Symboliek van het vormsel
In voorbereiding op het vormsel, kwamen de symbolen hiervan aan bod tijdens onze bijeenkomst van 4 februari: de handoplegging, het kruisje met chrisma en de hernieuwing van het doopsel.
Na het doopsel en de eerste communie, zullen onze jongeren nu zelf de volgende stap zetten met het vormsel. Ze gaan zichzelf outen als Christen. Wat betekent het te willen leven in de voetsporen van Christus?
De handoplegging is een belangrijk element: het drukt de verbondenheid uit tussen God en de mens. God is bekommerd om ons en reikt ons de hand. Bij de zalving zullen de ouders of meter en peter de hand op onze schouder leggen: ze willen ons dragen en ondersteunen. Wie gevormd wordt, is ook geroepen om de handen uit de mouwen te steken in Jezus’ naam. De belofte die onze ouders hebben gedaan met ons doopsel, herhalen we nu zelf. God schrijft opnieuw onze naam in de palm van zijn hand. Als doe-opdrachtje losten we een woordpuzzel op.
Het belangrijkste moment van de vormselviering is de zalving met chrisma, dat na de hernieuwing van de doopbeloften, de geloofsbelijdenis en de handoplegging komt. De vormheer zal een kruisje met chrisma-olie op ons voorhoofd maken. Elk jaar op Witte Donderdag wijdt de bisschop deze olijfolie vermengd met geurige kruiden.
In de vormselviering is olie een symbool dat staat voor brandstof, bescherming en voedsel! Net als olie doordrenkt ook Gods Geest ons helemaal en dat ontdekten we toen we wat olie op een steen goten…
Bij ons doopsel heeft de priester water over ons hoofd gegoten. Onze ouders kozen er immers voor om ons op te nemen in die grote groep van mensen die Jezus willen volgen. Onderdompelen in water staat symbool voor een nieuw leven, waarin men bewust kiest voor God. We werden ook gezalfd met chrisma en de doopkaars werd aangestoken aan de paaskaars, als uitnodiging om als leerling van Jezus licht te zijn voor de wereld.
We schreven een wens in het hartje van een papieren bloem, vouwden de blaadjes dicht en plaatsten deze in water. Nadat ze het water hadden opgenomen, bloeiden de bloemen open zodat we de wensen konden lezen.
Na de pauze, verwelkomden we Jonathan van Fedasil Machelen. Hij kwam vertellen over zijn werk in het asielcentrum gelegen in de Bessenveldstraat in Diegem. Momenteel verblijven er 360 personen.
Het is een open opvangcentrum waar men de mensen onderdak, voeding, kledij en begeleiding aanbiedt. We luisterden geboeid hoe Jonathan ons meenam op tocht doorheen hun dagelijkse bekommernissen om deze mensen een warme thuis te bieden. Onze jongeren stelden ook heel wat vragen. Zo zijn er wereldwijd miljoenen mensen op de vlucht voor conflicten, geweld, mensenrechtenschendingen…De getuigenis van Jonathan gaf ons stof tot nadenken en zal ons zeker bijblijven.
Onze volgende bijeenkomst is gepland op zaterdag 11 maart te Diegem, midden in de vastenperiode. Nadien wordt iedereen uitgenodigd in de viering “Ik krijg een kruisje”. De jongeren bemannen er ook de “Koffiestop” ten voordele van Broederlijk Delen.
Nand, Warlito, Marleen en Leen