2022. Drie tweeën vieren het nieuwe jaar. Als in een zwanenballet. Met hun drieën brengen ze ons een sierlijke groet, het kopje lichtjes gebogen, de hals gestrekt. Een en al elegantie glijden ze over de nog onbeschreven waterspiegel van het jaar. Zo zullen de tweeën de jaarkring volschrijven, de ‘0’ wijst hun de richting aan. De tocht zit nog vol onbekendes. Met welk lief en leed zullen de dagen zich vullen? Ja, er zijn de vaste ankerpunten. Die staan op onze kalenders al vooraf ingeschreven. Feesten en vakanties, verjaardagen en herdenkingen, maan- en zonnestanden … Ze keren elk jaar weer, vaste prik. Maar daartussen is het nog een en al avontuur. Wat zullen de dagen ons brengen? De tweeën zeggen het ons niet, ze trekken onverstoorbaar hun ronde op het watervlak van het jaar. Als willen ze ons uitnodigen: begin er maar aan, en heb vertrouwen. De dagen komen zoals ze komen, eb en vloed. En op de getijden van het jaar mogen wij ons bewegen, mee met het ritme zoals dat van oudsher vastligt. Er zal vloed zijn, gloed en goed. Er zal leegte zijn, afstand en verlatenheid. Tot de golfslag van het jaar ons onweerstaanbaar verder meeneemt en voert naar momenten van geluk en vervulling. Want zo is het leven. Storm en rimpeling. Nacht en glinstering. Vrees en vrede. Vreugde, hoop, verdriet, vertwijfeling. “Het is een altijd zich herhalende cirkel,” zingt dame ‘0’ haar solo. “Het is een telkens nieuw begin,” klinken dames ‘2’ in koor. Met dit kwartet is de toon gezet, de dans geopend. Aan jou en mij om er elk zijn plaats in te vinden.