Laten we van Maria niet het tere jonge meisje maken, dat biddend in haar brevier door een engel verrast wordt met een raadselachtige boodschap. Want zo stelden onze Vlaamse schildermeesters het meestal voor in wat overigens grote kunstwerken zijn, en zo willen we het ons ook nog wel eens voorstellen.
Neen, laten we Maria veeleer zien als de jonge Joodse vrouw, met een zoon die op een gegeven moment een zeer eigen weg gaat. Het wordt al vlug duidelijk dat die weg niet gemakkelijk is, maar gevaarlijke keuzes inhoudt. Ik kan me voorstellen dat dit voor Maria, zoals voor elke moeder, tot zeer verwarrende en moeilijke momenten geleid moet hebben. Ik kan dan ook begrijpen dat zij op een bepaald ogenblik met heel de familie aan de deur stond om Jezus tot de orde te roepen, zoals we dit lezen in de evangelies. Ik voel haar dan ook aan als de moeders die we zien huilen en vechten om het geweld dat hun kinderen wordt aangedaan of om een toekomst die hun ontnomen wordt. Ik begrijp dan hoe zij hem tot in Jeruzalem gevolgd is, tot onder het kruis, en hoe ze hem in haar armen heeft gehouden toen hij dood van het kruis werd gehaald.
De evangelist Lucas weet ook te vertellen dat Maria daarna samen met de leerlingen naar Jeruzalem is gegaan en er met hen bleef om te bidden. Hoe ze samen alles wat gebeurd was, een plaats poogden te geven en zo tot begrijpen te komen. Zo is Maria samen met de leerlingen tot het geloof gekomen dat Jezus niet voorgoed weg was, maar dat hij leefde en op een nieuwe manier bij hen en bij haar was, ja, dat hij Gods geliefde Kind is.
Als we Maria in het evangelie van Lucas haar lied, het ‘Magnificat’, horen zingen, dan begrijpen we dat dit lied de vertolking van haar geloof is, zoals dat gaandeweg gegroeid is toen zij haar zoon zijn eigen weg zag gaan. Hoe hij op die weg koos voor kleinen en rechtelozen, en hoe hij daarbij de machtigen niet spaarde. Zijn keuze voor een God van kleine mensen is dan ook haar keuze geworden. En dat heeft haar diep gelukkig gemaakt. Het is de vreugde dat de God van Jezus zich het lot van al die kleinen aantrekt, dat Hij de beloften, gedaan aan de profeten, niet vergeten is.
Dit is het beeld van Maria dat voor mij oprijst. Een Joodse vrouw, die kracht en wijsheid uitstraalt, een moeder voor allen die met haar de weg naar haar Zoon willen gaan. Die moeder willen wij eren en ze tot voorbeeld van onze eigen geloofsweg nemen.
(jh)