Eind juni ging parochieassistente Ria Van Overbeke met pensioen. Ooit was ze bij de eerste parochieassistenten van het bisdom: ze werd benoemd op 1 februari 1999. Als je dus met haar een interview wil organiseren, voorzie je best wel wat tijd: ze heeft héél wat te vertellen uit al die jaren dienst ! Maar we leggen aan haar dezelfde vragen voor, die we ooit aan Toon Suffys voorlegden toen hij naar Amsterdam vertrok. Toen was Ria de journalist die de vragen stelde, nu luisteren we met plezier naar haar antwoorden.
Zing…
Als er nu iets is, waar ze me niet speciaal voor moeten vragen, dan is het wel zingen. Ik zing graag, en ik vind samen zingen in de mis belangrijk… maar hoge noten of alleen zingen is aan mij niet besteed ! Ik hoor wel graag muziek: als ik na een lange avondvergadering naar huis rij met de auto, kom ik tot ontspanning door te luisteren naar klassieke muziek.
Vecht…
Wie mij een beetje kent, weet dat ik jarenlang in Gent al op de barricaden sta voor de zorg voor mensen met een armoedeproblematiek. Vluchtelingen, daklozen, werklozen, alleenstaanden… iedereen die het in de maatschappij niet zo breed heeft, of last heeft om op het einde van de maand de touwtjes aan elkaar te knopen, die liggen mij nauw aan het hart. Dat er mensen zijn die in de samenleving door de mazen van het net glippen, eenzaam en uitgestoten zijn: dat zou in onze tijd niet meer mogelijk mogen zijn! En al zeker niet in een omgeving waar mensen zich als christenen profileren: want staat er niet in onze bijbel dat we de naaste moeten liefhebben? Wel dan? Hoe kunnen we als kerk geloofwaardig zijn, als we alleen die liefde prediken in de zondagse liturgie of uitleggen in de catechese aan de hand van Bijbelverhalen? Vertellen over de barmhartige Samaritaan is niet genoeg, hè! Je moet zelf die Samaritaan willen worden! Ja, dat is een punt waarvoor ik écht wil vechten in onze kerk: dat er meer aandacht gaat naar diaconie. En dan niet alleen aandacht met mooie woorden of een uitzonderlijke omhaling of zo… neen: diaconie vraagt tijd en persoonlijke aandacht. En daar ontbreekt het zo vaak nog aan in onze kerk!
Huil…
In al die jaren dat ik parochieassistente ben, heb ik heel wat mensen leren kennen. Jammer genoeg hebben we ook van een paar mensen moeten afscheid nemen. Ik denk hierbij in de eerste plaats aan Gert Poelman, die samen met ds. Marc Loos de aanzet gaf voor de Interlevensbeschouwelijke Werkgroep (IWG). De conversaties tijdens onze buitenlandse studiereizen is iets wat ik niet gauw zal vergeten: met sterk inhoudelijke argumenten, een heldere logica én een bijzonder gevoel voor humor kon Gert je enthousiasmeren om daadwerkelijk in dialoog te gaan met mensen. Zijn overlijden heeft me diep geraakt. Maar ook andere collega’s of vrijwilligers waar ik mee samenwerkte, zijn overleden: ik denk daarbij niet in het minst aan Dirk De Backer. Verdriet behoort inherent tot het menselijke leven, en dus ook tot het samenwerken.
Bid…
Binnen de regenboogkerk in de Forelstraat, waar ik op zondag vaak te vinden ben, hebben we in de loop der jaren wel geleerd dat elke mens z’n eigen manier van bidden heeft: in stilte of met uitbundige zang, stil zittend op een stoel of vrolijk heupwiegend in een processie, met gevouwen handen of handgeklap. Een mens leert veel bij, als je durft rondom jou kijken en leren van de anderen ! Ook voor het bidden is dat zo… Ik kan je verzekeren: als je met een Congolees koor de trein opstapt naar Lourdes Frankrijk, dan kom je alle schakeringen van gebed tegen op die reis. Van het devote ‘Ave, ave’, over de traditionele eindeloze reeks weesgegroetjes, tot de bezwerende gezangen van het congolese koor die je meeslepen in hun Lingala-liederen. Mijn eigen gebed is dan ook nu al lang niet meer wat het was, toen ik zoveel jaar terug aan deze job begon !
Werk…
Toen ik startte, als parochieassistente bij deken Albert Van de Kerckhove op Sint-Jan-Baptist, kende ik het toenmalige dekenaat Gent-Noord al tamelijk goed, omdat ik er als vrijwilliger al een tijdje in meewerkte. Ik was één van de eerste vrouwen die secretaris was van een dekenale ploeg, dus de opstap naar ‘para’ was niet meer zo groot. Daarna werd er al een eerste hervorming van de Gentse parochies gerealiseerd, door de samenvoeging van Noord, Centrum en Zuid tot één geheel, met Flor Brondeel als deken. Met hem heb ik 10 jaar gewerkt, als collega in een groep van vier parochieassistenten: Johan, Annie, Adelheid en ikzelf. We konden ons toeleggen op wat we elk het beste konden, of waar ons hart het meest naar uitging. Uiteraard werd voor mij dan ook de werking van De Sloep/Onze Thuis de hoofdmoot van mijn werk, net zoals de inzet in de IWG. Maar ook vormselcatechese, catechumenaat en volwassenencatechese zijn altijd belangrijk geweest: jarenlang hebben we een ‘Zin-in-Film’-filmclub gehad op de laatste vrijdag van de maand, en al even lang werkte ik met veel plezier mee aan het oecumenisch bijbellezen, in samenwerking met de protestanten en de gemeenschap van Dominicus. Een paar jaar geleden werd dan het héle bisdom hervormd, en werd de Gentse stad nog maar eens anders opgedeeld. We kregen er niet enkel een nieuwe deken voor (Lode Aerts), maar ook een nieuwe parochiekerk, de kathedraal. Die deken, dat was een verhaaltje van korte duur, want hij werd al vlug benoemd tot bisschop van Brugge. Maar die kathedraal, daar draait onze werking nog steeds rond… ook al is het nog steeds een beetje wennen, dat moet ik eerlijk toegeven! En nu is sedert drie jaar Jürgen François onze deken: alweer een aanpassing, maar de samenwerking verloopt vlot, gelukkig maar. En dat Joke en ik goed overeenkomen als collega’s, dat zal niemand meer verbazen, denk ik…
Lach…
Humor is voor mij een cruciaal element in mijn leven. Vergaderingen of vormingen kunnen volgens mij niet geslaagd zijn, als er geen plaats mag zijn voor humor. Hoe vaak kan je immers niet de angel uit een discussie halen, door er net met wat humor naar te kijken? Maar dat wil niet zeggen dat ik zomaar alles ‘weglach’… integendeel, mijn motto voor mijn job is altijd al geweest : ‘ik werk als een luis in de pels’. Met andere woorden: ik bijt me vast in iets waar ik écht voor wil gaan, en dan laat ik niet los ! Misschien ben ik maar een kleine luis tegenover die grote Kerk… maar ik geef niet op! Maar om het evenwicht wat te vinden, of om stoom af te laten na een opdracht, kan je me vaak ergens op een terrasje of in een gezellig Gents restaurantje vinden met vrienden: met een lach, een hapje en een drankje, kom ik tot rust…
Bewonder…
Tja, wie zal ik noemen? Eigenlijk wil ik vooral die mensen noemen die zonder naam en zonder titel, maar met een groot hart, zich inzetten voor de kerk en de samenleving. De vrijwilligers in de Sloep, die al jarenlang dagelijks instaan voor onthaal en dienstverlening; de catechisten tijdens de Zondagse Ontmoetingen, die met de gezinnen in gesprek gaan over de betekenis van gelovig zijn; de leden van lokale werkgroepen, die ter plekke een gezicht geven aan onze grote kerk… en de zovele gelovigen, die ik in de loop der jaren mocht ontmoeten: hen bewonder ik allemaal. Want ons werk als parochieassistente is niets waard, als er niet vele gelovigen meestappen in datzelfde verhaal: het eeuwenoude verhaal van die man van Nazareth, die niet ophield tegen de schenen te schoppen van de maatschappij, om de armsten een plaats te geven. Dat eeuwenoude verhaal van Jezus verder doen leven ook in onze stad: daar heb ik al die jaren voor gewerkt !
En - zo voegt de verslaggever van dienst er met hoopvolle woorden aan toe – daarvoor zal Ria zich in de toekomst verder ook nog wel als vrijwilliger willen voor inzetten ! Met andere woorden: het ‘luizen-gevecht’ van Ria is nog niet te einde… gelukkig maar !
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.