Deel 1
Zaterdag 3 oktober 2020 had in de Sint-Hermesbasiliek om 15 u. een bijzondere plechtigheid plaats: de officiële proclamatie van de ‘wapens’ van zowel de Sint-Hermesbasiliek als van de Maatschappij der Dragers van Sint-Hermes. Andermaal werd een merkwaardige stap gezet in de opwaardering van ons uniek erfgoed.
Gezien de gezondheidsmaatregelingen was de deelname beperkt tot rechtstreeks betrokkenen (in totaal toch nog 145 aanwezigen) zoals het Stadsbestuur en burgerlijke verantwoordelijken, de Rector en Kerkfabriek van Sint-Hermes, uiteraard ook alle Dragers, bestuursleden van het Stedelijk Fiertelcomité en de Gilde… Er moest ook afgezien worden van een volkse receptie nadien. Wel was een verzorgde en instructieve folder aangemaakt die niet alleen aan de aanwezigen, maar meteen daarna in de erediensten op zaterdag en zondag als gratis aandenken meegegeven werd.
Vlaams minister van onroerend erfgoed, Matthias Diependaele, tevens streekgenoot, had eraan gehouden met de voorzitter van de Vlaamse Heraldische Raad, Prof. Dr. Luc Duerloo, de wapenbrieven persoonlijk en ter plaatse te overhandigen. Vóór de academische zitting werden beiden met hun medewerkers en een kerngroep van het Stadsbestuur en de voorzitter van de Kerkfabriek kort op het rectoraat ontvangen en nadien rondgeleid in de crypte en bovenbasiliek.
Minister Diependaele
Prof. Dr. L. Duerloo
In een eerste bijdrage publiceren we het persbericht dat het kabinet van de bevoegde minister kort nadien verspreidde:
Sint-Hermesbasiliek en Maatschappij der Dragers krijgen uniek wapen
Op zaterdag 3 oktober 2020 ontvangen de Sint-Hermesbasiliek van Ronse en de Maatschappij der Dragers van Sint-Hermes hun nieuwe wapen uit handen van Matthias Diependaele, minister bevoegd voor Onroerend Erfgoed.
Sint-Hermesbasiliek
Voor de basiliek vormt deze verlening het heraldisch sluitstuk van haar gewijzigde status. In 2019 werd de voormalige kerk namelijk officieel verheven tot basilica minor. Haar nieuwe wapen toont de dubbele adelaar van Ronse met in de klauwen de attributen van patroonheilige Sint Hermes: een zwaard, palmtak en geketende duivel. Het geheel rust op een conopaeum en de schuingekruiste sleutels van Sint Pieter – traditionele insignes van een basiliek. Als wapenspreuk koos de basiliek voor EVANGELII TESTIMONIUM LUCEAT: Moge het getuigenis voor de Goede Boodschap verder oplichten.
Maatschappij der Dragers van Sint-Hermes
Op hetzelfde moment ontvangt de Maatschappij der Dragers van Sint-Hermes een wapen dat aansluit bij deze symbolische traditie. Tijdens de eeuwenoude Fiertelommegang elke eerste zondag na Pinksteren dragen de leden het reliekschrijn van Sint-Hermes langsheen de route. Dit schrijn kreeg dan ook een prominente plaats in het aan hen verleende schild. Het gouden veld met rode schuinbalk herinnert dan weer aan het kenmerkende gele hemd en de rode sjerp van de dragers. De dubbele adelaar waakt over het schrijn en omklemt de bellen waarmee de belleman tijdens de Fiertel het tempo van de dragers aangeeft. Tot slot vat de Latijnse spreuk DUM FERIMUR FERIMUS hun taak krachtig samen: Gedragen, dragen wij.
(foto’s Milo Van Driessche; vervolgt)
Deel 2
We vervolgen onze documentering van de erkenningsplechtigheid van de wapens van de Basiliek en de Maatschappij der Dragers, met het dankwoord dat Rector Michel T’Joen uitsprak, na de overhandiging van de oorkonde van het wapenschild van de Sint-Hermesbasiliek.
Geachte aanwezigen,
In naam van zeer velen wil ik de heer Minister en de Voorzitter en de bestuursleden van de Vlaamse Heraldische Raad van ganser harte danken voor de officiële erkenning van het wapen van onze Sint-Hermesbasiliek.
Dankbaar maken we samen stapsgewijs de ontsluiting van ons uniek, levendig Sint-Hermes erfgoed mee. Tien jaar geleden werd de restauratie van het koor van de toenmalige collegiale kerk afgewerkt. De Fiertelommegang en het draagschrijn werden als Vlaams erfgoed erkend. Het Stadsbestuur heeft de omliggende ‘Vrijheid’ schitterend gerenoveerd. Van kerkelijke zijde werden kerk en crypte tot ‘basilica minor’ verheven. Een internationaal colloquium heeft onze Fiertel in het wereldspectrum van vergelijkbare stapbedevaarten geplaatst. Het dossier voor de erkenning als Unesco immaterieel werelderfgoed wordt intens voorbereid. Kortgeleden werd de beeldengroep boven het Sint-Hermes altaar glansrijk gerestaureerd en teruggeplaatst. Herhaaldelijk worden we begiftigd met kerkelijke kunstwerken zoals laatst het Sint-Cornelius schilderij dat de historische band met Kornelimünster blijvend zal documenteren. Bevolking en bezoekers zien gespannen uit naar de verdere restauratie van dit centraal kerkgebouw.
Vandaag worden deze inspanningen en verwachtingen ‘bezegeld’ met de erkenning van het basilicale wapen. Zijn kenspreuk brengt ons bij de zingevende boodschap van de hele Hermescultus, zowel zijn bouwkundige omkadering als de eeuwenjonge praktijk: ‘Moge het getuigenis voor de Goede Boodschap (verder) oplichten’.
Om die Goede Boodschap te ontdekken, volstaat het in Ronse één dag in het jaar mee te maken, een dag die sinds 1090 door tallozen wordt gegaan. Het is een lange stapdag, het schrijn van de martelaar Hermes achterna, waaruit één boodschap oplicht, die van de onderlinge verbondenheid over alle begrenzingen heen. Sint-Hermes symboliseert het geweldloos ‘neen’ aan alle scheidende fanatismen en een gedreven ‘ja’ aan wat verenigt. Vandaag onderstrepen we de wens dat die weldadige keuze hier metterdaad niet één dag, maar dagelijks uitstralend verder mag gaan!
(Foto’s: Marie-Ange Ketels; vervolgt)
Deel 3
We besluiten het verslag van de memorabele proclamatie van de ‘wapens’ van onze Basiliek en van de Maatschappij der Dragers met de publicatie van het gedreven dankwoord van de Voorzitter van de Dragers, Wim Vandevelde.
In naam van alle dragers en belders heet ik u allen van harte welkom. Midden de Oude Vrijheid. Daar waar het hartslag van onze eeuwenoude traditie voelbaar is.
Vanzelfsprekend zijn de dragers en de belders fier over het nieuwe wapen. Het is een ijkpunt in de geschiedenis van de Maatschappij. Een wapen waarin belangrijke symbolen van onze traditie vervat is. Het Sint-Hermesschrijn, de fiertelbellen, de stola’s, de draagberrie…. Maar, waarin tevens onze diepe verwevenheid met de stad Ronse en met Sint-Hermes tot uiting komt.
Onze wapenleuze ‘Dum Ferimur Ferimus’, verwoordt op gebalde wijze, met drie sublieme woorden, dat de opdracht van de dragers en de belders pas kan vervuld worden wanneer de traditie door de eeuwen heen, van generatie op generatie, gedragen wordt en gedragen blijft. De ware betekenis van de leuze luidt als volgt: “Gedragen dragen wij”. Ook de link met onze ‘fiertel’ is terug te vinden in de wapenleuze. Het schrijn wordt telkens op Drievuldigheidszondag rond de stadsgrenzen gedragen. Het Latijnse woord ‘feretrum’ verwijst naar ‘dat wat rondgedragen wordt’.
Een woord van dank over de inbreng van EH Rector T’Joen en Dhr. Renaat Steurbaut is op zijn plaats. Zij hebben de dragers en de belders geholpen bij de keuze voor de wapenleuze.
Ik neem de kans te baat om aan de buitenstaanders een toelichting aan te geven over onze Maatschappij.
Een drager of een belder neemt een engagement op voor Sint-Hermes en voor zijn stad, Ronse. Een engagement voor het leven. Rang noch stand gelden in onze Maatschappij. Wij tekenen present voor de zorg van het schrijn, om het schrijn te torsen en de bellen te laten klinken doorheen het liturgische jaar. Vanzelfsprekend vooral tijdens de grote Fiertelommegang, telkens op Drievuldigheidszondag. Dan dragen wij het mooie schrijn van Sint-Hermes langs de stadsgrenzen, op de cadans die de belders aangeven. Samen onderweg. Samen met vele duizenden Ronsenaars. De mystiek, het engagement zijn tijdens de Ommegang totaal.
Het gaat over dragen en verdragen. Over zorgen delen en zorgen voor mekaar. Over vriendschap en over onze diepste Ronsese identiteit. De verbindende kracht van een traditie komt hier in Ronse helemaal tot zijn recht.
De dragers en de belders genieten vandaag het voorrecht om het schrijn te mogen dragen. In vroegere tijden werd het schrijn getorst door de Kanunniken in de Oude Vrijheid. Aan de grens van de Oude Vrijheid werd het dragen overgelaten aan leken. Deze leken werden aangesteld en betaald door de aloude Sint-Hermesgilde. Nog later werd het dragen van het schrijn toebedeeld aan het ambacht van de schoenmakers, waarvan de leden volgens de traditie over het beste schoeisel beschikten om het reliekschrijn rond de stad te dragen. En, voor de anekdote vertel ik er zeer graag bij dat nu net onze oudste drager, Gilbert Flamand, een zeer gewaardeerde schoenmaker is geweest zijn leven lang. Zijn winkel was hier trouwens gevestigd midden de Oude Vrijheid. Velen onder ons hebben hun eerste Fiertel gestapt met ‘bottines’ van bij Gilbert! Wie ze niet op tijd ‘instapte’ voor de Fiertel, kreeg er gratis de blaren bij tijdens de grote ommegang!
Samen met zovele Ronsenaars en met de betrokken geledingen werken de dragers en de belders schouder aan schouder om telkens een stap vooruit te zetten met het oog op een nog mooiere en intensere uitstraling van onze traditie. De uitreiking van deze wapenbrief is dan ook een schakel in de lange ketting van de vele waardevolle initiatieven ter eer en glorie van onze eeuwenoude traditie, de Sint-Hermescultus.
Maar, er is meer. Hier in Ronse wordt met grote gedrevenheid gewerkt aan een dossier ter erkenning van onze Fiertelommegang als UNESCO immaterieel Werelderfgoed. Een werkgroep, waarin mensen zetelen met bijzonder competenties in deze materie, bereidt enthousiast het dossier voor en neemt tal van initiatieven om het dossier te stofferen. Het stadsbestuur spaart moeite noch middelen om het mogelijk te maken.
Onze eeuwenoude traditie, de wondermooie en unieke Fiertelommegang, verdient een verheffende erkenning. Laat Ronse, die mooie stad in de Vlaamse Ardennen, voor altijd gekend staan als een stad waar een unieke en eeuwenoude traditie met grote uitstraling nog levendig is, gedragen wordt, maar vooral ook authentiek en volks is gebleven.
Geachte heer minister,
In naam van alle dragers en belders, durf ik u vragen om met grote betrokkenheid voor onze regio, die u ook zo dierbaar is, en voor deze stad; kennis te nemen van de wil van de Ronsenaars om de grote Sint-Hermesommegang, uniek en intens in zijn soort, te laten erkennen als UNESCO immaterieel werelderfgoed. De Vlaamse Regering speelt in dit proces een bepalende rol. Op Uw steun rekenen wij allemaal. En mocht u zich nu afvragen waar het hier allemaal om draait, kan ik U maar één zaak adviseren: kom op Drievuldigheidszondag participeren in onze traditie.
Ik dank u allen voor uw aanwezigheid en uw betrokkenheid.
(Foto’s Milo Van Driessche; slot)