U hebt het goed gelezen. Er staat niet als titel ‘Wie komt er na pater Jan?’ of ‘Deken Patrick wordt tevens de pastoor van Kampenhout’. Want dan hinken wij op het verkeerde been en denken wij dat wij het antwoord hebben op alle vragen, of dat er een oplossing is voor alles wat op ons afkomt in onze geloofsgemeenschappen.
De voorbije maanden werd het vooral voor de federatieploeg duidelijk, op welke wijze pater Jan de spil was in onze parochies. Zoveel werd door hem georganiseerd en bijgehouden. We zagen hem natuurlijk als voorganger in vele vieringen; hij zorgde tevens voor de voorbereiding van zondags- en gelegenheidsvieringen; aanvragen, van doop tot huwelijk en uitvaart kwamen allemaal bij hem; de administratie hierrond verzorgde hij; hij was sterk betrokken bij de redactie van het parochieblad; hij onderhield contact met vele parochiële werkgroepen; hij volgde zoveel op met betrekking tot parochieploegen, kerkfabrieken en vzw-afdelingen; er was het ziekenbezoek, aandacht voor zieken thuis of mensen in het rusthuis; er waren de contacten met de catechese … het lijstje is eindeloos. Telkens als wij stilstonden bij een luik van de zorg voor onze parochies, stond iedereen versteld van zoveel betrokkenheid. Wie zal dit allemaal overnemen? Zal er voor dit alles iemand gevonden worden? Vinden wij een nieuwe pastoor, een nieuwe pater Jan?
Het mag duidelijk zijn. Wij treden een nieuw tijdperk in, voor zover dit niet al aan het gebeuren is, waarbij de parochiepriester minder centraal zal staan. Nog meer dan vroeger zal het van ons allemaal als gelovigen afhangen, op welke wijze wij Kerk zullen zijn in de wereld van vandaag. Het zal van ons meer en meer afhangen, hoe wij als gelovigen verbondenheid in Gods naam en in het spoor van die Jezus gaan waarmaken, vierend, biddend, getuigend, delend in de vreugde, het leed en de zorgen van deze wereld. Morgen staat er geen nieuwe ‘pater Jan’ die pastoor zal zijn voor alle parochies van Kampenhout en die alles wat zich aandient zal leiden, bezielen, richting geven of oplossen. Niet alles kan gewoon bij het ‘oude’ blijven. Onze bisschoppen hebben mijzelf als parochiële administrator van de parochies van Kampenhout benoemd. Deze taak neem ik vanaf 1 september 2016 op. Als parochiële administrator heb ik canoniek (volgens het kerkelijk recht) de rechten en de plichten van een pastoor, maar pastoraal gezien vooral de opdracht, de geloofsgemeenschappen te begeleiden naar een nieuwe periode. Vroeger was dit in afwachting van een nieuwe pastoor. Vandaag is dit in onze groei naar nieuwe vormen en structuren van Kerk zijn. Dit heeft niet alleen te maken met een tekort aan priesters of met het feit dat op dit moment geen verbreding van het priesterambt mogelijk is. Dit heeft ook te maken met de gewijzigde realiteit van onze parochies in ons land. En dit laatste mogen wij evenmin ontkennen. We leven in andere tijden. De realiteit van geloofsgemeenschappen van gisteren is niet meer deze van vandaag.
Dat mogen wij ook ervaren in de parochies van Kampenhout. De voorbije maanden heb ik veelvuldig geluisterd naar mensen. Nog veel te weinig om een echt totaalbeeld te hebben, maar genoeg om te zien dat de situatie niet veel anders is dan elders. Om mij heen zie ik nog altijd mensen die zich vaak met grote gedrevenheid inzetten. Ik heb hier in de federatie Kampenhout - en dit vanaf mijn aanstelling als deken - al veel ‘schone’ mensen mogen ontmoeten met het hart op de goede plaats. Ik zie hoe de verschillende deelgemeenten van Kampenhout hun eigen kleur hebben, hoe parochianen hun eigen en veelal waardevolle inbreng hebben in het dorpsleven. Maar parochieleven en dorpsleven vallen niet meer samen. Een probleem? Neen. Want Jezus riep ons op om gist in het deeg te zijn. Doch als het gaat om onze eigen specifieke verbondenheid als kerkgemeenschap, dan drijft de veroudering boven, het gebrek aan vrijwilligers om het vroegere op eenzelfde wijze verder te dragen en vooral de noodzaak om op zoek te gaan naar nieuwe vormen van gelovige verbondenheid, naar wegen om vandaag met onze boodschap het hart van mensen te raken. Want mensen blijven zoekend in onze snel evoluerende wereld. Ik ben er vast van overtuigd dat het een noodzaak is, op dit moment de rangen te sluiten vanuit de eigenheid van ons Kerk zijn rond de figuur van Jezus, vanuit de dringende noodzaak en zeker ook vanuit de solidariteit die een wezenskenmerk is van christelijk geloof. In de eerste christelijke gemeenschappen deelde men niet alleen alles met elkaar, maar leefde men ook als christelijke gemeenschappen sterk verbonden met en betrokken op elkaar. De brieven van Paulus zijn een uniek getuigenis hiervan.
In die zin hoop ik als federatiepastoor samen met de federatieploeg een bruggenbouwer te zijn tussen de verschillende parochies van de federatie Kampenhout. Bovendien wil ik mijn rol als deken in ons dekenaat verder opnemen en een bruggenbouwer tussen de verschillende federaties zijn. Volgende week wil ik het er in een nieuwe bijdrage over hebben, hoe samenwerking op beide terreinen voor onze plaatselijke pastoraal versterkend kan zijn. Dit is mede gegroeid vanuit het zoeken met de federatieploeg. Haar rol zal nog belangrijker worden wanneer wij morgen in de parochiefederatie Kampenhout een nieuw tijdperk intreden.
vervolg zie verder
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.