Werk je mee aan een microsite of beheer je die? Met deze tips schrijf je teksten die nog meer mensen bereiken en aan het lezen zetten.
Hou altijd voor ogen wat het doel is van jouw artikel. Informeren, getuigen, berichten, adviseren… Het doel van het artikel bepaalt heel veel: de titel, de toon en de opbouw van de tekst.
Ga er niet van uit dat de lezer van alles op de hoogte is. Degene die jouw tekst leest, weet meestal minder van het onderwerp dan jij.
Kom terzake. Begin met het belangrijkste, het doel van het artikel. Zeg bijv. eerst wat de conclusie was van een bijeenkomst in plaats van eerst op te sommen wie er allemaal was.
We worden allemaal overspoeld door informatie. Schrijf niet meer dan nodig. Hou het simpel en helder.
Wees niettemin volledig. Laat geen voor de hand liggende vragen onbeantwoord, zeker bij praktisch zaken (wanneer begint iets, waar vindt iets plaats…)
Vermijd lange, samengestelde zinnen met terzijdes, gedachtestrepen enz. Splits lange zinnen.
Lees sommige zinnen eens hardop. Als je over je eigen woorden struikelt, kan het waarschijnlijk eenvoudiger.
Controleer de schrijfwijze van eigennamen. Fouten in namen van personen of plaatsen komen slordig over en zijn makkelijk te checken op internet (bijv. op iemands persoonlijke Facebookpagina).
Een goeie titel is een titel die de lezer aanspreekt en die overeenstemt met het doel van het artikel.
Probeer te vermijden dat een titel uit alleen maar een quote bestaat. ‘Plots sloeg de vonk over’ krijgt meer betekenis en kracht als je er iets aan toevoegt: Jona (15) krijgt initiatiesacramenten: ‘Plots sloeg de vonk over’.
Moeite om een kop te vinden? Deze truc kan helpen. ‘Vergeet’ je tekst even en probeer in één zin te zeggen wat er in staat. Zeker bij nieuwsberichten heb je dan meteen de titel te pakken.
Zeg in de inleiding van het bericht niet hetzelfde als in de titel. Gebruik de inleiding om de titel te ondersteunen, iets meer te zeggen over een persoon die wordt genoemd of om een situatie te duiden.
Een titel mag best kort zijn, maar vermijd slogans of woordspelingen.
Gebruik tussentitels en citaat-blokjes om de tekst reliëf te geven.
Gebruik je citaat-blokjes, maak ze dan zo kort mogelijk, niet meer dan 4 regels. Lange citaten zijn zeer moeilijk te lezen en ogen niet zo mooi.
Gebruik indien mogelijk de functies voor opsommingstekens of nummering.
Verzorg de onderschriften bij foto’s. Gebruik de tegenwoordige tijd en zeg zoveel mogelijk wie er te zien is en wat er gebeurt. Neem de lezer bij de hand.
Als je een link toevoegt naar een andere webpagina test dan uit of die werkt.
Laat jouw tekst door iemand nalezen. Zo vermijd je spelfouten en moeilijke zinsconstructies.
