ in het vicariaat Vlaams-Brabant en Mechelen wil naastenliefde, geïnspireerd door het evangelie, weer op de kaart zetten, in de zorginstellingen en ook daarbuiten.
Het vicariaat telt tientallen woonzorgcentra en ziekenhuizen die ooit zijn gesticht door geestelijken, alsook instellingen voor mensen met een beperking, instellingen voor bijzondere jeugdzorg en gevangenissen.
Vooral ouderen zijn in onze samenleving een marginale generatie geworden, omdat ze geen of nauwelijks dienst leveren aan de samenleving, terwijl zij in het verleden zoveel waardevols op de wereld hebben gezet. Hoe kunnen we hun waardigheid en levenswijsheid ook in de zorginstelling, in de laatste levensfase, als het hoogste goed zien?
“De waardigheid van de oudere beslaat drie domeinen”, schrijft Dominique Lootens in Pastorale adviezen: Mens en kind van God, sociaal maatschappelijke relevantie en identiteit. Vermits de twee eerste domeinen verwateren in de zorginstelling, is het belangrijk aandacht te hebben voor de identiteit, die zich laat kennen in het levensverhaal van de oudere. Het beluisteren van dat levensverhaal geeft op zijn beurt ruimte voor sociale waardigheid en het gevoel een kind van God te zijn.
Een pastor is geplaatst om die rol te vervullen. De dienst of het domein Caritas in het vicariaat zendt pastors uit, veelal leken die vanuit een opleiding aandacht ontwikkelen voor de spirituele nood van kwetsbare mensen. Heel wat zorginstellingen werven zelf een of meerdere pastors of pastorale medewerkers aan, vanuit het besef dat die persoon een waardevolle aanvulling is op het zorgteam. Of ze bieden hun medewerkers de mogelijkheid een deel van hun functie door spirituele zorgverlening in te vullen. Ook gevangenissen hebben een pastor of aalmoezenier in dienst. Pastoraal/spirituele zorg vertrekt altijd vanuit een hoopvol denken en een positieve ingesteldheid, waardoor de ontvanger zich gezalfd en opgetild voelt. De zorg balanceert tussen vasthouden en loslaten. De pastor voelt zich geroepen een zorgethiek aan de dag te leggen die ook andere zorgverleners kan inspireren in hun dagelijkse taken.
Caritas ondersteunt deze pastors door het aanbieden van visie en vorming. De dienst wil ook de eerstelijns spirituele zorg aanmoedigen. In elke zorgpraktijk is spiritualiteit immers inherent aanwezig.
Ook ketenzorg, de zorg voor mensen die worden ontslagen uit het ziekenhuis, ligt Caritas na aan het hart. De vermaatschappelijking van de zorg neemt steeds grotere vormen aan waardoor vereenzaming dreigt toe te nemen. Heel wat ouderen kunnen de kostprijs van een woonzorgcentrum niet betalen, chronisch zieken hebben niet altijd een opvangnet. Wie zorgt voor hen? Ongelooflijk waardevol zijn de vele vrijwilligers die via de parochie of vereniging deze noden opvangen. Ook hen wil Caritas ondersteunen en helpen de weg te tonen naar zorg die dieper gaat en zoekt naar wat waardevol is, was en nog kan zijn in het leven van de kwetsbare persoon. Samen met hen wil Caritas diaconale initiatieven oprichten die de zorg voor de meest kwetsbaren in de samenleving opneemt.