Emmanuel en mijn nonkel Vincent, in 1995, twee jaar voor zijn dood, te midden van zijn koor ‘Pueri Cantores’. Ze zongen Gregoriaans en het Halleluja van Händel. Kippenvel als ik het nu opnieuw hoor…
Dat is het thema dat paus Franciscus heeft gekozen voor Missiezondag op 20 oktober 2024. Het is afkomstig uit de parabel over de onwillige bruiloftsgasten in het evangelie van Mattheüs 22,1-14. Wie meer wil weten over deze herderlijke boodschap googelt best eens naar ‘Boodschap van Zijne Heiligheid Paus Franciscus voor Wereld Missiezondag 2024’.
De paus gaat in op drie thema’s:
- “Ga en nodig uit!” Missie als onvermoeibaar erop uitgaan om anderen uit te nodigen voor het feest van de Heer.
- “Het bruiloftsfeest”. De eschatologische en eucharistische dimensie van de missie van Christus en de Kerk.
- “Iedereen”. De universele missie van de leerlingen van Christus in de volledig synodale en missionaire Kerk.
Ik hoop dat je nog niet afgehaakt hebt bij al deze moeilijke woorden.
Laat ons even terugkeren naar onze kinderjaren.
Wie herinnert zich niet het gipsen beeldje (excuseer dat ik geen ‘N’-woordje gebruik) op de toonbank bij de winkelier dat knikte toen je er een halvefrank in stak? Wie heeft geen ‘zilverpapier’ gespaard voor de missies? Welk beeld herinneren we ons van een missionaris? Sommigen vertrokken ‘voor het leven’ naar de missies. Zij geloofden er rotsvast in dat zij geroepen waren om Gods boodschap wereldwijd te gaan verkondigen. Ze stonden er niet bij stil dat hun ouders, broers of zussen deze vraag van God niet gehoord hadden, en dat zij zich moesten neerleggen bij deze levende begrafenis… Hoe hartverscheurend moet dit niet geweest zijn?
Het waren andere tijden, vol idealistische jonge mensen, hopend dat God hen daarvoor zou belonen. Idealisme of altruïsme? Waarom deden ze het eigenlijk? Een grote zucht naar avontuur zal zeker een rol gespeeld hebben.
Twee nonkels (broers zowel aan vaders als aan moederszijde) en twee tantes (zussen aan moeders kant) zijn ingegaan op Gods roep om het geloof te gaan verkondigen in den vreemde: Congo, Indië en Pakistan. Ik heb ondertussen een grenzeloos respect gekregen voor die mensen. Toen zij op vakantie kwamen, was het altijd feest. Niet omwille van de cadeautjes die ze meebrachten, maar vooral omwille van hun exotische verhalen. Ik droomde ervan hen achterna te reizen. Hun genen zaten tenslotte ook in mijn bloed. Ik heb ondertussen de missieposten van mijn nonkels in Bikoro (aan het Tumbameer in Congo) en Ranchi (in Indië) bezocht. Naar Pakistan ben ik nog niet geweest, dat staat nog op mijn to-do lijst. Het was altijd mijn ultieme droom om de leefwereld van de mensen voor wie zij hun leven gegeven hadden, te leren kennen. Het respect en de dankbaarheid waarmee ik ginder overstelpt werd, is onvoorstelbaar. Niet ik, maar zij verdienden dat. Daar begreep ik dat geven zoveel meer betekent dan krijgen. Ook nu nog krijg ik berichtjes van mensen die ik er ontmoette: van Félicien, die bouwprojecten op touw blijft zetten ‘pour les plus pauvres’. Van Florent die als militair uitzichtloos overleeft in Oost-Congo. Van Emmanuel, die zelfs T-shirts liet maken met de foto van mijn nonkel, n.a.v. de 25ste verjaardag van zijn overlijden, of een foto stuurde van mijn nonkel te midden van zijn koorzangers. Bij het zien van deze foto smelt ik weg. Wat heeft hij allemaal gerealiseerd? Dikwijls klinkt wanhoop in hun schrijven… Vergeet ons alstublieft niet, nu hij er niet meer is…
De woorden van paus Franciscus klinken hol als we niet ingaan op hun échte betekenis:
‘Ga en nodig iedereen uit naar het bruiloftsmaal’. Wij leven constant in een bruiloftssfeer als je onze wereld vergelijkt met die van hen. We staan ’s morgens op uit een warm bed, kunnen ons douchen en hebben een ontbijt. Gaan naar ons werk, of genieten van een welverdiend pensioen. We vinden dag in dag uit eten, kunnen kiezen welke kledij we vandaag zullen aantrekken. We knippen het elektrisch licht aan als het donker wordt, kunnen ons voedsel bewaren in een koelkast, en drinken water uit de kraan (als er écht niets anders te drinken valt). We sakkeren wel als we in de file staan of als het te koud, te warm, te nat of te droog is.
Ik weet niet wat de Kerk concreet van ons verwacht voor deze komende missiezondag: een gebed, een omhaling? Ik weet ook niet in welke richting de missiewerking tegenwoordig uitgaat. De traditionele kloosterordes die missionarissen uitzonden, worden nu ondersteund door inwijkelingen uit de missielanden. De diensten in de Augustijnenkerk worden geleid door jonge kerels uit Azië of Afrika. In het Erfgoedhuis van de Zusters van Liefde in de Molenaarsstraat werken zusters uit Pakistan, Indië en Rwanda voor de bejaarde Vlaamse zusters. Père Joseph kwam uit Congo om de Belgische provincie van de paters Lazaristen in Leuven te leiden. Wellicht kennen jullie ook andere voorbeelden?
We moeten iedere dag bezorgd zijn om het welzijn van onze medemensen over alle grenzen heen, ver weg of dichtbij. We moeten elke dag iedereen uitnodigen aan ons bruiloftsmaal, niet enkel in gebed of in woorden, maar ook in daden, niet om later beloond te worden, maar gewoon omdat zij het verdienen. We moeten iedere dag de boodschap van Liefde, Vrede en Verdraagzaamheid uitdragen en respect hebben voor wie dit allemaal mogelijk maakt: onze Schepper. Simpel toch?
Ignace