Beste gelovigen van onze parochiegemeenschap Gent-Zuid, vandaag valt mij hier de eer te beurt om een inspirerend woord te spreken naar aanleiding van het Feest van de moeder Gods Maria dat we elk jaar opnieuw op 1 januari vieren.
Maar vooreerst wil ik jullie in naam van onze parochieploeg van harte onze nieuwjaarswensenoverbrengen. We wensen jullie allen twee dingen toe: Vrede en goedheid.
Vrede om in alle rust de grootste stormen te weerstaan die er misschien - maar misschien ook niet - aankomen in 2019. Een innerlijke vrede naar het voorbeeld van Maria die ook zeer woelige stormen en emoties heeft doorstaan. In zo’n vrede hopen wij als grote kerkgemeenschap ‘Gent-zuid’ elkaar te vinden over de grenzen van onze plaatselijke parochies heen.
Maar we wensen jullie ook onnoemelijk veel goedheid toe in 2019. Eenvoudige goedheid, in duizenden kleine dingen. Geen grootse geschenken, maar simpele goedheid: in een woord, een blik of een gebaar aan elkaar gegeven. Als we als parochianen elk op onze plek en op onze wijze deze goedheid beoefenen dan is onze geloofsgemeenschap niets anders dan een oase van innerlijke vreugde en verbondenheid. Dan springt ongetwijfeld ook elke zondag ons hart op van vreugde bij de ontmoeting van elkaar.
Laat ons voor 2019 dus samen dromenvan een geloofsgemeenschap vol vrede en goedheid. Wij wensen het jullie vanuit de parochieploeg in alle geval van harte toe. En als de vrede onder elkaar al eens dreigt verloren te gaan in 2019, weet dan dat wij er als ploeg staan om deze met daden van goedheid te helen.
En nu een aantal inspirerende gedachten bij de schriftlezingen.
Enkele jaren terug, zag ik een film over Maria, waarin ze als een zeer gedreven en vechtlustige vrouw door het leven ging en waarin ze het daarbij steeds opnam voor zij die uitgesloten of verstoten werden. Het leek een feministe ‘avant la lettre’. Het deed mij diep nadenken over het contrast met het vaak nederige en tedere beeld dat we van Maria hebben. En omdat Maria in deze film zo gedreven en vechtlustig opkwam voor rechtvaardigheid kon het haast niet anders dan dat haar zoon met diezelfde gedrevenheid door het leven ging. Maria werd niet zómaar gekozen als moeder van God maar omdat ze in haar aanwezigheid al leek op haar zoon, op God.
Nieuw jaar is ook traditioneel de periode waarop we goede voornemens maken. Of behoor ook jij tot diegene die dat al lang afgeleerd bent omdat je er meestal toch niet teveel van bakt. Zeer menselijk en zeer herkenbaar… voor mij toch althans.
Maria zei destijds ‘Ja’ tegen God en bleef haar keuze trouw tot aan het kruis. Ook daarin kunnen we een voorbeeld nemen aan Maria.
Als we daarnet lazen: “dat de herdersbekend maakten aan Maria en Jozef wat hun over het kind ‘Jezus’ gezegd was”, dan lezen we dat “Maria dat bewaarde in haar hart en overwoog bij zichzelf”. Ze reageerde blijkbaar niet dolenthousiast om wat de herders vertelden te bevestigen. Ze bewaarde het in haar hart. Hoor ik daar bij Maria niet een soort onzekerheid, misschien zelfs twijfel of ongeloof over de grootse dingen die haar overkomen? Maar terzelfdertijd spreekt deze tekst van vertrouwen, want Maria vertrouwt er op dat haar hart en haar overwegingen de woorden wel ten gepaste tijde zullen kunnen vatten.
Durven wij anno 2019 nog twijfelen én vertrouwen op God en alles zijn tijd geven? En dat in een tijd waar alles snel en blits moet zijn en we onmiddellijk met een antwoord moeten klaar staan. Hebben we überhaupt nog tijd om dingen te laten rijpen in ons hart en in onze overwegingen?
Het is 1 januari en deze herinnert er ons aan dat er alweer een jaar voorbij is. Wat hebben we het afgelopen jaar bewaard en overwogen in ons hart wat we misschien niet zo direct begrepen of ons moeilijk viel, of waar we twijfel voelden? Mag de overgang van oud naar nieuw ook een tijd van overweging zijn, of is het enkel een tijd van feesten, vergeten en doorspoelen? Zijn we ons voldoende bewust van wat we meedragen in ons hart? Of van wat best verder uitgeklaard of uitgezuiverd moet worden.
Ikzelf heb drie adolescente kinderen die zich meer en meer los maken van thuis. Hierover kent mijn hart twijfel, maar ik probeer te vertrouwen, Ik begrijp niet altijd goed waartoe mijn kinderen doen wat ze doen, maar ik probeer mijn hart open te houden, mijn oordeel te ontkrachten en mijn overwegingen en vertrouwen te laten rijpen, ook in gebed. Dat God zich hierin aan mij en mijn kinderen mag openbaren. Ik ben er zeker van dat mijn kinderen zelfs af en toe de herders zijn die mij komen vertellen wat God aan hen geopenbaard heeft, maar ik begrijp het niet altijd, moet het overwegen en het proberen in mijn hart te bewaren, en niet teveel in mijn hoofd dat al te snel oordeelt en mij onrustig maakt.
Maar goed, er staat ons alweer een nieuw jaar te wachten. Een jaar met vele kansen van kleine goedheid. Laat het voor ons gelovigen een jaar zijn waarbij we wél nog de tijd nemen om datgene wat ons zal overkomen en we niet direct begrijpen te overwegen in ons hart, in een soort vrede waarvan ik aan het begin van mijn woord sprak. Twijfel zal ook dit jaar niet weg te denken zijn, maar we mogen ook vertrouwen, zoals Maria. Als we de tijd nemen, dan zal God zich zeker en vast ook aan ons openbaren zoals hij dat deed bij Maria, Jozef en de Herders en komende zondag ook aan de drie koningen die we dan vieren. Maar weet dat openbaring een vredig hart vraagt dat de tijd neemt om te overwegen. Het is volgens mij zelfs de essentie van ons geloven om in twijfel te durven staan (want anders is het geen geloven maar zekerheid) maar mét vertrouwen in het leven, in God, en ondertussen overwegen opdat God zich aan ons kan openbaren. Maria is er ons ten volle in voorgegaan en zij wil dat ook dit jaar weer een heel jaar lang doen. Dank u wel Maria.
Hans De Weirdt, kerkplek Sint-Denijs-Westrem
|