“Wij zijn nooit modern geweest”, stelt Herman De Dijn alluderend op de titel van het gelijknamige boek van zijn Franse vakgenoot Bruno Latour (Tertio van 19/9/’18). De filosoof laat in zijn jongste pennenvrucht de grote thema’s opdraven. Maar vooral toont hij haarfijn aan dat het leven van de postmoderne mens doordrongen is van rituelen.
“De hang naar spiritualiteit en rituelen is zelfs groter dan ooit”, zegt Herman De Dijn. “Inderdaad, wij zijn nooit modern geweest, toch niet in secularistische zin. Ook het leven van mensen in een seculiere maatschappij wordt bepaald door rituelen en spiritualiteit, al dan niet religieus. Dat is er altijd geweest. Mensen zijn immer nooit strikt rationeel. Je kan geen zuiver rationeel-wetenschappelijke houding aannemen tegen vrouw en kinderen.”
In de moderne tijd werden religie en spiritualiteit losgekoppeld. Daar maakt De Dijn de volgende kanttekening bij: “Al dat gepraat over spiritualiteit vandaag is niet onschuldig. Het kan namelijk onderdeel zijn van een radicale verwerping van godsdienst. De Verlichting heeft religie of spiritualiteit niet opgeheven, maar heeft vooral de institutionele godsdiensten gemarginaliseerd.”
De Dijn vindt dat rituelen binnen postmoderne vormen van spiritualiteit vaak geïnstrumentaliseerd wordt. “Neem het dansfestival Tomorrowland. Sociologen beschouwen dat als een quasireligieus fenomeen. De vormgeving ervan zit vol religieuze symbolen, rituelen en verwijzingen. Centraal staat de dans tot trance toe; volgens sommigen te vergelijken met soefi-dansen. Mijns inziens gaat die vergelijking niet echt op. De rituelen hebben geen betekenis op zichzelf, ze dienen voor mezelf, voor mijn genot, voor mijn troost. De promotie van postmoderne rituelen is commercie geworden. Vergelijk met: in plaats van pillen te slikken doen we aan mindfulness. Wat is daar religieus aan?”
Lees het volledige interview deze week in Terio. Proefnummer of abonnement? www.tertio.be